Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 8 juni 2016
- het proces-verbaal van comparitie van 11 januari 2017.
2.De feiten
€ 35.631,24
€ 1.403,38
vrijdag 30 oktober 2015 voor 12.00 uurschriftelijk te bevestigen dat u cliënte alsnog een partij lampen levert die voldoet aan hetgeen is overeengekomen. Het thans nog bij cliënte aanwezige resterende gedeelte van de geleverde lampen kan na de levering en goedkeuring van de lampen door cliënte bij cliënte worden opgehaald. […]’
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
- op de orderbonnen van 2 januari en 15 januari 2015 (zie 2.5 en 2.6) in grote letters Led International is vermeld; de naam Joyglow komt op deze orderbonnen niet voor;
- Led International (en niet Joyglow) op 16 maart 2015 een factuur heeft gestuurd aan Excluparts ter vergoeding van de kosten voor de verbetering van de kwaliteit van de nog te ontvangen 5.400 lampen (zie 2.9);
- Led International op de factuur van 28 april 2015 (zie 2.11) € 42.314 aan Excluparts in rekening gebracht voor de levering van 5.400 led TL-buizen, onder aftrek van het reeds door Joyglow gefactureerde bedrag; als sprake was geweest van een bemiddelingsovereenkomst zou het voor de hand hebben gelegen dat Led International op die factuur alleen haar prijs voor bemiddeling in rekening had gebracht, onder vermelding van bemiddeling (of iets dergelijks, zoals afhandeling en vervoer).
5.De beslissing
26 april 2017voor het nemen van een akte door Excluparts over hetgeen is vermeld onder 4.12, waarna Led International op de rol van vier weken daarna een antwoordakte kan nemen,