Op 23 mei 2017 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 2002 in Roemenië, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland verbleef. De rechtbank heeft de verdachte bij verstek veroordeeld voor het medeplegen van een reeks diefstallen door middel van braak in tankstations. De tenlastelegging omvatte zes feiten, waarbij de verdachte samen met anderen op verschillende data en locaties geld en goederen heeft gestolen uit (geld)automaten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. De rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen, waarbij de verdachte werd vrijgesproken van overige tenlasteleggingen.
De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd in overweging genomen bij het bepalen van de straf. De verdachte heeft zich op jonge leeftijd schuldig gemaakt aan meerdere strafbare feiten, wat zorgwekkend werd geacht. De rechtbank heeft een jeugddetentie van drie maanden opgelegd, met aftrek van het voorarrest, en heeft de verdachte hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de schade aan de benadeelde partij, Servauto Nederland B.V., die een schadevergoeding van € 489,75 heeft gevorderd. De rechtbank heeft deze vordering gedeeltelijk toegewezen en de verdachte veroordeeld tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.