Uitspraak
[verzoeker sub 2],
1.De procedure
Bij de mondelinge behandeling zijn verschenen: de heer [verzoeker sub 2] ,
Rechtbank Midden-Nederland
Op 4 april 2017 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van Directautoleasen B.V. en verzoeker sub 2 tegen mr. N.V.M. Gehlen, de behandelend rechter in een civiele procedure. Het wrakingsverzoek was ingediend naar aanleiding van een zitting op 6 maart 2017, waar verzoekers zich onterecht behandeld voelden door de rechter. Verzoekers voerden aan dat zij onvoldoende gelegenheid hadden gekregen om hun standpunt naar voren te brengen en dat de aanwezigheid van een derde, die vertrouwelijke informatie zou hebben gedeeld, hun onpartijdigheid in gevaar bracht. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de verzoekers tijdens de comparitie geen concrete wrakingsgronden hebben gepresenteerd en dat de gronden pas twee weken later zijn geformuleerd. Dit was in strijd met de vereisten van artikel 37 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat bepaalt dat wrakingsgronden tijdig moeten worden ingediend. De wrakingskamer heeft daarom het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk verklaard, zonder inhoudelijke beoordeling van de zaak. De procedure met nummer C/16/422612 / HA ZA 16-656 zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond op het moment van de schorsing door het wrakingsverzoek.