Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingslocatie Utrecht
Op deze vordering heeft de rechtbank de volgende beslissing gegeven.
1.De stukken
- het vonnis van deze rechtbank van 20 september 2005 waarbij de betrokkene ter beschikking is gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege vanwege poging tot doodslag en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd;
- stukken waaruit blijkt dat de terbeschikkingstelling is ingegaan op 12 november 2005 en dat de betrokkene op 6 juli 2007 is opgenomen in de huidige [verblijfplaats 1] ;
- de beslissing van deze rechtbank van 23 november 2015, waarbij de termijn van terbeschikkingstelling voor het laatst is verlengd met twee jaar hetgeen bij beslissing van 21 april 2016 door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is bevestigd;
- de vordering van de officier van justitie van 29 september 2017, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar;
- het verlengingsadvies van 21 september 2017, opgemaakt door N.J. Witmer (plaatsvervangend hoof van de inrichting), I.K.D. Beekhuis (regiebehandelaar / GZ-psycholoog) en B.T. Takkenkamp (psychiater) inhoudend het advies om de terbeschikkingstelling te verlengen met één jaar;
- het Pro Justitia-rapport van 30 juli 2017, opgemaakt door T.W.D.P. van Os, psychiater;
- het Pro Justitia-rapport van 31 juli 2017, opgemaakt door E.J. Muller, psycholoog;
- de wettelijke aantekeningen over de periode week 27 van 2015 t/m week 26 van 2016;
- evaluatieverslag ten behoeve van sector ambulante zorg over de periode november 2016 tot en met 19 juni 2017.