Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingslocatie Utrecht
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- de rechtbank begrijpt dat hier is bedoeld AAJJ2879NL) heeft behoord, dan wanneer ze afkomstig zijn van een willekeurige andere ruit of glazen object. [7]
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BENADEELDE PARTIJ
10.VORDERING TENUITVOERLEGGING
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
- 14a, 14b, 14c, 14d, 14g, 24c, 36f, 57, 157 van het Wetboek van Strafrecht en
- 26, 55 van de Wet wapens en munitie;
12.BESLISSING
- wijst de vordering van [benadeelde] toe tot een bedrag van € 3.340,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [benadeelde] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 maart 2017 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [benadeelde] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [benadeelde] aan de Staat