ECLI:NL:RBMNE:2016:6611

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
7 december 2016
Publicatiedatum
9 december 2016
Zaaknummer
C/16/426021 / KG ZA 16-836
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop van het Warterrein aan de Eemhaven in Amersfoort en de uitsluiting van Zenzo MV PO V.O.F. van de aanbestedingsprocedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 7 december 2016 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Zenzo MV PO V.O.F. en de Gemeente Amersfoort. Zenzo had deelgenomen aan een aanbestedingsprocedure voor de herontwikkeling van de voormalige Warner Jenkinson fabriek in Amersfoort. De Gemeente Amersfoort had Zenzo's inschrijving uitgesloten, omdat zij van mening was dat Zenzo een voorwaardelijke bieding had gedaan met betrekking tot de kosten van asbestsanering. Zenzo vorderde in kort geding dat de uitsluiting ongedaan gemaakt zou worden en dat de Gemeente Amersfoort zou worden verplicht om de inschrijving opnieuw te beoordelen.

De rechtbank oordeelde dat de Gemeente Amersfoort terecht had geoordeeld dat Zenzo's inschrijving niet onvoorwaardelijk was. Zenzo had in haar inschrijving een voorbehoud gemaakt met betrekking tot de kosten van asbestsanering, wat in strijd was met de uitsluitingscriteria van de aanbestedingsprocedure. De voorzieningenrechter concludeerde dat de Gemeente Amersfoort de inschrijving van Zenzo op goede gronden had terzijde gelegd en dat Zenzo niet ontvankelijk was in haar vorderingen. De rechtbank wees de vorderingen van Zenzo af en veroordeelde haar in de proceskosten van de Gemeente Amersfoort.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/426021 / KG ZA 16-836
Vonnis in kort geding van 7 december 2016
in de zaak van
vennootschap onder firma
ZENZO MV PO V.O.F.,
gevestigd te Amersfoort,
eiseres,
advocaat mr. A.M. Ubink,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE AMERSFOORT,
zetelend te Amersfoort,
gedaagde,
advocaat mr. J.W.A. Meesters.
Partijen zullen hierna Zenzo en Gemeente Amersfoort genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 2 november 2016 met bijgevoegde producties (5),
  • de bij de brief van 21 november 2016 door Gemeente Amersfoort overgelegde producties A en B,
  • de bij de brief van 22 november 2016 door Zenzo overgelegde aanvullende productie 6, tevens aankondiging eiswijziging,
  • de mondelinge behandeling op 23 november 2016,
  • de pleitnota van Zenzo,
  • de pleitnota van Gemeente Amersfoort.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Gemeente Amersfoort zoekt voor de herontwikkeling van de voormalige Warner Jenkinson fabriek aan de Geldersestraat 6 te Amersfoort (hierna: de locatie) een partij die de locatie voor eigen rekening en risico wil herontwikkelen. Zij heeft er voor gekozen om via een openbare procedure een partij te selecteren die in de gelegenheid wordt gesteld een ontwikkelplan en een bijbehorende business case te maken.
2.2.
In het selectiedocument van mei 2016 staat onder meer het volgende:

1.1 Inleiding
(…)
De gemeente heeft er voor gekozen om via een openbare procedure een partij te selecteren die in de gelegenheid wordt gesteld een
ontwikkelingsplanen een bijbehorende
business casete maken. De selectie vindt plaats op basis van de criteria
Kwaliteit, Risico’s en planning en Financiën.
Wij kiezen voor een getrapte werkwijze omdat invulling van de ambities voor deze locatie waarschijnlijk nader onderzoek vergen. Dat betreft zaken als de wens voor een variatie aan functies in combinatie met aanwezige milieuaspecten, het uitwerken van maatschappelijke waarde en wensen ten aanzien van de aanwezigheid van de historische gebouwen.
In deze selectie wordt derhalve nadrukkelijk niet alleen gewaardeerd op het
Financieel bod,maar ook op een viertal
Kwaliteitsaspecten,waaronder maatschappelijk meerwaarde en op
Risico’s en planning. De kwaliteitsaspecten dient u uit te werken in een
visieop de ontwikkeling en het gebruik van de locatie.
Voor de vervolgprocedure wordt u verwezen naar Hoofdstuk 6.
1.2
Doel van de selectie
Het doel van deze procedure is het selecteren van een partij die wordt uitgenodigd om de inschrijving uit te werken tot een ontwikkelingsplan met een bijbehorende business case en indien hierover consensus wordt bereikt, het contracteren van deze partij die de locatie alsdan koopt van de gemeente en de integrale verantwoordelijkheid op zich neemt voor de verdere ontwikkeling en realisatie van het plan.
(…)
1.7
Milieu
(…)
Asbest
De gemeente heeft slechts beperkt onderzoek naar de aanwezigheid van asbest uitgevoerd. Hiervoor wordt verwezen naar de in 1.11 genoemde documenten. Kosten voor noodzakelijk aanvullend onderzoek naar de aanwezigheid van asbest komen voor rekening van de gemeente.
Voor zover het verwijderen van de asbest noodzakelijk is voor de herontwikkeling van de locatie, komen de kosten hiervan voor rekening van de gemeente.
Indien deze kosten onevenredig hoog zijn ten opzichte van het financiële bod is de gemeente niet gehouden deze kosten te voldoen.
(…)
2. Beoordelingscriteria
Om te bepalen aan wie de mogelijkheid wordt geboden om de inschrijving verder uit te werken, worden de inzendingen beoordeeld op zowel kwantitatieve als kwalitatieve aspecten. Hiervoor is een aantal criteria opgesteld op basis waarvan de afweging plaatsvindt.
In dit hoofdstuk staan de criteria inhoudelijk weergegeven.
De weging van deze criteria staat in Hoofdstuk 3.
De beoordelingscriteria zijn:
- Kwaliteit
- Risico’s en planning
- Financiën
(…)
2.2.
Risico’s en planning
Dit onderdeel wordt beoordeeld op drie aspecten:
- de locatie wordt afgenomen zonder dat een voorbehoud wordt gemaakt op enige wijziging van het bestemmingsplan;
- er wordt geen beroep gedaan op de inspanningsverplichting van de gemeente om de locatie vrij van huur en gebruik op te leveren;
- de locatie wordt binnen 5 jaar volledig ontwikkeld.
2.3.
Financiën
Het uit te brengen bod voor deze locatie bedraagt minimaal € 480.000,- kosten koper. Biedingen lager dan het minimumbod worden uitgesloten van de selectieprocedure.

3.Weging

De in hoofdstuk 2 genoemde beoordelingscriteria worden als volgt gewogen:
Criterium Weging
Kwaliteit 40%
Risico’s en planning 20%
Financiën 40%
Totaal 100%
Voor de criteria
Kwaliteit en Risico’s en planningkunnen 2, 4, 6, 8 of 10 punten gescoord worden, die respectievelijk 40% of 20% meetellen in de totaalscore.
Voor het criterium
Financiënkunnen maximaal 10 punten worden gescoord. De hoogste bieder krijgt 100% van de punten toebedeeld. De overige bieders krijgen punten toebedeeld die in verhouding staan tot het hoogst geboden bedrag.
(…)
De totaalscore wordt berekend op basis van een gewogen gemiddelde van alle criteria.

4.Inschrijven

4.1
Algemene eisen
In deze paragraaf worden de algemene eisen beschreven waaraan een inschrijving moet voldoen.
(…)
2. De inschrijving dient onvoorwaardelijk te zijn.
(…)
5. Procedure
(…)
5.4
Uitsluitingcriteria
Inschrijvingen worden eerst beoordeeld op de navolgende uitsluitingsgronden:
(…)
de inschrijving is
niet onherroepelijk en onvoorwaardelijk;
(…)
5.5
Beoordelingsprocedure
(…)
Als eerste worden de
visies(beoordeling op Kwaliteit) en de wijze waarop invulling wordt gegeven aan het criterium
Risico’s en planningbeoordeeld en gewogen.
(…)
Vervolgens worden de
financiële biedingengescoord en dan wordt de totaalscore berekend.
5.6
Selectie
Het college selecteert de partij die wordt uitgenodigd om zijn inzending verder uit te werken tot een ontwikkelingsplan met een bijbehorende businesscase.
(…)”
2.3.
De vervolgprocedure is volgens het selectiedocument als volgt:
“De partij aan wie is gegund zal een ontwikkelplan met een bijbehorende businesscase opstellen. Indien nodig zal het ontwikkelingsplan dusdanig zijn uitgewerkt dat het kan dienen als onderlegger voor het op te stellen Bestemmingsplan.
In de met de geselecteerde partij te sluiten Intentieovereenkomst zal in ieder geval worden opgenomen dat:
  • het ontwikkelingsplan en de businesscase uiterlijk 6 maanden na de besluitvorming omtrent de selectie gereed moeten zijn;
  • het ontwikkelingsplan dient te voldoen aan de inschrijving en de gemeentelijke beleidskaders;
  • de geselecteerde partij voor eigen rekening en risico zorg draagt voor het maken van het ontwikkelingsplan en de daarbij behorende businesscase;
  • uiterlijk tegelijk met de besluitvorming over het ontwikkelingsplan en de bijbehorende businesscase overeenstemming over de koopovereenkomst moet zijn bereikt;
  • de kosten voor een eventuele wijziging van de bestemming van de locatie voor rekening van de geselecteerde partij zijn;
  • de verplichting van de geselecteerde partij om, indien de gemeente niet uiterlijk 3 maanden na de definitieve uitslag met de Rova overeenstemming heeft bereikt, de voor de Rova gereserveerde grond te kopen tegen een koopsom van € 80.000,- kosten koper.
(…)
Over het ontwikkelingsplan, de businesscase en de te sluiten koopovereenkomst moet overeenstemming worden bereikt. Indien geen overeenstemming wordt bereikt, zijn partijen niet meer aan elkaar gebonden, zonder verrekening van kosten en schaden en zonder dat partijen over en weer iets van elkaar te vorderen hebben.”
2.4.
Zenzo heeft deelgenomen aan de inschrijving middels een door haar op 31 augustus 2016 ingediende inschrijving. In het inschrijfformulier voor de bieding staat:
“Inschrijver(s)
Naam (1) : Zenzo MV PO V.O.F.,
Gevestigd te (2) : Amersfoort
Rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
a.
Naam : [A]
(…)
Biedt onvoorwaardelijk
(
de minimale inschrijfprijs bedraagt € 480.000,-- kosten koper)
Een koopsom van € 480.000,- (kosten koper)
(…)
En verder:
Bijlage c) beschrijving van het beoordelingscriterium Risico’s en planning
Middels deze bijlage willen wij de uitgangspunten weergeven die ten grondslag liggen aan onze visie en bieding. Voor de helderheid geven wij deze uitgangspunten in een beknopte opsomming weer.
Aangezien wij overtuigd zijn van de positieve bijdrage van de plannen van Zenzo MV PO V.O.F., MBO Amersfoort Entree, Warenhuis-PLUS, ag NOVA en overige partners voor de Warner Jenkinson locatie, wordt de locatie afgenomen zonder dat een voorbehoud wordt gemaakt op enige wijziging van het bestemmingsplan.
Wij willen graag de samenwerking onderzoeken met de huidige huurders en deze huurders ook ruimte bieden op de locatie. Wij zien dit niet sec als een verplichting van de gemeente maar als een gezamenlijke verplichting om ofwel overeenstemming te bereiken met deze huurders ofwel de locatie vrij van huur en gebruik opgeleverd te krijgen.
De locatie wordt binnen 5 jaar ontwikkeld. Qua planning is het streven van de initiatiefnemers om zo spoedig mogelijk te starten met activiteiten op de locatie en de verdere ontwikkeling en realisatie te faseren. De insteek is om in ieder geval het Warenhuis al vanaf 2017 op de locatie te huisvesten. MBO Amersfoort Entree wil de onderwijshuisvesting na de zomer van 2018 al in gebruik nemen.
In het selectiedocument staat in artikel 1.7 onder kop asbest dat indien de hiermee gepaard gaande kosten onevenredig hoog zijn ten opzichte van het financiële bod, de gemeente niet is gehouden deze kosten te voldoen. Zenzo MV PO V.O.F. kan een dergelijke open eind regeling niet aangaan en het uitgangpunt voor Zenzo is derhalve om deze kosten nader te inventariseren voordat de koopovereenkomst wordt aangegaan.
In het selectiedocument staat in artikel 1.8 dat de gemeente in overleg is met de verzekering over de vergoeding bij herstel van de door brand beschadigde rode loods. Wij gaan ervan uit dat de eventuele door de verzekeringsmaatschappij te verrichten uitkeringen gebruikt kunnen worden bij de renovatie.”
2.5.
Bij brief van 29 september 2016 heeft Gemeente Amersfoort aan Zenzo bericht dat haar inschrijving wordt uitgesloten van de procedure. Gemeente Amersfoort heeft er op gewezen dat in het selectiedocument als een van de uitsluitingsgronden wordt genoemd dat een inschrijving onvoorwaardelijk dient te zijn en dat in de inschrijving van Zenzo een voorwaarde wordt verbonden aan het bod voor wat betreft de situatie waarin de kosten voor asbestsanering onevenredig hoog zijn. Volgens Gemeente Amersfoort is hiermee geen sprake van een onvoorwaardelijk bod.
Gemeente Amersfoort heeft daarnaast medegedeeld dat zij, overeenkomstig het adviesrapport van de beoordelingscommissie, besloten heeft Rovase B.V. als voorlopig winnaar van de selectieprocedure uit te roepen.

3.Het geschil

3.1.
Zenzo vordert – na wijziging van eis – om:
voor recht te verklaren dat Gemeente Amersfoort ten onrechte de inschrijving van Zenzo heeft uitgesloten van deelname aan de selectieprocedure zoals omschreven in het selectiedocument dat als productie 1 in het geding is gebracht,
Gemeente Amersfoort te verbieden om de selectieprocedure met betrekking tot een partij voor de herontwikkeling van de locatie af te ronden conform het voorgenomen gunningsbesluit zoals omschreven in de brief van gedaagde d.d. 29 september 2016,
Gemeente Amersfoort te veroordelen om, indien zij alsnog een partij wenst te selecteren voor de herontwikkeling van de locatie, over te gaan tot een herbeoordeling van de rechtsgeldig ingediende inschrijvingen, met inachtneming van de inschrijving van Zenzo, uit te voeren door een nieuwe beoordelingscommissie, althans met inachtneming van het bepaalde in het vonnis in deze kwestie,
althans subsidiair
4. die maatregelen te nemen die passend worden geacht om de gevolgen van de ten onrechte uitsluiting van (de inschrijving van Zenzo) ongedaan te maken,
primair en subsidiair
5. Gemeente Amersfoort te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten aan de zijde van Zenzo.
3.2.
Zenzo heeft ter onderbouwing van haar vordering aangevoerd dat haar inschrijving ten onrechte is uitgesloten omdat anders dan Gemeente Amersfoort stelt, zij een onvoorwaardelijke inschrijving en een onvoorwaardelijke bieding heeft gedaan. Dit volgt volgens haar onder meer uit het inschrijfformulier waarin expliciet is opgenomen dat Zenzo een onvoorwaardelijke bieding doet. De opmerking die in bijlage c, nr. 4 met betrekking tot de situatie die zich voordoet als uit nader onderzoek zou blijken dat asbestverontreiniging aanwezig is waarvan de kosten van sanering onevenredig hoog zijn, maakt dat volgens Zenzo niet anders nu deze opmerking over de gevolgen van eventueel aanwezig asbest is gemaakt in het kader van de uitnodiging in het selectiedocument om middels bijlage c een visie te geven op het aspect ‘risico’s en planning’ in de ontwikkelingsfase. Zenzo heeft er op gewezen dat Gemeente Amersfoort in de leidraad zelf op dit punt een open einde regeling heeft opgenomen en dat zij met haar opmerking er enkel blijk van heeft gegeven dat zij dit heeft onderkend. Zij heeft ter zake een procesvoorstel willen doen, te weten dat eerst de kosten zouden worden geïnventariseerd voordat de koopovereenkomst gesloten zou worden. Volgens Zenzo is in dit verband van belang dat in het selectiedocument uitdrukkelijk wordt vermeld dat sprake is van selectie in een vroegtijdig stadium, waarbij met de te selecteren partij een vervolgtraject wordt ingegaan ten aanzien van de voorliggende ontwikkelingsopgave.
3.3.
Gemeente Amersfoort heeft een aantal formele bezwaren opgeworpen. Volgens haar dient Zenzo niet ontvankelijk te worden verklaard. Voor het geval een inhoudelijke beoordeling plaatsvindt, is zij van mening dat de inschrijving van Zenzo op goede gronden terzijde is gelegd. Volgens Gemeente Amersfoort kan de opmerking van Zenzo omtrent de asbest niet anders worden gelezen dan een voorbehoud. Zij heeft aangegeven dat in de aanbestedingsleidraad uitdrukkelijk de randvoorwaarde met betrekking tot kosten van asbest is opgenomen, mede omdat de financiële biedingen van de inschrijvers aanzienlijk uiteen kunnen liggen, afhankelijk van de invulling van het terrein die zij voor ogen hebben, de opbrengstpotentie van die invulling en de mate waarin zij daarbij nieuwbouw zullen plegen dan wel gebruik zullen maken van de bestaande gebouwen. Volgens haar spreekt het voor zich dat de bijdrage van de gemeente aan eventuele asbestsanering in een redelijke verhouding dient te staan tot de hoogte van de grondprijs. Anders zou de situatie kunnen ontstaan dat zij verlies lijdt op de verkoop, omdat de saneringskosten hoger zijn dan de grondopbrengsten van het terrein. Om die reden moesten ontwikkelaars er rekening mee houden dat de saneringskosten deels voor hun rekening zouden kunnen komen ingeval deze verhoudingsgewijs onevenredig hoog zouden zijn ten opzichte van hun grondbod en konden zij hun financiële bod daarop afstemmen, aldus Gemeente Amersfoort.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Allereerst dient beoordeeld te worden of Zenzo kan worden ontvangen in haar vordering. Gemeente Amersfoort is van mening dat Zenzo niet ontvankelijk is omdat zij geen belang heeft bij haar vordering tot herbeoordeling. Gemeente Amersfoort heeft daartoe gesteld dat Zenzo ook na een eventuele herbeoordeling niet voor gunning in aanmerking zal komen, aangezien zij als achtste in de rangorde is geëindigd. Gemeente Amersfoort heeft er verder op gewezen dat de bezwaren die Zenzo tegen de beoordeling van haar eigen inschrijving naar voren heeft gebracht geen aanknopingspunten bieden om de score van haar inschrijving naar boven bij te stellen. Een en ander blijkt uit de uitgevoerde informele beoordelingen, aldus Gemeente Amersfoort.
4.2.
De voorzieningenrechter passeert dit verweer. Zenzo vordert nu juist dat een herbeoordeling plaatsvindt, uit te voeren door een nieuwe beoordelingscommissie, met aandacht voor de subcriteria ‘kwaliteit’ en ‘risico’s en planning’, zonder dat de nieuwe commissie kennis heeft van de financiële kant van de inschrijvingen. Op de uitkomst van een dergelijke inhoudelijke toets en de daaraan te verbinden gevolgen kan niet worden geanticipeerd. Ook bij voormelde criteria is de beoordeling immers in enige mate subjectief. De kans van Zenzo op het succesvol afronden van de aanbestedingsprocedure is misschien beperkt, maar het valt niet uit te sluiten dat zij alsnog in beeld komt. Dit maakt dat de inhoudelijke toets haar niet ontzegd kan worden. Daarmee is het belang van Zenzo gegeven.
4.3.
Gemeente Amersfoort heeft verder als formeel bezwaar aangevoerd dat de onder 1. gevorderde verklaring voor recht niet toewijsbaar is omdat een verklaring voor recht niet het karakter heeft van een voorlopige voorziening. Dit verweer treft doel. Zenzo zal in deze vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.
4.4.
De gevraagde voorziening strekt er overigens toe dat Gemeente Amersfoort wordt verboden om uitvoering te geven aan de gunningbeslissing en om de inschrijvingen opnieuw te (laten) beoordelen door een nieuwe beoordelingscommissie. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter vloeit de spoedeisendheid daarvan in voldoende mate voort uit de aard van het geschil.
4.5.
Uit het selectiedocument onder 5.4 blijkt dat één van de uitsluitingscriteria is dat de inschrijving niet onherroepelijk en onvoorwaardelijk is. Als een aanbestedende dienst een dergelijke bepaling heeft opgenomen en daarmee dus uitdrukkelijk te kennen heeft gegeven dat zij geen voorwaardelijke biedingen of biedingen onder voorbehoud accepteert, dan moet zij ook zekerheid hebben dat inschrijvingen onvoorwaardelijk en zonder voorbehoud zijn gedaan. Dit is van belang omdat inschrijvingen alleen dan met elkaar te vergelijken zijn. Bij vervulling van de voorwaarde zal immers nader overleg nodig kunnen zijn mogelijk gevolgd door een aanpassing van de inschrijving en dit verhoudt zich niet met het beginsel van gelijke behandeling.
4.6.
Blijkens het inschrijfformulier heeft Zenzo onvoorwaardelijk een koopsom van € 480.000,- (kosten koper) geboden. Daarnaast heeft zij in bijlage c onder 4, direct na een verwijzing naar 1.7 van de selectieleidraad waaruit volgt dat de kosten voor het verwijderen van asbest niet voor rekening van Gemeente Amersfoort komen als deze kosten onevenredig hoog zijn ten opzichte van het financiële bod, vermeld ‘Zenzo MV PO V.O.F. kan een dergelijke open eind regeling niet aangaan en het uitgangpunt voor Zenzo is derhalve om deze kosten nader te inventariseren voordat de koopovereenkomst wordt aangegaan‘. De vraag is of Gemeente Amersfoort dit als een ontoelaatbare voorwaarde heeft kunnen aanmerken.
Volgens Zenzo heeft zij met de opmerking over de kosten van asbest slechts in het kader van de aan haar gevraagde visie op het onderdeel ‘risico’s en planning’ aandacht gevraagd voor het asbestrisico en de wijze waarop zij daaraan invulling zou willen geven. Het financiële bod is onverkort onvoorwaardelijk gebleven. Zenzo heeft er daarbij op gewezen dat in het selectiedocument zelf uitdrukkelijk wordt vermeld dat met de te selecteren partij een vervolgtraject wordt ingegaan. Zij heeft gesteld dat zij - passend binnen het kader van het vervolgtraject - voornemens was afhankelijk van de hoogte van de kosten van verwijdering van asbest in de volgende fase eventueel aanpassingen op het ontwikkelingsplan en de businesscase aan te brengen.
Gemeente Amersfoort is van mening dat de opmerking van Zenzo onmiskenbaar een voorwaarde is.
4.7.
De voorzieningenrechter overweegt het volgende. Het selectiedocument vormt de basis voor de inschrijving. Voor de uitleg daarvan komt het volgens vaste jurisprudentie aan op de betekenis die naar objectieve maatstaven volgt uit de bewoordingen van die stukken. Bij die uitleg kan onder meer worden gekeken naar de elders in de aanbestedingsstukken gebruikte formuleringen. Uit het onderhavige document volgt dat in de selectiefase in ieder geval de koopprijs onvoorwaardelijk diende vast te staan. Geoordeeld wordt dat uit het document eveneens kan worden afgeleid dat de regeling met betrekking tot het asbestrisico, en dus de eventuele kosten van het verwijderen van asbest, onlosmakelijk met de koopprijs verbonden zijn. Uit de algemene informatie onder 1.7 van selectiedocument blijkt dat de vergoeding van deze kosten door Gemeente Amersfoort op zodanige wijze wordt begrensd dat dit is gerelateerd aan de koopprijs. Als gevolg daarvan is er voor de inschrijver op dit onderdeel een open einde ontstaan.
4.8.
Gemeente Amersfoort heeft gesteld dat het logisch is dat de bijdrage van de gemeente aan eventuele asbestsanering in een redelijke verhouding dient te staan tot de hoogte van de grondprijs. Bij oplopende kosten van de sanering zou Gemeente Amersfoort immers verlies gaan lijden. Zenzo heeft dit niet weersproken. Ook de stelling dat de inschrijvers de onzekerheid van de vergoeding van deze kosten door Gemeente Amersfoort konden incalculeren bij hun inschrijfprijs heeft zij niet betwist. Ter zitting heeft zij aangegeven dat zij zich ervan bewust was dat het asbestrisico bij de inschrijver werd gelegd, maar dat zij enkel de kanttekening wilde maken dat de saneringskosten mogelijk in een later stadium tot wijziging van het ontwikkelingsplan en de businesscase zouden kunnen leiden. Over de asbestregeling heeft zij voorafgaande aan haar inschrijving geen nadere vragen gesteld, wat wel op haar weg had gelegen als er volgens haar sprake was van onduidelijkheid. Dit alles maakt dat wordt aangenomen dat het op de weg van de inschrijvers lag om een onvoorwaardelijk financieel bod te doen waarbij zij tevens het asbestrisico voor hun rekening dienden te nemen.
4.9.
De vraag is vervolgens of Gemeente Amersfoort in het licht van hetgeen hiervoor wordt vermeld de opmerking van Zenzo in bijlage c onder punt 4 redelijkerwijs als een voorbehoud heeft kunnen zien en daaruit dus terecht heeft afgeleid dat Zenzo niet onvoorwaardelijk kon instemmen met de in het selectiedocument opgenomen asbestregeling en mogelijk, bij tegenvallende onderzoeksresultaten, om die reden de inschrijving niet gestand zou willen doen, of inhoudelijk zou willen wijzigen.
4.10.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter dient deze vraag bevestigend te worden beantwoord. Het mag zo zijn dat in het selectiedocument staat dat tijdens de fase volgend op de selectieprocedure nog verschillende onderwerpen aan de orde zouden komen en dat in de volgende fase - mede op basis van de uitkomsten van het nader onderzoek - nadere consensus zou moeten worden bereikt over het ontwikkelplan, de bijbehorende businesscase en de op basis daarvan op te stellen overeenkomst, deze getrapte werkwijze maakt nog niet dat Gemeente Amersfoort de opmerking van Zenzo anders had moeten begrijpen. De bewoordingen in bijlage c onder 4. zijn niet mis te verstaan. Zenzo heeft expliciet te kennen gegeven dat zij de open einde regeling niet kan aangaan en de kosten van eventuele aanwezigheid van asbest nader wil inventariseren. Dat Zenzo met de opmerking enkel ter signalering beoogde aan te geven dat voor haar duidelijk was dat de eventuele asbestkosten relevant waren voor de verdere invulling van haar ontwikkelingsplan en de businesscase maar dat van intrekking van de bieding onder geen beding sprake zou zijn, volgt daaruit niet. Door aan te geven dat zij de open einde regeling niet aan kan gaan en de kosten eerst wil inventariseren maakt zij de inschrijving niet onherroepelijk en onvoorwaardelijk, zoals opgenomen in de uitsluitingcriteria.
4.11.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Gemeente Amersfoort de inschrijving van Zenzo uit het oogpunt van gelijke behandeling van de inschrijvers terzijde mocht leggen.
4.12.
Zenzo zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Gemeente Amersfoort worden begroot op:
- griffierecht € 619,00
- salaris advocaat
816,00
Totaal € 1.435,00

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Zenzo in de proceskosten, aan de zijde van Gemeente Amersfoort tot op heden begroot op € 1.435,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Zenzo in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Zenzo niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.P. Killian en in het openbaar uitgesproken op 7 december 2016. [1]

Voetnoten

1.type: