Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
5.BEWEZENVERKLARING
- een mobiele telefoon en
- een bankpas en
- een sleutelbos
- een witgouden ring met diamant en
- een horloge merk Chopard en
- een armband merk Cartier
- die [slachtoffer] die woning in heeft geduwd en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tevoorschijn heeft gehaald en tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gezet en
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij haar horloge, armband en ring moest geven en
- die [slachtoffer] bij de keel en mond heeft gegrepen ten gevolge waarvan zij geen adem meer kon halen en op de grond is gevallen en
- die [slachtoffer] met dat op een pistool gelijkend voorwerp tegen haar gezicht heeft geslagen en
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat als zij haar armband niet los kreeg hij, verdachte, haar hand er zou afhakken en
- die [slachtoffer] bij de handen heeft vastgepakt en heeft geduwd en vervolgens mee naar boven heeft getrokken en
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij de kluis moest openmaken en
- heeft getracht de voeten van die [slachtoffer] aan elkaar vast te binden en
- dat op een pistool gelijkend voorwerp tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gehouden en daarbij dreigend heeft gevraagd om haar pincode en vervolgens dreigend tegen haar heeft gezegd dat hij zou gaan pinnen en dat zij binnen op hem moest wachten en dat zij de politie niet mocht waarschuwen,
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BESLAG
10.BENADEELDE PARTIJ
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
gevangenisstraf van 5 jaren;
- wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 40.529,64, bestaande uit € 33.029,96 materiële schade en € 7.500,- immateriële schade;
- verklaart [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2017 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat