Op 10 november 2017 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van verzoekster, die zich niet gehoord voelde door de behandelend rechter, mr. K.G. van de Streek, tijdens een zitting op 4 september 2017. Verzoekster stelde dat de rechter haar onvoldoende tijd gaf om haar verhaal te doen en dat hij partijdig was door het oordeel van de reclassering over te nemen zonder zelf een oordeel te vormen. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking ongegrond verklaard, omdat niet is gebleken dat verzoekster niet in de gelegenheid is geweest om haar verhaal te doen. De rechter heeft tijdens de zitting geprobeerd om verzoekster haar verhaal te laten doen, maar de communicatie verliep moeizaam. De officier van justitie steunde de rechter en merkte op dat hij geen vooringenomenheid heeft waargenomen. De wrakingskamer concludeerde dat de bezwaren van verzoekster voornamelijk gericht waren tegen de inhoud van een eerder vonnis, dat onherroepelijk was, en dat de rechter in de huidige procedure niet in staat was om dat vonnis terug te draaien. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.