9.BESLISSING
- verklaart het primair ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het primair bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
6 maanden;
- bepaalt dat de gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat de verdachte de hierna te melden algemene voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van 2 jaren vast;
- stelt als algemene voorwaarde dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, van
240 uren;
- beveelt dat voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren heeft verricht de taakstraf wordt vervangen voor 120 dagen hechtenis;
- ontzegt verdachte de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 12 maanden;
- bepaalt dat deze ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
- de tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 (twee) jaren navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.C. Moed, voorzitter, mrs. C.A.M. van Straalen en K.J. Veenstra, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.W.H.M. Verheijen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 20 juli 2017.
Mr. K.J. Veenstra is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
Primair
hij op 14 maart 2016 te Nieuwegein, althans in hetarrondissement Midden-Nederland, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, daarmede rijdende over de weg, de Houtenseweg (N409), zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten
verkeersongeval heeft plaatsgevonden door roekeloos, in elk geval zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend,
met dat door verdachte bestuurde motorrijtuig (te weten een personenauto)
- met een zeer hoge, althans (te) hoge snelheid te hebben gereden en/of
- daar waar twee rijbanen worden samengevoegd naar één rijbaan niet in te voegen op de daarvoor bestemde invoegstrook/rijbaan en/of (op dat moment) gas te blijven (bij)geven en/of
- (vervolgens) op een verdrijvingsvlak te gaan rijden en/of te blijven rijden en/of (op dat moment) gas te blijven (bij)geven en/of
- (vervolgens) op de rijstrook voor tegemoetkomend verkeer terecht te zijn
gekomen en/of
- (vervolgens) naar rechts te hebben gestuurd en (over een doorgetrokken
streep) de rechterrijstrook op te zijn gereden, waarbij hij een of meer op die
rechterrijstrook rijdend(e) motorrijtuig(en) heeft afgesneden en/of niet voor
heeft laten gaan,
terwijl verdachte (steeds) had moeten remmen en/of stoppen en/of voorrang had moeten verlenen aan de op de rechterrijstrook rijdende motorrijtuig(en)
- een op die rechterrijstrook rijdend motorrijtuig (een personenauto met daarin bestuurder [slachtoffer 1] ) heeft moeten uitwijken, waardoor de auto van die [slachtoffer 1] is uitgebroken, althans waardoor die [slachtoffer 1] de macht over het stuur is verloren, en op de rijbaan voor tegemoetkomend verkeer terecht is gekomen,
- waardoor een tegemoetkomend rijdend motorrijtuig (een personenauto met
daarin bestuurder [slachtoffer 2] ) frontaal op de auto van die [slachtoffer 1] is
gebotst,
waardoor (een) ander (voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] ) werd(en)
gedood;
art 6 Wegenverkeerswet 1994
hij, op of omstreeks 14 maart 2016, te Nieuwegein, althans in het arrondissement Midden-Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), heeft gereden op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Houtenseweg (N409),
met dat door verdachte bestuurde motorrijtuig
- met een zeer hoge, althans (te) hoge snelheid heeft gereden en/of
- daar waar twee rijbanen worden samengevoegd naar één rijbaan niet heeft/is ingevoegd op de daarvoor bestemde invoegstrook/rijbaan en/of (op dat moment) gas is blijven (bij)geven en/of
- (vervolgens) op een verdrijvingsvlak is gaan rijden en/of blijven rijden en/of (op dat moment) gas is blijven (bij)geven en/of
- (vervolgens) op de rijstrook voor tegemoetkomend verkeer terecht is gekomen
en/of
- vervolgens) naar rechts heeft gestuurd en (over een doorgetrokken streep)
de rechterrijstrook is opgereden, waarbij hij een of meer op die rechterrijstrook rijdend(e) motorrijtuig(en) heeft afgesneden en/of niet voor heeft laten gaan, ten gevolge waarvan dat/die motorrijtuig(en) heeft/hebben moeten uitwijken,
terwijl verdachte (steeds) had moeten remmen en/of stoppen en/of voorrang had moeten verlenen aan de op de rechterrijstrook rijdende motorrijtuig(en),
door welke gedraging(en) gevaar op die weg werd veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd, althans kon worden gehinderd;
art 5 Wegenverkeerswet 1994