ECLI:NL:RBMNE:2016:6687

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
14 december 2016
Publicatiedatum
14 december 2016
Zaaknummer
C/16/427805 / KG ZA 16-909
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over zorgovereenkomst en overdracht cliënten

Op 14 december 2016 heeft de Rechtbank Midden-Nederland in Utrecht een vonnis uitgesproken in een kort geding tussen Zorg Stichting Vivence (ZSV) en Zilveren Kruis Zorgkantoor N.V. ZSV vorderde een betaling van € 400.000,00 van Zilveren Kruis om de zorg voor haar cliënten te kunnen waarborgen, terwijl Zilveren Kruis zich beriep op opschorting van betalingen en een tegenvordering had wegens onrechtmatige declaraties. De rechtbank oordeelde dat ZSV tekort was geschoten in haar verplichtingen uit de zorgovereenkomst, met name in de overdracht van cliënten aan een andere zorgaanbieder. De rechtbank wees de vordering van ZSV af en gebiedde ZSV om binnen twee weken over te gaan tot overdracht van haar cliënten aan een door Zilveren Kruis gecontracteerde zorgaanbieder, op straffe van een dwangsom. De proceskosten werden aan ZSV opgelegd.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/427805 / KG ZA 16-909
Vonnis in kort geding van 14 december 2016
in de zaak van
de stichting
ZORG STICHTING VIVENCE,
gevestigd te Arnhem,
eiseres,
advocaat mr. J.P. van Rossum te Amsterdam,
tegen
de naamloze vennootschap
ZILVEREN KRUIS ZORGKANTOOR N.V.,
gevestigd te Utrecht,
gedaagde,
advocaat mr. T.R.M. van Helmond te Amsterdam.
Partijen zullen hierna ZSV en Zilveren Kruis genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties,
  • de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie, met producties,
  • de brief van 7 december 2016 van ZSV met producties,
  • de brief van 7 december 2016 van Zilveren Kruis met producties,
  • de mondelinge behandeling, gehouden op 8 december 2016,
  • de pleitnota van Zilveren Kruis.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
ZSV is een zorgaanbieder die zich richt op zorg en wonen. Zij richt zich voornamelijk op jongeren en volwassenen met een licht verstandelijke beperking. ZSV heeft locaties in Almere , Amsterdam, Borculo en Deventer.
2.2.
Zilveren Kruis is een zorgverzekeraar. Als uitvoerder van de Wet langdurige zorg (Wlz), koopt Zilveren Kruis zorg in.
2.3.
Zilveren Kruis en ZSV hebben op 5 oktober 2015 een contract gesloten voor het leveren van Wlz-zorg door ZSV voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016 (hierna: de Overeenkomst). In Deel I.B. onder het kopje “Zorgaanbiedergebonden afspraken” is vermeld:
“(…)
Lid 3 contract onder voorwaarden.
Deze overeenkomst is, indien van toepassing aangegaan onder de volgende ontbindende voorwaarden:
De volgende voorwaarden gelden ieder afzonderlijk voor de continuering van de Wlz-overeenkomst 2016 in de periode 1 januari 2016 tot 1 augustus 2016.

ZSV voldoet aan alle vereisten uit het offertetraject 2016

Het Verscherpt Toezicht is voor 1 januari 2016 voor de locatie Borculo opgeheven en niet (opnieuw) opgelegd op één van (andere) locaties van ZSV.

De resultaatsverslagen en/of verbeterplannen en/of andere vereisten, verplicht gesteld door de afdeling Materiële Controle van Achmea worden tijdig aangeleverd en tijdig op voldoende wijze geïmplementeerd, zodat in 2016 de rechtmatigheid en kwaliteit van de zorg voldoende gegarandeerd is.

Er wordt in een vervolgonderzoek door Materiële Controle in 2016 geen onrechtmatigheden geconstateerd, waaruit een totale vordering van meer dan € 25.000,- blijkt.

Er wordt bij een eventueel vervolgonderzoek door de IGZ op de locatie Borculo op geen enkel onderzocht thema hoog risico en/of zeer hoog risico geconstateerd;

Er wordt bij een eventueel vervolgonderzoek door de IGZ op een van de andere locaties op geen enkel onderzocht thema zeer hoog risico geconstateerd;

Het zorgkantoor en de IGZ hebben voldoende vertrouwen in de borging van het kwaliteitsbeleid in de Raad van Bestuur en Raad van Toezicht van ZSV, bijvoorbeeld door in beide raden functionarissen te benoemen met voldoende bewezen ervaring in de langdurige zorg voor gehandicapten of andere maatregelen waaruit de borging van deze deskundigheid in beide raden voldoende blijkt. Deze borging blijkt uit het verbeterplan dat aan de IGZ wordt gestuurd.

ZSV houdt zich aan de voorwaarden, beschreven in het inkoopdocument 2016 betreffende de zorg in de diverse zorgkantoorregio’s. Dit betekent dat eventuele zorg geleverd aan cliënten in regio’s die niet gecontracteerd zijn door Achmea in 2016 worden afgebouwd.
ZSV gaat ermee akkoord om actief mee te werken aan een afbouwcontract mocht ZSV zich niet aan deze voorwaarden hebben gehouden. De hierboven beschreven voorwaarden gelden ieder afzonderlijk voor de continuering van de overeenkomst 2016. Indien aan een van deze voorwaarden niet wordt voldaan op 1 augustus 2016, dit naar de beoordeling van Achmea, wordt de overeenkomst 2016 ontbonden en dient ZSV de verzekerden die in zorg zijn bij haar over te dragen aan een andere door Achmea gecontracteerde zorgaanbieder.
2.4.
Op 2 maart 2016 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen Zilveren Kruis en de heer [A] , destijds bestuurder van ZSV en mevrouw [B] (lid van de raad van toezicht van ZSV), waarbij de voorwaarde dat ZSV voldoende vertrouwen heeft in de borging van het kwaliteitsbeleid in de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht nader is ingevuld als volgt:
1. [A] wordt als bestuurder een zichtbare contactpersoon voor het zorgkantoor en
2. informeert het zorgkantoor proactief op alle punten die de zorg aangaan: w.o. organisatiewijzigingen, zaken die de media zouden halen of al in het nieuws geweest zijn, inspectie door de IGZ en alle andere zaken die van significant belang zijn voor een zorgorganisatie en die het zorgkantoor moet weten
3. de Raad van Toezicht informeert het zorgkantoor voor 18 april a.s. schriftelijk/per mail aan de hand van een korte beleidsnotitie op welke wijze zij de kwaliteit van zorg binnen het toezicht heeft geborgd.
2.5.
Op 4 juli 2016 is [A] gearresteerd wegens fraude. Met ingang van 11 juli 2016 is [A] als bestuurder geschorst.
2.6.
Bij brief van 7 juli 2016 heeft Zilveren Kruis aan ZSV meegedeeld dat niet is voldaan aan de ontbindende voorwaarde dat Zilveren Kruis voldoende vertrouwen heeft in de borging van het kwaliteitsbeleid in de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. Zilveren Kruis heeft de Overeenkomst daarom ontbonden. Voorts heeft Zilveren Kruis zich in deze brief beroepen op het in de Overeenkomst overeengekomen “afbouwcontract”, hetgeen inhoudt dat ZSV geen nieuwe cliënten meer in zorg mag nemen en zorg moet dragen voor een zorgvuldige overdracht van haar cliënten naar een andere door Zilveren Kruis gecontracteerde zorgaanbieder. Zilveren Kruis heeft voor de overdracht van de cliënten een termijn gesteld tot 1 augustus 2016.
2.7.
Bij e-mail van 13 juli 2016 heeft ZSV aan Zilveren Kruis meegedeeld dat ZSV onder protest meewerkt aan overdracht van de cliënten. Daarbij is er op gewezen dat de vrije keuze van de cliënten bepalend moet zijn. De e-mail vermeldt voorts:
“(…)
Daarom vinden wij het niet meer dan billijk dat wij van Achmea (rechtbank: Zilveren Kruis
) de gelegenheid krijgen dit eerst met onze cliënten te bespreken, alvorens enige overdracht plaatsvindt. Om praktische redenen is 1 augustus onrealistisch en niet haalbaar. Wij verzoeken u om de overdracht ruim de tijd te geven in het belang van de zorg begeleiders, maar in het bijzonder de cliënt zelf
(…)”
2.8.
In antwoord hierop heeft ZSV zich in een e-mail van 13 juli 2016 zich bereid verklaard de zorg tot 1 september 2016 door te betalen.
2.9.
Op 21 juli 2016 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen Zilveren Kruis, ZSV en Stichting Humanitas voor Dienstverlening aan mensen met een Handicap (hierna: Humanitas).
2.10.
Op 25 augustus 2016 heeft ZSV een overeenkomst van opdracht gesloten met VDL Crisis Management & Corporate Finance B.V. (hierna: VDL),waarbij de heer [C] is aangesteld als interim-bestuurder van ZSV. Deze overeenkomst vermeldt - onder meer - als opdracht aan [C] :
“Begeleiding van de afbouw van het zorgcontract met Zilveren Kruis en een overdracht van alle cliënten en (een deel van) de werknemers van ZSV naar de stichting Stichting Humanitas voor Dienstverlening aan mensen met een Handicap (…) Gestreefd zal worden naar voltooiing van de opdracht uiterlijk per 1 oktober 2016”
2.11.
[C] heeft in zijn hoedanigheid van interim-bestuurder van ZSV de medewerkers en cliënten geïnformeerd dat de zorg wordt overgenomen door Humanitas. In de brief aan de medewerkers is vermeld dat ZSV de cliënten heeft aangeraden om in te stemmen met de overdracht aan Humanitas.
2.12.
Bij e-mail van 7 september 2016 heeft [D] namens de Raad van Toezicht van ZSV aan Zilveren Kruis meegedeeld dat ZSV de overeenkomst van opdracht met VDL heeft ontbonden, omdat de manier waarop [C] de opdracht invult strijdig is met de overeenkomst tussen partijen en indruist tegen de belangen van de zorgbehoevenden.
2.13.
Bij e-mail van 8 september 2016 heeft mr. P.J. van Rossum aan Zilveren Kruis meegedeeld dat de Raad van Toezicht van ZSV hem heeft gevraagd haar bij te staan. Bij e-mail van 12 september 2016 heeft de Raad van Toezicht bevestigd dat Van Rossum gemachtigd is om namens ZSV op te treden.
2.14.
Met ingang 14 september 2016 heeft ZSV (in de overeenkomst aangeduid als “Opdrachtgever”) een overeenkomst van opdracht gesloten met mevrouw drs. [E] waarin is overeengekomen dat [E] de functie van interim-bestuurder zal gaan vervullen. In de overeenkomst is bepaald dat de Raad van Toezicht [E] in die functie zal benoemen. De overeenkomst is namens ZSV ondertekend door mr. Van Rossum. In de aanhef van de overeenkomst van opdracht is onder meer vermeld:
“Zilveren Kruis en Opdrachtgever zijn overeengekomen dat gezien de zorgvuldigheid voor wat betreft de zorgverlening aan cliënten, Opdrachtgever vooralsnog een termijn wordt gegund tot 1 oktober 2016 om de volledige afbouw en overdracht van cliënten te realiseren. Mocht deze termijn om praktische redenen niet haalbaar zijn, waarbij leidend is de zorg voor de cliënten, dan kan deze termijn worden verlengd na overleg tussen Zilveren Kruis en Opdrachtgever”
In de opdracht/taakomschrijving voor [E] is vermeld onder punt 3 onder b:
“Begeleiding van de afbouw van het zorgcontract van Opdrachtgever met Zilveren Kruis en een overdracht van alle cliënten en werknemers Opdrachtgever naar een opvolgende organisatie die de goedkeuring heeft van Zilveren Kruis.”
2.15.
Bij e-mail van 15 september 2016 aan ZSV wijst Zilveren Kruis er op dat in de overeenkomst van opdracht met [E] Humanitas niet meer wordt genoemd als zorgaanbieder aan wie de cliënten en (een deel van) de medewerkers overgedragen worden. Zij verzoekt dat de overeenkomst in die zin wordt gewijzigd en door de Raad van Toezicht wordt ondertekend. In antwoord op deze e-mail heeft mr. Van Rossum geantwoord dat de ervaringen met Humanitas vooralsnog zo zijn dat van een overdracht aan Humanitas geen sprake kan zijn. Verder schrijft Van Rossum:
“Wat is toch het belang van Zilveren Kruis/Achmea Zorgkantoor om consequent Humanitas op te dringen? Bovendien hebt u gezegd dat het niet uitmaakt bij welk zorgbedrijf ZSV aansluiting zoekt als het maar een door het ZilverenKruis/Achmea erkende zorginstelling is. Daar wordt aan gewerkt”
2.16.
Bij brief van 22 september 2016 heeft Zilveren Kruis aan ZSV meegedeeld dat zij dient te voldoen aan de afspraken:
“Vanaf 7 juli jl. zijn er diverse gesprekken met u gevoerd en het andere lid van RvT de heer [F] en de gevolmachtigden de heren [G] en [H] in aanwezigheid van uw toenmalige advocaten. Dit om de overdracht van cliënten en medewerkers aan Humanitas DMH te bewerkstellingen. Vanaf de beëindiging van de overeenkomst met de heer [C] door ZSV, is er door ZSV geen enkele blijk gegeven van voortzetting van de benodigde voorbereidingen, terwijl cliënten en medewerkers wel zijn geïnformeerd over de overdracht aan Humanitas DMH. De suggestie, die ZSV vorige week in een gesprek heeft gedaan dat de cliënten overdragen gaan worden aan een andere organisatie dan Humanitas DMH, wordt op geen enkele wijze concreet gemaakt. Gezien de termijn van 1 oktober a.s. kunnen wij met deze opmerking niets
Zilveren Kruis Zorgkantoor sommeert ZSV in deze brief als volgt:
“1) een onverwijlde actieve en transparant wijze van uitvoering van de overdracht van cliënten aan Hunanitas DMH op 1 oktober a.s. en
2) het geven van informatie waaruit blijkt hoe (de nieuwe bestuurder van ZSV) aan het eerste punt gestelde uitvoering geeft.
ZSV kan blijk geven van medewerking door:
1) inzicht te geven in de huidige bestuurlijke status, met aantoonbaar bewijs in de vorm van een uittreksel uit het Handelsregister.2) aanstaande vrijdag 23 september voor 12.00 uur Zilveren Kruis een plan van aanpak inclusief draaiboek te overhandigen van de nog te nemen stappen die leiden tot overdracht van cliënten en medewerkers per 1 oktober a.s.;
3) dit nadrukkelijk in de opdracht aan de interim-bestuurder mee te geven
Als ZSV uiterlijk vrijdag 23 september 12.00 uur a.s. niet aan deze punten voldoet, stelt Zilveren Kruis u in gebreke en zal Zilveren Kruis eigenstandig cliënten benaderen om hen een aanbod te doen om over te stappen naar een andere zorgaanbieder.
(…)”
2.17.
In een e-mail van eveneens 22 september 2016 heeft Zilveren Kruis de afspraken die op 22 september met ZSV gemaakt zijn bevestigd. Zij vermeldt daarin:
“(…)
De kwaliteit van het plan van aanpak zal niet als randvoorwaardelijk voor de betaling beoordeeld worden; wij vertrouwen op een gedegen aanpak. Dit plan moet gericht zijn op de overdracht van cliënten aan Humanitas DMH per 1 oktober 2016, of zoveel later als noodzakelijk,. Het plan bevat concrete stappen en deadlines en is dermate transparant en meetbaar geformuleerd dat u hier met regelmaat over kunt rapporteren.
(…)”
2.18.
Op 23 september 2016 levert ZSV een zorgplan waarin onder het kopje “Gewenste situatie” is vermeld:
“Zorg Stichting Vivence zal haar inspanningen verrichten om uiterlijk 1 november een transitie te laten geschieden naar een gecontracteerde zorgaanbieder.”
2.19.
Naar aanleiding van een uitnodiging van Zilveren Kruis voor een voortgangsgesprek over het door ZSV ingediende plan van aanpak deelt [E] in een e-mail van 28 september 2016 mee dat zij die datum verhinderd is. Voorts schrijft zij:
“Ik ben op dit moment fulltime bezig met in kaart brengen van de kosten en waar mogelijk direct de kosten te drukken. Met name in de salarissen van niet essentieel zorg personeel en lease auto’s
Daarnaast heb ik de bevoegdheden van alle personeel om financiële transacties te doen afgenomen zodat er geen enkele betaling uit kan zonder dat ik daar toestemming voor geef. Als extra veiligheid is het geld wat u heeft overgemaakt naar het advocaten kantoor van Rossum overgemaakt. Het advocaten kantoor zorgt voor de fysieke uitvoering van de betalingen zodat er geen geld naar doelen kan gaan waarvoor het niet bestemd is
Daarnaast worden er gesprekken gevoerd met diverse partijen voor overname
(…)”’
2.20.
Op eveneens 28 september 2016 informeert Zilveren Kruis ZSV over de schriftelijke bevindingen van het dossieronderzoek dat is uitgevoerd door de afdeling Materiële Controle van 3 augustus 2016.
2.21.
Op 6 oktober 2016 stuurt mr. Van Rossum een e-mail aan Zilveren Kruis, met daaraan gehecht de brief die [E] heeft gezonden aan de medewerkers. In deze brief schrijft [E] :
“(…)
Dat ZSV er afgelopen maand er niet in is geslaagd om de lonen en huren op tijd te betalen, komt mede omdat het Zorgkantoor, laat ik het voorzichtig formuleren, een niet helemaal realistische kijk heeft op de stand van zaken bij ZSV en hoe de fouten bij ZSV zijn op te lossen. Het zorgkantoor ziet liever een directe overgang van cliënten/zorgbehoevenden naar een andere partij zodat zij ZSV niet meer hoeft te betalen.
(…)
Ik zie niets in het overdragen van ZSV in de staat waarin het zich nu verkeert, je hebt dan niets te willen en dan is niets zeker. ZSV is op dit moment een amorfe massa, het lijkt wel een bord beschimmelde bami. Bij de huidige stand van zaken heeft ZSV alleen maar te slikken en dat is even erg als een faillissement en daarom slecht voor jullie arbeidsrechtelijke positie (…) Als er aan de zorg niets mankeert is dat het doorslaggevende argument om geld te krijgen van het Zorgkantoor
(…)”.
2.22.
Bij e-mail van 18 oktober 2016 heeft mr. Van Rossum aan Zilveren Kruis verzocht een spoedbetaling te doen die noodzakelijk is om de zorg te kunnen blijven verlenen. Bij e-mail van 19 oktober 2016 aan [E] heeft het Zilveren Kruis aan [E] meegedeeld dat zij alleen aan het betalingsverzoek kan voldoen als wordt voldaan aan een aantal voorwaarden. Eén van de voorwaarden is dat Zilveren Kruis dagelijks een overzicht ontvangt van de betalingen die gedaan zijn vanuit het geld dat zij aan ZSV ter beschikking heeft gesteld. Bij e-mail van gelijke datum heeft [E] meegedeeld dat zij instemt met de voorwaarden. Zilveren Kruis heeft een bedrag van € 277.250,00 laten overmaken op de derdengeldrekening van het advocatenkantoor van mr. Van Rossum. Op 7 november 2016 heeft mr. Van Rosssum een overzicht gegeven van de betalingen die zijn gedaan.
2.23.
Bij email van eveneens 18 oktober 2016 heeft Zilveren Kruis aan de heer [D] geschreven:
“Via de heer van Rossum ontvingen wij bericht dat u en de heer [F] voornemens zijn om uw lidmaatschap van de Raad van Toezicht van ZSV te beëindigen. Wij zijn onaangenaam verrast door dit bericht, onder meer gezien de turbulente fase waar ZSV zich op dit moment in bevindt.
Daarnaast wijzen wij u er op dat voor het zorgkantoor op dit moment alleen de heer Van Rossum en mevrouw [E] namens ZSV gesprekspartner zijn. Beiden zijn dit in opdracht van de Raad van Toezicht, waarbij wij de kanttekening maken dat wij nooit een exemplaar hebben ontvangen van de door de Raad van Toezicht ondertekende opdracht aan mevrouw [E] . Deze zouden we uiteraard alsnog willen ontvangen. Ook hebben wij begrepen dat de bij de kamer van Koophandel ingeschreven gevolmachtigde, de heren [H] en [G] op non-actief zijn gesteld.
Wilt u ons per omgaande informeren over deze ontwikkeling, als ook de gevolgen hiervan voor Zilveren Kruis en de vertegenwoordiging daarvan?”
In antwoord op deze e-mail heeft de heer [D] op 19 oktober 2016 geschreven:
“(…)
Bedankt voor uw bericht.
Het is juist dat wij om ons moverende redenen zullen aftreden. Dit was ook kenbaar gemaakt tijdens de meeting bij u op kantoor op 7 juli jongstleden.
Een uitgebreider separaat bericht mag u binnenkort tegemoet zien.
“(…).”
2.24.
Op 20 oktober 2016 heeft de Belastingdienst aan ZSV een bevel tot betaling betekend voor een openstaand bedrag bij de belastingdienst van € 2.085.133,00. In dit betalingsbevel kondigt de Belastingdienst aan dat bij niet tijdige betaling beslag zal worden gelegd.
2.25.
Bij brief van 27 oktober 2016 heeft IGZ een aanwijzing gegeven waarin staat dat ZSV alle cliënten op de locatie [locatie] ( [woonplaats] ) over moet dragen aan een zorgaanbieder die naar het oordeel van de inspectie goede zorg verleent. Na overleg met Zilveren Kruis, ZSV en Humanitas zijn de cliënten van ZSV van de locatie [locatie] overgedragen aan Humanitas.
2.26.
Op 31oktober 2016 vindt een gesprek plaats tussen de afdeling Materiële Controle van Zilveren Kruis en ZSV over de uitgevoerde materiële controle van 3 augustus 2016. ZSV heeft hierop op 14 november 2016 gereageerd.
2.27.
Bij e-mail van 16 november 2016 heeft mr. Van Rossum aan Zilveren Kruis meegedeeld dat ZSV bezuinigingen heeft doorgevoerd hetgeen erop neerkomt dat ZSV de facto niet meer bestaat. Mr. Van Rossum licht zijn plan toe om “gezien de verdeeldheid van het personeel en met het oog op een voorspoedige overdracht een nieuwe entiteit op te richten. Een ZSV II”.
2.28.
Bij e-mail van 17 november 2016 heeft [E] aan Zilveren Kruis meegedeeld dat zij niet naar de afspraak voor het geplande voortgangsoverleg komt, omdat zij gelet op de agendapunten geen vruchtbaar gesprek mogelijk acht. Zij licht haar standpunt toe als volgt:
“De door u voorgestelde partner Humanitas houdt zich aan geen enkele afspraak. Zorgt voor zeer grote onrust onder het personeel en cliënten en is zich niet bewust van de regels in Nederland ten aanzien van arbeidsrecht. Dankzij het gedrag van Humanitas hebben wij nu problemen met het FNV en hun advocaten. Tijdens de vergadering in [woonplaats] heeft Humanitas aangegeven het personeel per 10 november over te nemen. Het personeel krijgt echter een arbeidscontract per 1 december. (…) Daarnaast heeft Humanitas een mail gestuurd dat de familie [familie] niet wordt overgenomen maar ook iedereen die terecht of onterecht met hun in verband kan worden gebracht. (…)
Daarnaast is mij ter oren gekomen dat Humanitas cliënten onder druk zet met of tekenen of je staat op straat.
(…)”
2.29.
Bij e-mail van 18 november 2016 heeft de NZa bevestigd dat er vanuit de NZa geen bezwaar bestaat tegen opschorting van de betalingen aan ZSV.
2.30.
Bij brief van 21 november 2016 heeft Zilveren Kruis aan ZSV meegedeeld dat zij met ingang van die datum alle betalingen aan ZSV opschort.
2.31.
Bij brief van 22 november 2016 heeft Zilveren Kruis Zorgverzekeringen aan ZSV meegedeeld dat zij een bedrag van € 2.2028.547,13 van ZSV terugvordert, omdat op basis van de bevindingen van het dossieronderzoek van 3 augustus 2016 een deel van de gedeclareerde zorg over het behandeljaar 2016 als onrechtmatig is beoordeeld.

3.Het geschil

3.1.
ZSV vordert veroordeling van Zilveren Kruis bij wijze van voorlopige voorziening tot betaling van een bedrag van € 400.000,00, teneinde de zorg voor de korte termijn mogelijk te maken door het betalen van de salarissen van het personeel van ZSV die de zorg uitvoeren, de huren van de woningen, het leefgeld van cliënten, geld voor noodzakelijk onderhouden en acuut noodzakelijke andere uitgaven om een faillissement van ZSV te voorkomen.
3.2.
ZSV legt aan haar vordering ten grondslag dat op Zilveren Kruis de verplichting rust de zorg te blijven betalen. Zij stelt daartoe dat het de wens van Zilveren Kruis was om (de cliënten van) ZSV te laten overnemen door zorgaanbieder Humanitas en dat dit overnametraject zou zijn voltooid op 1 oktober 2016. Nu de overdracht niet op 1 oktober 2016 is geraliseerd, beroept ZSV zich erop dat zij met het Zilveren Kruis is overeengekomen dat, indien de gestelde overnametermijn niet haalbaar zou blijken te zijn, deze zou worden verlengd, waarbij de zorg voor de cliënten van ZSV leidend zou zijn. In de loop van het overnametraject is het ZSV gebleken dat bij de beoogde overname door Humanitas voorbij wordt gegaan aaan de arbeidsrechtelijke positie van het personeel en de wensen van de cliënten van ZSV. ZSV is daarom in gesprek gegaan met twee andere partijen die bereid zijn ZSV over te nemen. Het bedrag van € 400.000,00 is volgens ZSV een voorschot op het bedrag van € 900.000,00 dat ZSV nog tegoed heeft van Zilveren Kruis.
3.3.
Zilveren Kruis beroept zich op opschorting of verrekening van de vordering van ZSV. Zij stelt daartoe dat ZSV haar contractuele verplichtingen ten opzichte van Zilveren Kruis niet nakomt en dat Zilveren Kruis een tegenvordering heeft op ZSV van € 2.028.547,00 wegens ongerechtvaardigde declaraties. Volgens Zilveren Kruis is ZSV op de volgende punten tekortgekomen in de nakoming van de overeenkomst:
ZSV is de afspraak dat zij zorg diende te dragen voor een deugdelijk bestuur en een goede zorg diende te waarborgen niet nagekomen. Nadat Zilveren Kruis de Overeenkomst had ontbonden, heeft ZSV zich niet gehouden aan de afspraak dat zij mee zou werken aan de overdracht naar een andere zorgaanbieder. Voorts heeft ZSV volgens Zilveren Kruis niet voldaan aan haar verplichting op grond van de artikelen 35 en 36 van de Wet marketing gezondheidszorg (Wmg) om een goede administratie te voeren. De continuïteit van de zorg is bij ZSV volgens Zilveren Kruis niet voldoende gewaarborgd. Ten slotte stelt Zilveren Kruis dat de financiële positie van ZSV dramatisch is. Zij wijst er daartoe op dat de Belastingdienst een vordering op ZSV heeft van ruim € 2 miljoen. Gelet op het door de Belastingdienst aangekondigde beslag is het restitutierisico groot.
in reconventie
3.4.
Zilveren Kruis vordert dat de voorzieningenrechter bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis ZSV gebiedt binnen twee weken na betekening van dit vonnis, althans binnen een in goede justitie te bepalen termijn, over te gaan tot overdracht van haar cliënten (naar een andere door Zilveren Kruis gecontracteerde zorgaanbieder) op straffe van een dwangsom van € 50.000,00 voor iedere dag dat ZSV daarmee in gebreke blijft.
3.5.
ZSV heeft geen verweer gevoerd tegen deze vordering. Zij stelt dat zij bereid is tot overdracht van haar cliënten aan een andere door Zilveren Kruis gecontracteerde zorgaanbieder.

4.De beoordeling

in reconventie

4.1.
De spoedeisendheid van de vordering is voldoende onderbouwd met de stelling van ZSV dat zij de salarissen van de medewerkers, de weekgelden van de cliënten en de huren van de woonlocaties dient te betalen.
4.2.
Met betrekking tot een voorziening in kort geding, bestaande in veroordeling tot betaling van een geldsom, is terughoudendheid op zijn plaats. De rechter zal daarbij niet alleen hebben te onderzoeken of het bestaan van een vordering van de eiser op de gedaagde voldoende aannemelijk is, maar ook of daarnaast sprake is van feiten en omstandigheden die meebrengen dat uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening is vereist, terwijl de rechter in de afweging van de belangen van partijen mede zal hebben te betrekken de vraag naar - kort gezegd - het risico van onmogelijkheid van terugbetaling, welk risico kan bijdragen tot weigering van de voorziening.
4.3.
De voorzieningenrechter zal de vordering afwijzen op grond van de hierna volgende overwegingen.
4.4.
ZSV heeft niet betwist dat in juli 2016 was voldaan aan de ontbindende voorwaarde in de Overeenkomst dat Zilveren Kruis onvoldoende vertrouwen had in de borging van het kwaliteitsbeleid van de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht. ZSV heeft evenmin betwist dat Zilveren Kruis met de brief van 7 juli 2016 de Overeenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden en dat zij zich kon beroepen op de als gevolg daarvan van toepassing zijnde voorwaarde dat ZSV de verzekerden die zij in zorg heeft dient over te dragen aan een andere door ZilverenKruis/Achmea gecontracteerde zorgaanbieder.
4.5.
Omdat de Overeenkomst is ontbonden per 1 augustus 2016 zijn de betalingen voor de zorgkosten door Zilveren Kruis niet (langer) gebaseerd op de Overeenkomst. Deze betalingen vloeien voort uit de voorwaarde in de Overeenkomst dat ZSV actief dient mee te werken aan een afbouwcontract en dat zij de verzekerden die zij in zorg heeft dient over te dragen. De betalingen van Zilveren Kruis na de ontbinding van de overeenkomst hebben dus tot doel te waarborgen dat ZSV gedurende de overgangsperiode naar een andere zorgaanbieder zorg kan blijven verlenen. Zilveren Kruis heeft steeds aan ZSV kenbaar gemaakt dat deze overdrachtsperiode is gebonden aan een beperkte termijn. In de e-mail van 13 juli 2016 is een termijn toegezegd tot 1 september 2016; later is deze verlengd tot 1 oktober 2016. Ook de overeenkomst van opdracht met [E] waarop ZSV zich beroept vermeldt dat er een termijn was gegund tot 1 oktober 2016 om de volledige afbouw en overdracht van cliënten te realiseren. Een eventueel uitstel van die termijn zou volgens deze overeenkomst van opdracht mogelijk zijn indien de termijn van 1 oktober 2016 om praktische redenen niet haalbaar zou zijn en deze zou dan kunnen worden verlengd na overleg tussen Zilveren Kruis en ZSV. Nog daargelaten dat de overeenkomst van opdracht is gesloten tussen ZSV en [E] en dat Zilveren Kruis daar geen bemoeienis mee heeft gehad, kan uit de hiervoor aangehaalde tekst niet worden afgeleid dat Zilveren Kruis zonder duidelijk zicht op een concrete overname diende in te stemmen met een verlenging van de termijn en dus verplicht is tot betaling van de zorgkosten aan ZSV gedurende die verlengde periode.
4.6.
De door ZSV aan [C] verstrekte opdracht is een concrete aanwijzing dat ZSV en Zilveren Kruis afspraken hebben gemaakt voor de overdracht van de cliënten van ZSV naar Humanitas en dat het streven was dat deze overdracht per 1 oktober 2016 zou zijn afgerond. Dat Humanitas de overnemende partij zou zijn blijkt ook uit de brieven die [C] aan de werknemers van ZSV heeft gestuurd. Onder deze omstandigheden stond niet meer geheel ter vrije keuze van ZSV aan welke zorgaanbieder zij haar cliënten (en werknemers) wenste over te dragen. Indien zij gefundeerde bezwaren had tegen Humanitas, had zij dit tijdig (in ieder geval eerder dan zij thans heeft gedaan) aan Zilveren Kruis moeten meedelen en had zij concrete voorstellen moeten doen voor een overname door een andere zorgaanbieder. ZSV heeft echter verzuimd hierover met Zilveren Kruis in gesprek te gaan. Zij heeft zonder nader overleg met Zilveren Kruis [C] uit zijn functie ontheven en [E] een andersluidende opdracht verstrekt. Toen het Zilveren Kruis werd geconfronteerd met de situatie dat in de opdracht aan [E] Humanitas niet meer als overnemende zorgaanbieder werd genoemd, kon zij naar het oordeel van de voorzieningenrechter dan ook nakoming eisen van de eerder gemaakte afspraak. Dit heeft Zilveren Kruis gedaan met haar sommatie van 22 september 2016.
4.7.
In het plan van aanpak dat ZSV vervolgens op 23 september 2016 aan Zilveren Kruis heeft voorgelegd, geeft ZSV “als gewenste situatie” dat zij “inspanningen zal verrichten om uiterlijk 1 november 2016 een transitie te laten geschieden”. Zij maakt hierbij echter niet duidelijk welke zorgaanbieder zij daarbij op het oog heeft. Ook de e-mail van 28 september 2016 waarin een update wordt gegeven vermeldt slechts dat er “gesprekken worden gevoerd met diverse partijen over een overname”. Om welke partijen het gaat en hoe concreet de overnameplannen zijn wordt niet verduidelijkt. Bovendien geeft [E] in de brief die zij aan de medewerkers heeft gestuurd en die mr. Van Rossum in zijn e-mail van 6 oktober 2015 ter kennisname aan Zilveren Kruis heeft meegezonden, er geen blijk van dat het streven van ZSV is om op zo kort mogelijke termijn de overdracht te bewerkstellingen. Integendeel, [E] schrijft aan de werknemers dat zij “niets ziet in het overdragen van ZSV in de staat waarin het nu verkeert”. Verder blijkt uit de e-mail van 28 september 2016 dat [E] voorrang heeft gegeven aan een interne reorganisatie en het doorvoeren van bezuinigingen. Ook uit de voorstellen van mr. Van Rossum om alvorens ZSV over te dragen eerst een andere entiteit in het leven te roepen (een ZSV II), kan worden afgeleid dat de activiteiten van ZSV erop zijn gericht de gehele onderneming over te dragen aan een andere zorgverlener. Deze plannen zijn niet in overeenstemming met de contractuele verplichting van ZSV om in de periode na de ontbinding van de Overeenkomst actief mee te werken aan overdracht van de cliënten en de daarop gebaseerde afspraken om dit op zeer korte termijn (per 1 oktober 2016) te realiseren.
4.8.
De voorzieningenrechter is op grond van het voorgaande van oordeel dat Zilveren Kruis aannemelijk heeft gemaakt dat ZSV tekort is geschoten in haar uit de Overeenkomst voortvloeiende verplichting om actief mee te werken aan overdracht van haar cliënten aan een andere zorgverlener. Het betoog van ZSV dat zij niet in zee wenste te gaan met Humanitas, omdat deze zorgaanbieder niet geschikt is om de voor haar cliënten vereiste zorg te verlenen en ook onvoldoende zekerheid kan bieden voor de werknemers van ZSV werknemers brengt de voorzieningenrechter niet tot een ander oordeel. Het had op de weg van ZSV gelegen om tijdig een concreet voorstel te doen voor een zorginstelling die zonder de vermeende bezwaren die ZSV tegen Humanitas heeft haar cliënten zou kunnen overnemen. Eerst nadat zij ter zitting hierover door de voorzieningenrechter werd bevraagd, heeft zij de zorgaanbieders “Cura XL” en “Expert Care” genoemd waarmee zij naar haar zeggen in gesprek is. Zij heeft echter geen enkel stuk overgelegd waaruit blijkt wat de inhoud van de onderhandelingen is en wat de stand van zaken is. ZSV heeft dan ook niet aannemelijk gemaakt dat door de genoemde zorgaanbieders een serieus aanbod tot overname van de cliënten is gedaan. Bij haar argument dat Humanitas niet bereid is al haar werknemers over te nemen, verliest ZSV uit het oog dat de Overeenkomst ziet op overname van de cliënten van ZSV aan een andere zorgaanbieder. Het is begrijpelijk dat ZSV een dergelijke overdracht ook voor haar werknemers zo goed mogelijk wil laten verlopen. Zilveren Kruis staat echter buiten de arbeidsrechtelijke relatie tussen ZSV en haar werknemers. Zilveren Kruis heeft slechts een overeenkomst met de verzekerden die met ZSV een zorgcontract hebben gesloten. De zorgplicht van Zilveren Kruis strekt er in de eerste plaats toe dat de verzekerden verantwoorde zorg blijven ontvangen.
4.9.
Zilveren Kruis is op grond van de Wmg belast met de controle op de rechtmatige besteding van de door haar ter beschikking gestelde middelen. Zij heeft zich dan ook met goede reden op het standpunt gesteld dat ZSV ook na de ontbinding van de Overeenkomst verplicht was voor Zilveren Kruis inzichtelijk te maken dat werd voorzien in een deugdelijk bestuur en een deugdelijke toezicht op ZSV.
4.10.
Uit de e-mail van 8 september 2016 van mr. Van Rossum blijkt dat hij optreedt als adviseur van de Raad van Toezicht. In de e-mail van 12 september 2016 heeft de heer [D] in zijn hoedanigheid van voorzitter van de Raad van Toezicht vervolgens meegedeeld dat ZSV wordt vertegenwoordigd door mr. Van Rossum. In deze e-mail wordt niet verduidelijkt welke positie mr. Van Rossum inneemt ten opzichte van de Raad van Toezicht en/of ZSV. Uit de verstrekte informatie in hun onderlinge samenhang bezien kan worden afgeleid dat mr. Van Rossum optrad als adviseur van de Raad van Toezicht én als adviseur van ZSV. Deze vermenging van functies is in strijd met het uitgangspunt dat de Raad van Toezicht, om haar taken op juiste wijze te kunnen vervullen, onafhankelijk dient te zijn van de bestuurder. Daar komt nog bij, zoals Zilveren Kruis naar voren heeft gebracht, dat mr. Van Rossum kennelijk ook een uitvoerende taak in ZSV had, aangezien betalingen van de lonen en huren via zijn derdengeldenrekening liepen. Ter zitting heeft mr. Van Rossum in zijn hoedanigheid van advocaat van ZSV toegelicht dat hij aanvankelijk door de Raad van Toezicht is aangezocht en dat hij in een later stadium voor ZSV is gaan optreden. Nog daargelaten dat ook de opeenvolging van deze posities niet in overeenstemming is met onafhankelijk toezicht, had het op de weg van ZSV gelegen om aan Zilveren Kruis onmiddellijk nadat mr. Van Rossum aantrad te verduidelijken wat zijn positie en functie was. Ook bij de benoeming van [E] als interim-bestuurder heeft ZSV onvoldoende inzichtelijk gemaakt in wiens opdracht en onder wiens verantwoordelijkheid deze benoeming heeft plaatsgevonden. De overeenkomst van opdracht is ondertekend door mr. Van Rossum als vertegenwoordiger van ZSV. Onweersproken is echter dat de in deze overeenkomst aangekondigde benoeming van [E] door de Raad van Toezicht niet heeft plaatsgevonden. Ondanks een verzoek daartoe in de e-mail van Zilveren Kruis aan [D] is een bevestiging van de aan [E] verstrekte opdracht door de Raad van Toezicht uitgebleven. Voorts is ZSV noch de Raad van Toezicht ingegaan op de e-mailwisseling tussen Zilveren Kruis en [D] waarin Zilveren Kruis constateert dat [D] en [F] voornemens zijn hun lidmaatschap van de Raad van Toezicht op te zeggen en dat de gevolmachtigden [H] en [G] op non-actief zijn gezet.
4.11.
Deze onduidelijkheid over de posities van mr. Van Rossum en [E] , onduidelijkheid over de aftredende bestuursleden en/of hun opvolging en onduidelijkheid over de gevolmachtigden in hun onderlinge samenhang bezien leidt tot het oordeel dat ZSV niet heeft voldaan aan haar verplichting om ervoor te zorgen dat Zilveren Kruis erop kan vertrouwen dat de benoemde functionarissen de voor de functie van toezichthouder of bestuurder vereiste kwaliteit hebben. Voor duidelijke en concrete informatie op dit punt was in het geval van ZSV des te meer reden, omdat Zilveren Kruis in de Overeenkomst extra voorwaarden had opgenomen om de kwaliteit van de zorg te waarborgen. De ontbinding van de Overeenkomst was juist gelegen in het feit dat de bestuurder niet aan de gestelde informatieverplichting voldeed. Voor het betoog van ZSV ter zitting dat Zilveren Kruis vanwege de gebeurtenissen in het verleden vooringenomen is ten opzichte van mr. Van Rossum en [E] ziet de voorzieningenrechter geen aanknopingspunten. In de correspondentie heeft Zilveren Kruis steeds op neutrale wijze om nadere informatie verzocht. Anders dan mr. Van Rossum stelt is niet gebleken dat deze verzoeken waren ingegeven door achterdocht. Evenmin was sprake van onnodige formaliteiten om de werkzaamheden van ZSV te dwarsbomen, maar om informatie die relevant was om de bevoegdheden van de betrokkenen vast te kunnen stellen.
4.12.
Ter onderbouwing van haar stelling dat ZSV haar verplichting om een goede administratie te voeren niet is nagekomen, heeft Zilveren Kruis erop gewezen dat bij de materiële controle die op 3 augustus 2016 is uitgevoerd, onrechtmatige declaraties aan het licht kwamen. Uit de door Zilveren Kruis overgelegde rapportage van de materiële controle blijkt dat een aantal cliënten steekproefsgewijs is beoordeeld. Per individuele cliënt is aangegeven of er voldoende zekerheid is op de onderwerpen: “Sluit de tijd en inhoud van de rapportages aan op de indicatie en declaratie?” en “Is er afstemming tussen de indicatie, zorgafspraken en de geformuleerde zorgvraag, doelen, acties en evaluaties (terugkoppeling zorgplan) in het zorgdossier zichtbaar?” In slechts één van de 27 onderzochte dossiers is op beide punten aangegeven dat er voldoende zekerheid is. Deze rapportage bevestigt de stelling van Zilveren Kruis dat van de 27 onderzochte dossiers er 26 niet op orde waren en dat er in 19 van de onderzochte dossiers niet dagelijks is gerapporteerd over de geleverde zorg aan de betreffende cliënt, terwijl wél dagelijks zorg werd gedeclareerd. Verder noemt Zilveren Kruis als voorbeeld van de tekortkomingen in de administratie dat er bij cliënten woonkosten in rekening worden gebracht terwijl binnen het zorg zwaartepakket (ZZP) van de betreffende cliënt een wooncomponent is opgenomen. Gelet op deze onderbouwing van de geconstateerde gebreken in de administratie had het op de weg van ZSV gelegen de conclusies die op grond van deze rapportage zijn getrokken te weerleggen met concrete en op de betreffende cliënt toegespitste argumenten. Zij is daartoe ook tot tweemaal toe door Zilveren Kruis in de gelegenheid gesteld. Niet in geschil is echter dat er enkel een e-mail voorhanden is van 6 december 2016, waarin ZSV in algemene bewoordingen de conclusies van Zilveren Kruis in twijfel trekt, en zich afvraagt of Zilveren Kruis bij haar beoordeling wel de juiste maatstaf en protocollen heeft toegepast. Dit is echter onvoldoende concreet om te twijfelen aan de uitkomsten van de materiële controle. De voorzieningenrechter gaat voorbij aan het bezwaar van ZSV dat Zilveren Kruis het beginsel van hoor en wederhoor niet heeft toegepast. Ook indien wordt aangenomen dat ZSV om een niet aan haar toe te rekenen omstandigheid destijds niet of niet tijdig op de rapportage heeft kunnen reageren, stond niets er aan in de weg om in het kader van deze kortgedingprocedure de stelling van Zilveren Kruis dat de gedeclareerde zorg niet overeenkomt met de werkelijk geleverde zorg alsnog inhoudelijk te weerspreken. ZSV heeft op dit punt echter geen concrete feiten naar voren gebracht.
4.13.
Voorts heeft Zilveren Kruis erop gewezen dat ZSV zich niet heeft gehouden aan de afspraak dat ZSV over het bedrag van € 277.250,00 dat op 19 oktober 2016 via mr. Van Rossum is overgemaakt dagelijks verantwoording zou worden afgelegd over de uitgaven. Niet in geschil is dat mr. Van Rossum pas op 7 november 2016 een uitdraai heeft overgelegd van de verrichte betalingen. ZSV heeft naar aanleiding van de stelling van Zilveren Kruis dat daarmee niet duidelijk is waar dat geld precies naar toe gaat geen nader inzicht gegeven op welke wijze het geld is besteed. Deze uitdraai vermeldt immers slechts bedragen en data. De reactie van mr. Van Rossum ter zitting dat het zo druk was op zijn kantoor, dat het niet mogelijk was om dagelijks te rapporteren over de bestedingen en dat de boekhouder niet was betaald, is een aanwijzing dat de administratie bij ZSV niet op orde was. ZSV heeft niets naar voren gebracht dat de conclusie zou kunnen rechtvaardigen dat er in de nabije toekomst zicht is op verbetering op dit punt.
4.14.
Op grond van al hetgeen hiervoor is overwogen moet worden geconcludeerd dat Zilveren Kruis voldoende heeft onderbouwd dat ZSV op de door Zilveren Kruis genoemde punten tekort is geschoten in de nakoming van de Overeenkomst en in de nakoming van de na de ontbinding van de Overeenkomst gemaakte afspraken. De termijn waarop de overdracht gerealiseerd moest zijn was reeds twee keer verschoven naar een later tijdstip. Zicht op een concrete overname was er destijds niet en is er ook thans nog niet. Onder deze omstandigheden was Zilveren Kruis bevoegd de betalingen aan ZSV op te schorten.
4.15.
Op grond van het voorgaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat niet is voldaan aan de hiervoor in 4.2 gestelde voorwaarde dat de vordering die ZSV stelt te hebben op Zilveren Kruis voldoende aannemelijk is geworden. Daar komt bij dat - zoals ook Zilveren Kruis heeft benadrukt - het restitutierisico zeer groot is omdat de belastingdienst een vordering heeft op ZSV van ruim twee miljoen euro. Gelet op het op 20 oktober 2016 betekende betalingsbevel is het niet denkbeeldig dat de Belastingdienst beslag zal leggen. In dat geval zal een betaling van € 400.000,00 niet bijdragen aan een oplossing van de problemen van ZSV, terwijl in het geval van faillissement de kans niet denkbeeldig is dat een dergelijke betaling niet kan worden aangewend voor het beoogde doel (het betalen van lonen, huren en weekgelden).
4.16.
Het dossier bevat onvoldoende informatie om te kunnen beoordelen of het Zilveren Kruis recht heeft op terugvordering van de volgens haar ten onrechte uitgekeerde bedragen aan ZSV. De voorzieningenrechter zal daarom in het midden laten of Zilveren Kruis rechtsgeldig een beroep kan doen op verrekening.
4.17.
ZSV zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Zilveren Kruis worden begroot op:
- betaald griffierecht € 3.903,00
- salaris advocaat
€ 816,00
Totaal € 4.719,00
in reconventie
4.18.
ZSV heeft de vordering in reconventie niet betwist zo dat deze kan worden toegewezen als gevorderd.
4.19.
ZSV heeft geen verweer gevoerd tegen de gevorderde dwangsom. Deze zal worden toegewezen, zij het dat deze wordt gematigd tot € 5.000,00 voor iedere dag dat ZSV met de nakoming van dit vonnis in gebreke blijft, met een maximum van € 100.000,00.
4.20.
ZSV zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Zilveren Kruis worden begroot op € 408,00 (0,5 x 816,00) voor salaris advocaat.
in conventie en reconventie
4.21.
Over de gevorderde nakosten wordt beslist zoals hierna in het dictum is bepaald.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt ZSV in de proceskosten, aan de zijde van Zilveren Kruis tot op heden begroot op € 4.719,00;
in reconventie
5.3.
gebiedt ZSV dat zij binnen twee weken na betekening van dit vonnis overgaat tot overdracht van haar cliënten naar een andere door Zilveren Kruis gecontracteerde zorgaanbieder op straffe van een dwangsom van € 5.000,00 voor iedere dag dat ZSV daarmee in gebreke blijft, met een maximum van € 100.000,00;
veroordeelt ZSV in de proceskosten, aan de zijde van Zilveren Kruis tot op heden begroot op € 405,00;
in conventie en reconventie
veroordeelt ZSV, onder de voorwaarde dat zij niet binnen 14 dagen na aanschrijving door Zilveren Kruis volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 205,00 aan salaris advocaat, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van
€ 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening;
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Krepel en in het openbaar uitgesproken op 14 december 2016. [1]

Voetnoten

1.type: