Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 12 oktober 2016
- het proces-verbaal van comparitie van 3 februari 2017
- de akte en tweede akte van de VvE met producties
- een brief van [gedaagde 3] d.d. 23 februari 2017 met een productie
2.De feiten
3.Het geschil
- de adressen op het park [park] op gelijke wijze en onder gelijke condities aan te sluiten op het in de gemeente Landerd aan te leggen glasvezelnetwerk een en ander als bepaald in de overeenkomst tussen de gemeente Landerd en (de al dan niet bestaande vennootschap) [gedaagde 3] B.V. gesloten overeenkomst;
- de gemeente Landerd te veroordelen om medewerking te verlenen bij de realisatie van dit aan te leggen glasvezelnetwerk door die voorzieningen te treffen en te gedogen, welk ook elders in de gemeente Landerd buiten het park [park] dienen te worden getroffen en gedoogd;
- enigerlei beslissing te nemen welke naar het oordeel van deze rechtbank redelijk en billijk geacht wordt als voorziening te treffen, alles in de meest ruime zin van het woord binnen de doelstellingen van deze procedure;
4.De beoordeling
1.130,00(2,5 punt × tarief € 452,00)