Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 27 juli 2016
- de akte in conventie van [eiseres]
- de antwoordakte in conventie van [gedaagde] .
2.De verdere beoordeling
€ 6.970,- (= gemiddelde jaaromzet bij voltallige nieuwlevering).
- voor elk van de hotels [vestigingsplaats] , [vestigingsplaats] , [vestigingsplaats] en [vestigingsplaats] : € 7.167,- ( 1½ x gemiddelde jaaromzet aan nabestellingen)
- voor elk van de hotels [vestigingsplaats] en [vestigingsplaats] : € 9.359,- (1 x gemiddelde jaaromzet met nieuwlevering en ½ x gemiddelde jaaromzet aan nabestellingen).
“Uit de door [eiseres] overgelegde gegevens blijkt slechts van het verschil in inkoop- en verkoopprijs en niet van bijvoorbeeld overige kosten die invloed hebben op de winstmarge”, aldus de rechtbank in het tussenvonnis. [eiseres] is daarom in de gelegenheid gesteld om nadere gegevens te verstrekken over de winstmarge.
€ 57.318,40.
- Factuur sloven en polo’s € 18.166,94
- Schadevergoeding gemiste winst € 18.954,40
- Factuur restant voorraad € 25.837,10
2.235,00(2,5 punten × tarief € 894,00)
3.De beslissing
- het bedrag van € 18.166,94 met ingang van 6 februari 2015;
- het bedrag van € 25.837,10 met ingang van 25 maart 2016;