Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek
- de pleidooien en de ter gelegenheid daarvan overgelegde stukken.
2.De feiten
- Het éénmaands EURIBOR-tarief verhoogd met een opslag van 1,40%, momenteel uitkomend op 4,884% per jaar,
- 6,10% per jaar voor een periode van 5 jaar vast
- 6,70% per jaar voor een periode van 10 jaar vast
- Algemene (Bank) Voorwaarden Zakelijk d.d. 29 december 2001
- Algemene Voorwaarden van Kredietverlening Zakelijk d.d. januari 2006,
- […].
- kort toegelicht waarom zij zich genoodzaakt ziet de opslagverhoging van 0,70% in rekening te brengen;
- meegedeeld dat de opslagverhoging is gebaseerd op artikel 28 AVKZ;
- laten weten dat zij ( [eiseres sub 1] c.s.) zonder kosten kan overstappen naar een vaste rente.
- als grondslag voor de opslagverhoging genoemd het opslagwijzigingsbeding in de kredietovereenkomst en artikel 28.2 AVKZ
- uitgebreider (dan in eerdere brieven) toegelicht waarom zij zich genoodzaakt heeft gezien de opslagverhoging van 0,70% in rekening te brengen
- [eiseres sub 1] c.s. opnieuw laten weten dat zij zonder kosten kan overstappen naar een vaste rente.
3.Het geschil
- vordering 1: dat artikel 28.2 AVKZ niet van toepassing is en, voor zover het wel van toepassing is, dat de opslagwijzigingsbedingen kennelijk onredelijk bezwarend zijn in de zin van artikel 6:233 aanhef en onder a BW;
- vordering 2: dwaling (artikel 6:228 lid 1 onder b BW in combinatie met artikel 6:230 lid 2 BW);
- vordering 3: de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid (artikel 6:248 lid 2 BW);
- vordering 4: naar de rechtbank begrijpt: de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid (artikel 6:248 lid 2 BW);
- vordering 5: naar de rechtbank begrijpt: een redelijke uitleg van de opslagwijzigingsbedingen;
- vordering 6: onrechtmatige daad bestaande uit:
- voorafgaand aan het sluiten van de kredietovereenkomst: schending van de precontractuele zorgplicht door [eiseres sub 1] c.s. onvoldoende te informeren over de werking van de opslagwijzigingsbedingen respectievelijk door een misleidende omissie in de zin van artikel 6:193d BW;
- na het sluiten van de kredietovereenkomst: misbruik van bevoegdheid door eenzijdig en op ondoorzichtige wijze de opslag te verdubbelen, ter verhoging van de winst van SNS Bank (artikel: 3:13 BW).
4.De beoordeling
Artikel 28.2 AVKZ is tussen partijen van toepassing
- De financiering van banken zoals SNS Bank bestaat voor een deel uit leningen van de Europese Centrale Bank (ECB). Sinds het begin van de financiële crisis in 2008 heeft de ECB haar rente op leningen aan banken in stapjes fors verlaagd.
- Banken lenen ook van elkaar. Op kortetermijnleningen is vaak de Euribor van toepassing. Het Euribortarief is sinds eind 2008 substantieel gedaald.
- In een rapport van de Nederlandse Bank (DNB) van maart 2013 staat dat de afgenomen concurrentiedruk in de hypotheekmarkt de overgebleven aanbieders ruimte biedt om (tijdelijk) een hogere winstmarge te realiseren.
- Over de periode van eind 2009-2013 is de rentewinst van SNS Bank over haar gehele leningportefeuille (dus niet alleen op hypotheken) gestegen van 0,72% naar 1,84%, zoals blijkt uit het Volkskrantartikel (zie 2.12).
- Banken lenen niet alleen van de ECB en zijn voor een relatief groot deel van hun financiering afhankelijk van de geld- en kapitaalmarkt.
- Banken lenen elkaar weliswaar in de basis tegen Euribor, maar berekenen elkaar ook een opslag voor bijvoorbeeld winst en risico, en sinds de start van de kredietcrisis eind 2008 wilden zij elkaar alleen tegen hele hoge risico-opslagen geld lenen.
- De te betalen vergoeding op spaargeld was, in ieder geval in 2008 en 2009, toegenomen vanwege de concurrentieslag die daarover gaande was tussen de (Nederlandse) banken.
- Investeerders hadden zorgen over de houdbaarheid van de Economische en Monetaire Unie, waardoor zij terughoudend waren in het ter beschikking stellen van hun kapitaal op de geld- en kapitaalmarkt;
- Investeerders beschouwden de Nederlandse hypotheekmarkt als risicovol, gelet op de dalende huizenprijzen en de hoogte van de hypotheekschuld.
- Verschaffers van vreemd vermogen wilden een hoger rendement behalen vanwege de lagere winstgevendheid van banken.
- De return on equity nam af vanwege de aanhoudende en verzwaarde eisen voor banken om kapitaalbuffers aan te houden.
- Het risicoprofiel van SNS Bank voorafgaand aan haar nationalisatie in 2013 was toegenomen.
- De CDS-premie (een premie voor het verzekeren van het risico van wanbetaling) die aan SNS Bank en andere banken in rekening wordt gebracht is in ieder geval tot en met 2012 gestegen.
- Aan banken worden verhoogde kapitaaleisen gesteld. Een voorbeeld is (artikel 2 lid 1 van) de Regeling liquiditeit Wft 2011, waarmee DNB een voorschot heeft genomen op de trapsgewijze invoering van Bazel III. In de Regeling liquiditeit Wft worden wegingsfactoren gegeven van de door de bank aangehouden liquide middelen en activa die kunnen worden omgezet in liquide middelen. De wegingsfactoren bepalen hoeveel extra liquide middelen of activa door banken moeten worden aangehouden om te voldoen aan de liquiditeitsvereisten uit de Wft.
- Banken waren al aan het voorsorteren op de verhoogde (kapitaal)eisen als gevolg van de invoering van Bazel III, zoals blijkt uit een DNB-bulletin van 7 mei 2013.
- In 2011 introduceerde de European Banking Authority een verscherpt regime voor 71 in de EU gevestigde grote banken, waaronder SNS Bank. Op grond hiervan moesten deze banken een hogere kapitaalbuffer aanhouden dan voortvloeide uit de op dat moment geldende regels van de Herziene Richtlijn Banken.
5.De beslissing
30 augustus 2017voor het nemen van een akte door SNS Bank over hetgeen is vermeld onder 4.29, waarna [eiseres sub 1] c.s. op de rol van zes weken daarna een antwoordakte kan nemen,