ECLI:NL:RBMNE:2017:7058

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
31 mei 2017
Publicatiedatum
26 januari 2024
Zaaknummer
5460306 UC EXPL 16-15533 JH/1050
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake annuleringskosten onderwijsovereenkomst en vernietigbaarheid van het annuleringsbeding

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 31 mei 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen Capabel Onderwijsgroep B.V. en een gedaagde partij over de annuleringskosten van een onderwijsovereenkomst. De gedaagde had zich ingeschreven voor een opleiding en annuleerde deze na de startdatum. Capabel Onderwijsgroep vorderde betaling van annuleringskosten op basis van hun algemene voorwaarden, waarin een annuleringsbeding was opgenomen. De gedaagde stelde echter dat zij de overeenkomst op grond van artikel 7:408 BW te allen tijde kon opzeggen zonder schadevergoeding verschuldigd te zijn, en dat het annuleringsbeding in strijd was met deze wettelijke regeling.

De kantonrechter oordeelde dat het annuleringsbeding in de algemene voorwaarden inderdaad in strijd was met de dwingende wettelijke regeling van artikel 7:408 BW, waardoor het beding vernietigbaar was. De rechter benadrukte dat de studieovereenkomst gekwalificeerd moest worden als een overeenkomst van opdracht, en dat de gedaagde geen annuleringskosten verschuldigd was. Capabel Onderwijsgroep had niet voldoende bewijs geleverd voor de door hen gemaakte kosten en de kantonrechter kon de vordering niet toewijzen op andere juridische gronden. Uiteindelijk werd de vordering van Capabel Onderwijsgroep afgewezen en werd zij veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Utrecht
zaaknummer: 5460306 UC EXPL 16-15533 JH/1050
Vonnis van 31 mei 2017
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Capabel Onderwijsgroep B.V.,
gevestigd te Zwolle,
verder ook te noemen Capabel Onderwijsgroep,
eisende partij,
gemachtigde: GGN Gerechtsdeurwaarders Utrecht,
tegen:
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
verder ook te noemen [gedaagde] ,
gedaagde partij,
gemachtigde: mr. M. el Ahmadi.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 6 december 2013 hebben partijen een onderwijsovereenkomst gesloten in het kader waarvan [gedaagde] zich bij Capabel Onderwijsgroep heeft ingeschreven voor de opleiding [opleiding] voor de duur van 12 maanden. De kosten van de opleiding bedragen € 4.600,-- vermeerderd met een vergoeding voor leermiddelen.
2.2.
Op de overeenkomst zijn de algemene voorwaarden van Capabel Onderwijsgroep van toepassing. In artikel 9.5 van deze voorwaarden is het volgende bepaald:
“Indien de opdrachtgever/student annuleert na start van de opleiding, maar niet meer dan 6 weken na de start van de opleiding, is 40% van het studiegeld verschuldigd. Tevens zijn 100% van de kosten leermiddelen verschuldigd.”
2.3.
De startdatum van de opleiding was 7 maart 2014. [gedaagde] heeft bij e-mail van 18 maart 2014 de opleiding geannuleerd. Capabel Onderwijsgroep heeft [gedaagde] bij
e-mail van 21 maart 2014 gewezen op de verschuldigdheid van annuleringskosten en gevraagd of zij blijft bij haar besluit om te stoppen met de opleiding. [gedaagde] heeft dit bij e-mail van 31 maart 2014 bevestigd.
2.4.
Op 1 april 2014 heeft Capabel Onderwijsgroep [gedaagde] een factuur toegezonden ad € 1.644,20, bestaande uit € 1.495,20 aan annuleringskosten en € 149,-- aan leermiddelen. [gedaagde] heeft deze factuur tot een bedrag van € 1.394,20 onbetaald gelaten.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Capabel Onderwijsgroep vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 1.394,20 ter zake van de gedeeltelijk onbetaald gelaten factuur, € 81,87 ter zake van de wettelijke rente tot 10 oktober 2016, alsmede € 253,05 ter zake van buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 10 oktober 2016 tot de voldoening, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2.
Capabel Onderwijsgroep legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen voortvloeiend uit de overeenkomst tussen partijen, door de annuleringskosten (gedeeltelijk) onbetaald te laten. Naast betaling van de factuur van 1 april 2014, maakt Capabel Onderwijsgroep aanspraak op wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten, nu [gedaagde] in verzuim is geraakt, respectievelijk Capabel Onderwijsgroep haar vordering uit handen heeft moeten geven.
3.3.
[gedaagde] voert verweer. Zij stelt dat zij de onderwijsovereenkomst te allen tijde kon opzeggen zonder dat zij een schadevergoeding aan Capabel Onderwijsgroep verschuldigd is. Alleen de redelijke kosten komen voor vergoeding in aanmerking. Het annuleringsbeding is volgens [gedaagde] in strijd met artikel 7:408 lid 3 BW en is daarom op grond van artikel 3:40 lid 2 BW vernietigbaar. [gedaagde] sluit niet uit dat Capabel Onderwijsgroep helemaal geen schade heeft geleden door haar opzegging.

4.De beoordeling

4.1.
Het geschil tussen partijen betreft de vraag of [gedaagde] als gevolg van de opzegging van de studieovereenkomst aan Capabel Onderwijsgroep een vergoeding verschuldigd is.
4.2.
Capabel Onderwijsgroep heeft zich op het standpunt gesteld dat [gedaagde] op grond van het annuleringsbeding in de algemene voorwaarden bij annulering binnen zes weken na aanvang van de opdracht gehouden is 40% van de opleidingskosten te voldoen.
[gedaagde] heeft dit uitdrukkelijk betwist.
4.3.
Op grond van de rechtspraak van het Hof van Justitie EU (o.a. 4 juni 2009, C 243/08) is de kantonrechter ambtshalve gehouden na te gaan of een contractueel beding valt binnen de werkingssfeer van de Richtlijn 93/13 EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten (hierna: de Richtlijn) en zo ja, te onderzoeken of dit beding in de door de Richtlijn bedoelde zin onredelijk bezwarend of oneerlijk is.
De kantonrechter is van oordeel dat het annuleringsbeding zoals opgenomen in de algemene voorwaarden valt binnen de werkingssfeer van de Richtlijn. Niet betwist is immers dat het gaat om een overeenkomst tussen een professional en een consument en dat over het annuleringsbeding niet afzonderlijk is onderhandeld. Bij de beantwoording van de vraag of het annuleringsbeding onredelijk bezwarend of oneerlijk is, is van belang dat de studieovereenkomst dient te worden gekwalificeerd als een overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 lid 1 BW. Uit artikel 7:408 BW volgt dat de opdrachtgever, [gedaagde] , de overeenkomst te allen tijde kon opzeggen zonder dat zij aan de opdrachtnemer, Capabel Onderwijsgroep, een schadevergoeding verschuldigd was. Het in de algemene voorwaarden opgenomen annuleringsbeding, waarbij, onafhankelijk van de daadwerkelijk gemaakte kosten voorafgaand aan de opzegging, een bepaald percentage van de opleidingskosten verschuldigd is, is in strijd met deze dwingende wettelijke regeling. Dit leidt ertoe dat het annuleringsbeding op grond van artikel 3:40 lid 2 BW vernietigbaar is.
[gedaagde] heeft bij conclusie van antwoord van 28 december 2016 de buitengerechtelijke vernietiging van het annuleringsbeding ingeroepen. Daarmee is deze bepaling vernietigd en kan Capabel Onderwijsgroep op grond van het annuleringsbeding geen aanspraak maken op 40% van de opleidingskosten.
4.4.
Capabel Onderwijsgroep verwijst bij conclusie van repliek voorts naar het bepaalde in artikel 7:411 BW. In dit artikel is bepaald dat de opdrachtnemer bij voortijdige beëindiging van de overeenkomst onder omstandigheden recht heeft op het volle loon, althans een naar redelijkheid vast te stellen deel van het loon. Volgens Capabel Onderwijsgroep was op het moment van de opzegging het overgrote deel van de kosten voor het collegejaar al gemaakt, dan wel waren daarvoor verplichtingen aangegaan. Indien (een deel van) het cursusgeld niet zou worden vergoed, loopt zij bovendien inkomsten mis, aldus Capabel Onderwijsgroep. De kantonrechter stelt vast dat Capabel Onderwijsgroep bij conclusie van repliek weliswaar een specificatie van de door haar gemaakte kosten heeft overgelegd, maar deze specificatie niet nader met stukken heeft onderbouwd.
4.5.
Anders dan Capabel Onderwijsgroep kennelijk betoogt, heeft de kantonrechter op grond van rechtspraak van het Hof van Justitie EU in beginsel niet de vrijheid om na vernietiging van het annuleringsbeding de vordering van Capabel Onderwijsgroep alsnog geheel of ten dele toe te wijzen op andere dan de door haar daaraan ten grondslag gelegde juridische of feitelijke gronden, zoals toepassing van de wettelijke regels met betrekking tot loon bij tussentijdse opzegging van een overeenkomst van opdracht. Indien de kantonrechter de vordering van Capabel Onderwijsgroep alsnog geheel of gedeeltelijk zou toewijzen op grond van artikel 7:411 BW, zou hij in feite de rechtsverhouding tussen partijen converteren in, althans aanvullen met aanvullend recht dat door Capabel Onderwijsgroep niet aan haar vordering ten grondslag is gelegd. Het Hof van Justitie heeft hieromtrent in zijn arrest van 14 juni 2012, ECLI:EU:C:2012:349 (Banesto) geoordeeld dat conversie “
ertoe[zou]
bijdragen dat de voor handelaars afschrikkende werking die uitgaat van een loutere niet-toepassing van dergelijke oneerlijke bedingen ten aanzien van de consument wordt uitgeschakeld (…), aangezien deze handelaars in de verleiding zouden blijven om die bedingen te gebruiken in de wetenschap dat ook al mochten deze ongeldig worden verklaard, de overeenkomst niettemin voor zover noodzakelijk door de nationale rechter zou kunnen worden aangevuld en het belang van die handelaars dus gediend zou zijn.” De kantonrechter zal de vordering van Capabel Onderwijsgroep derhalve afwijzen.
4.6.
Capabel Onderwijsgroep wordt, als de in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de kosten van deze procedure aan de zijde van [gedaagde] . Deze kosten worden begroot op
€ 300,-- (2 punten x € 150,--) aan salaris gemachtigde.

5.De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt Capabel Onderwijsgroep tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] , tot de uitspraak van dit vonnis begroot op € 300,-- aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.S. Penders, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 31 mei 2017.