8.3Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft toen zij bij haar woning aankwam en werd geconfronteerd met de aanwezigheid van [slachtoffer] , haar voormalige partner en de vader van haar kinderen, in de keuken een mes gepakt en is [slachtoffer] daarmee te lijf gegaan terwijl de kinderen in de woning aanwezig waren. Door [slachtoffer] met een mes in de borst te steken heeft zij zich schuldig gemaakt aan poging tot doodslag. Het had ook veel slechter met [slachtoffer] kunnen aflopen. Bovendien heeft verdachte daarna in haar huis met een hamer gestaan en [slachtoffer] daarmee op het hoofd geslagen. Gelet op de ernst van deze feiten kan niet worden volstaan met een straf die geen vrijheidsbeneming met zich brengt.
Bij haar beslissing heeft de rechtbank ook rekening gehouden met:
- een uittreksel justitiële documentatie betreffende verdachte d.d. 13 november 2017;
- een reclasseringsadvies van 21 november 2017, uitgebracht door C.P.M. Cruijen, reclasseringswerker;
- een psychologisch rapport van 23 oktober 2017 van H.E.M. Koornstra, psycholoog;
- een psychiatrisch rapport van 27 oktober 2017 van C.A.J. Veldman, psychiater.
Uit het uittreksel justitiële documentatie blijkt dat verdachte niet eerder in verband met strafbare feiten met justitie in aanraking is geweest. Dat is in het voordeel van verdachte.
In het reclasseringsadvies wordt geadviseerd een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden meldplicht en ambulante behandeling. Ambulante behandeling van de depressie is geïndiceerd, voor zover mogelijk in een ambulant kader. Verder is van belang dat verdachte behandeling krijgt gericht op mensen met een verstandelijke beperking. Het recidiverisico wordt ingeschat als laag.
In het rapport van 23 oktober 2017, opgemaakt door drs. H.E.M. Koornstra, psycholoog wordt onder meer geadviseerd verdachte het ten laste gelegde verminderd toe te rekenen. De kans op recidive wordt ingeschat als laag mits er meer structurele ondersteuning komt in relatie met ex. Met voldoende ondersteuning is de verwachting dat zij haar emoties jegens haar ex afdoende zal kunnen reguleren. Verdachte behoeft meer praktische ondersteuning in het dagelijks leven. Binnen een reclasseringstoezicht kan toegezien worden op het uitbreiden en in stand houden van een optimaal netwerk waarbij een vaardigheidstraining aanbieden om haar emoties te reguleren bij overvraging is te overwegen. Verder is behandeling gericht op mensen met een verstandelijke beperking aangewezen.
Geadviseerd wordt verdachte in het kader van bijzondere voorwaarden bij een voorwaardelijk op te leggen strafdeel, onder toezicht te stellen van de reclassering waarbij expliciet rekening wordt gehouden met haar beperkingen.
In het rapport, opgemaakt door C.A.J. Veldman, psychiater wordt onder meer geadviseerd het ten laste gelegde verminderd toe te rekenen aan de verdachte. De kans op recidive is gering als zij goede hulp krijgt, op voldoende fysieke afstand van haar ex woont, haar depressie voldoende wordt behandeld en zij voldoende stabiliseert. Betrokkene staat open voor hulp en volgt adviezen op. Behandeling van haar depressie en begeleiding bij het vinden van haar weg in de maatschappij zullen betrokkene helpen zich staande te houden. Het continueren en tijdelijk intensiveren van de eerder gestarte hulp zijn passend om betrokkene te helpen stabiliseren. Geadviseerd wordt een (deels) onvoorwaardelijke vrijheidsstraf op voorwaarde dat zij zich laat behandelen en begeleiden. De reclassering kan hierop toezicht houden.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat de volgende gevangenisstraf passend en
geboden is:
een gevangenisstraf voor de duur van 150 (honderdvijftig) dagen, waarvan
een gedeelte
van 131 dagenniet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders
gelast op grond van het feit dat de verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere
voorwaarden niet heeft nageleefd.
De rechtbank stelt daarbij
een proeftijd van 3 (drie) jarenvast.
De rechtbank stelt als algemene voorwaarde dat verdachte zich voor het einde van de
proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
De rechtbank stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat verdachte zich op bij Reclassering Nederland op het volgende adres: Vivaldiplantsoen 200 te Utrecht zal melden, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich onder behandeling zal stellen van De Waag of een soortgelijke instelling, op de tijden en plaatsen als door of namens die instelling aan te geven, teneinde zich te laten behandelen zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
De reclassering wordt opdracht gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden.
De rechtbank bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de ten uitvoerlegging van dit vonnis in
verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van het
onvoorwaardelijk deel van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht. Het betreft
de periode van 21 augustus 2017 tot en met 8 september 2017. Dit betekent dat verdachte
het onvoorwaardelijk deel van de gevangenisstraf reeds in voorarrest heeft uitgezeten.
Voorts veroordeelt de rechtbank verdachte tot
een taakstraf van 120 urenen beveelt dat, voor het geval de verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht, de taakstraf wordt vervangen door 60 dagen hechtenis. Een poging tot doodslag is een ernstig feit. Verdachte heeft [slachtoffer] met een mes op een kwetsbare plek, te weten de borstkas waar hart en longen zitten, gestoken. De gevolgen zijn relatief beperkt gebleven, maar het had anders kunnen aflopen. Gelet op de persoon van de verdachte acht de rechtbank terugkeer naar de gevangenis niet passend en niet van toegevoegde waarde. Echter vanwege de ernst van het feit is de rechtbank van oordeel dat verdachte wel degelijk een taakstraf moet verrichten.