ECLI:NL:RBMNE:2017:3063

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
20 juni 2017
Publicatiedatum
22 juni 2017
Zaaknummer
C/16/440611 / KL ZA 17-231
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbod op contact en dwangsom in kort geding met betrekking tot vertrouwelijke informatie

In deze zaak, die op 20 juni 2017 door de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, heeft eiseres een kort geding aangespannen tegen gedaagde. De procedure is gestart met een dagvaarding op 15 juni 2017, waarbij eiseres diverse producties heeft ingediend. Gedaagde heeft ook producties ingediend, maar heeft aangegeven niet ter zitting te zullen verschijnen. De voorzieningenrechter heeft in het vonnis een aantal belangrijke beslissingen genomen.

De voorzieningenrechter heeft gedaagde verboden om contact op te nemen met eiseres, behalve via zijn advocaat, en dit verbod geldt tot het moment van wijzen van het vonnis in een ander kort geding. Daarnaast is gedaagde verboden om documenten en gegevens die betrekking hebben op eiseres en haar eenmanszaak aan derden te verstrekken. Dit verbod is ook van toepassing op fiscale, financiële en juridische stukken.

Bij overtreding van deze verboden is gedaagde veroordeeld tot het betalen van een dwangsom van € 50.000,- per overtreding, met een maximum van € 100.000,-. Eiseres heeft ook verlof gekregen om de verboden bij lijfsdwang ten uitvoer te leggen indien gedaagde in strijd handelt met de opgelegde verboden. Tot slot is gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 1.204,11. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Lelystad
zaaknummer / rolnummer: C/16/440611 / KL ZA 17-231
Vonnis in kort geding van 20 juni 2017
in de zaak van
[eiseres],
wonende te [woonplaats] ,
eiseres,
advocaat mr. A.J.F. de Jager en mr. R.P. de Vries te Amsterdam,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
advocaat mr. J.P. Koets te Haarlem.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 15 juni 2017
  • de bij brief van 15 juni 2017 door [eiseres] toegezonden producties 1 t/m 14
  • de bij brief van 16 juni 2017 door [gedaagde] toegezonden producties 1 t/m 23
  • de bij brief van 16 juni 2017 door [gedaagde] toegezonden productie 24
  • de bij fax van 19 juni 2017 door [eiseres] toegezonden producties 15 t/m 18
  • de bij brief van 19 juni 2017 door [gedaagde] toegezonden producties 25 t/m 31 en de mededeling dat mr. Koets, voornoemd, [gedaagde] niet ter zitting zal bijstaan en dat de eerder overgelegde producties 3c, 3m en 3s worden ingetrokken
  • de bij fax van 19 juni 2017 door [eiseres] toegezonden akte houdende eiswijziging
  • de mondelinge behandeling
  • de pleitnota van [eiseres]
  • de pleitnota van [gedaagde]
  • de akte wijziging van eis ter zitting.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
1.3.
De beslissing luidt zoals hieronder is bepaald. Aan partijen is meegedeeld dat de nadere schriftelijke uitwerking van dit vonnis zo spoedig mogelijk zal volgen.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
verbiedt [gedaagde] om tot het moment van wijzen van het vonnis in het kort geding met kenmerk 439413/KLZA 17-200 anders dan via zijn advocaat – telefonisch, schriftelijk, via derden, social media of anderszins contact op te nemen met [eiseres] ,
5.2.
verbiedt [gedaagde] om tot het moment van wijzen van het vonnis van het kort geding met kenmerk 439413/KLZA 17-200 documenten en/of andere gegevensdragers afkomstig van of betrekking hebbende op [eiseres] en haar eenmanszaak [naam eenmanszaak] , waaronder maar niet beperkt tot fiscale stukken, financiële stukken en juridische stukken aan derden te verstrekken – anders dan aan de (nog in te schakelen) advocaat van [eiseres] en/of publieke opsporingsinstanties – op welke wijze dan ook,
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om aan [eiseres] een dwangsom te betalen van € 50.000,- voor iedere keer dat hij na betekening van dit vonnis in strijd handelt met de in 5.1 en 5.2 uitgesproken verboden, tot een maximum van € 100.000,- is bereikt,
5.4.
verleent verlof aan [eiseres] om de verboden onder 5.1 en 5.2 bij lijfsdwang ten uitvoer te mogen leggen in het geval [gedaagde] na verbeurte van € 100.000,- aan dwangsommen in strijd handelt met de onder 5.1 en 5.2 uitgesproken verboden,
5.5.
bepaalt dat [gedaagde] te dezen niet langer in gijzeling mag worden gesteld, dan tot het moment van wijzen van het vonnis in het kort geding met kenmerk 439413/KLZA 17-200,
5.6.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] tot op heden begroot op € 1.204,11,
5.7.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Manuel en in het openbaar uitgesproken op 20 juni 2017.