Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 23
- de producties 1 tot en met 19 van GEKA c.s.
- de producties 24 tot en met 27 van Inter Imex
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van Inter Imex
- de pleitnota van GEKA c.s..
2.De feiten
31 december 2018 worden beëindigd.
1 augustus 2018 beëindigt. Zij heeft Inter Imex gesommeerd de openstaande facturen voor een totaalbedrag van € 21.926,40 vóór 15 december 2016 te voldoen.
3.Het geschil
€ 50.000,-;
€ 500.000,-;
4.De beoordeling
Rechtsmacht en toepasselijk recht
1 augustus 2018. Bij de beoordeling van de rechtsgeldigheid van de opzegging heeft Inter Imex naar het oordeel van de voorzieningenrechter echter onvoldoende spoedeisend belang. Gelet op de datum waartegen is opgezegd (1 augustus 2018) kan voor een oordeel over de opzegging de bodemprocedure worden afgewacht. Het onder I en II gevorderde zal dan ook worden afgewezen, voor zover deze vorderingen zien op de periode na 1 augustus 2018. Ook de vordering onder V, die samenhangt met de beoordeling van de opzegging, wordt wegens het ontbreken van spoedeisend belang afgewezen. Bij de beoordeling van de vordering tot nakoming en het verbod tot zaken doen met anderen (schending exclusiviteit) tót 1 augustus 2018 heeft Inter Imex wel spoedeisend belang. Zij stelt immers dat zij een exclusieve distributieovereenkomst heeft met Maquinaria GEKA én GEKA Automation en dat die door GEKA c.s. niet wordt nagekomen c.q. dat daarmee in strijd wordt gehandeld en Inter Imex daardoor schade lijdt.
Ten slotte heeft Inter Imex de orderbevestiging d.d. 12 april 2016 aan Tuwi in het geding gebracht. Dit betreft de order voor de Semi-Paxy, in samenstelling met een zogenaamde ‘Puma 110’. Volgens GEKA c.s. is deze samenstelling geleverd door GEKA Automation, maar de voorzieningenrechter constateert dat de orderbevestiging is uitgegeven door Maquinaria GEKA. Ook dit is een omstandigheid die erop duidt dat het onderscheid tussen Maquinaria GEKA en GEKA Automation in de praktijk niet (strikt) wordt gemaakt, zoals Inter Imex stelt. De verklaring die GEKA c.s. voor de orderbevestiging heeft gegeven, namelijk dat dit niet correct is verlopen en dat GEKA Automation op de order bevestiging had moeten staan, overtuigt – mede in het licht van de andere genoemde omstandigheden – niet. Uit het voorgaande volgt dat ook tussen Inter Imex en GEKA Automation een voldoende bestendige handelsrelatie bestond en bestaat, waarbij de facto sprake was en is van exclusiviteit. Dat de omvang van de verkopen van GEKA Automation aan Inter Imex (beduidend) lager is dan die van Maquinaria GEKA aan Inter Imex doet hier, gelet op het voorgaande, niet aan af.
1 augustus 2018. Zij is immers gehouden om in ieder geval tot die datum haar verplichtingen uit de overeenkomst na te komen, waaronder de verplichting om voor wederverkoop op de Nederlandse markt exclusief aan Inter Imex te verkopen. Gelet op de toewijzing van het gevorderde onder I, heeft Inter Imex geen belang bij toewijzing van de vordering onder II, omdat dit feitelijk op hetzelfde neerkomt.
816,00