Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 5 april 2017, waarin een comparitie is bepaald;
- het proces-verbaal van de comparitie van 29 augustus 2017;
- de brief met bijlagen van 4 september 2017 van de rechtbank aan beide partijen;
- de aktes van partijen van 27 september 2017 met een reactie op die brief.
2.De feiten
3.De beoordeling
- een verklaring voor recht dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst van opdracht die zij met [eiseres] gesloten had, en dat zij de schade moet vergoeden die [eiseres] hierdoor geleden heeft;
- betaling van € 78.310,66 als vergoeding voor die schade, met rente en kosten.
1.788,00(2,0 punten × tarief € 894,00)