Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
verder ook te noemen [gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
verder ook te noemen [gedaagde 2] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 7 september 2016,
- de conclusie van antwoord in reconventie,
- de brief van de broers [gedaagden] met producties van 27 oktober 2016,
- de brief van Portaal met een productie van 28 oktober 2016,
- de comparitie van partijen van 1 november 2016, waarvan aantekening is gehouden.
2.2. De feiten
Ik woon hier 1,5 jaar. Toen ik aan het klussen was zag ik een oudere Marokkaanse man. Die vertelde de vader te zijn van de huurder. Zijn zoon zou hier komen wonen. Hij was aan het klussen. Ik heb wel eens een Marokkaanse jongen gezien. Ik denk dat hij een jaar of 33/34 is, een lange slanke jongen. Ik zie amper mensen daar. Het is vrij rustig want ik heb meer het idee dat de woning nauwelijks wordt bewoond. Ik heb er ook nog nooit licht gezien. Heel vreemd. Ik weet eigenlijk niet precies wie er woont. Als er iemand woont dan zou je iemand geregeld zien. Dat is nu niet het geval.”
Op [adres 1] woonde 2,5 jaar geleden een gezin met kinderen, Marokkaans. Nu zou er een broer in zitten Die heb ik slechts een paar keer gezien. Volgens mij is de woning onbewoond want ik zie verder nooit iemand.”
Op [adres 1] woonde eerst een Marokkaanse jongen met vrouw en kinderen. Sinds 6 a 7 jaar zou er een broer van hem wonen. De woning lijkt echter onbewoond. Lampen op een schakelaar. Heel af en toe zie ik hem. Het is een Marokkaanse jongen van rond de 30/35 jaar, lang. Hij zou veel in het buitenland zijn voor werk.”
Hierbij verklaar ik dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] gewoon op het adres [adres 1] wonen. Ik zie hun regelmatig op dit adres Zoals elk ander bewoner in dit complex”
hierbij verklaar ik […] dat [gedaagde 1] & [gedaagde 2] op [adres 1] wonen”
Hierbij bevestigen wij dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hier onze onderburen zijn. We halen ze vaak door elkaar en hebben het verhaal van portaal niet goed begrepen. En verder altijd goed contakt gehad met beiden.”
Ik […] verklaar dat ik niemand anders zie dan [gedaagde 2] en [gedaagde 1] op het adres [adres 1]”
Beste [gedaagde 1] , buurman van [adres 1] Wij hebben regelmatig contact. Ook help jij mij vaak met PC/internet storingen”
Hierbij verklaar ik […] dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op adres [adres 1] wonen..”
S.A. buurman [gedaagde 1] , Wij lopen regelmatig samen naar de moskee. Ook kom ik wel eens bij jou thuis. Onze kinderen zitten bij elkaar in de klas, daarom ken ik je persoonlijk situatie goed.”
Op [adres 2] woont een Marokkaans gezin. Vader, moeder en drie kinderen. Hij heet [gedaagde 1] . Haar naam ken ik niet. De kinderen heten [A] , [B] en een meisje van ongeveer twee jaar oud. Hij rijdt een zwarte VW golf 4. Hij is elke vrijdag thuis. Ze zijn hier in 2011 komen wonen. Ze kwamen uit een huurwoning, vertelden ze. Wij hebben niet veel contact met hen. […]”
Naast mij woont een Marokkaans gezin, [gedaagde 1] + vrouw en drie kinderen. Ze wonen er een jaar of 4 denk ik. Ze hebben wel eens verteld dat ze uit een flat hier in de buurt komen, een huurflat.”
Hierbij zoals gevraagd reageer ik op het onderzoek heeft vastgelegd. Ik herken me niet in hetgeen er is vastgelegd. Ik herinner me niets van hetgeen ik volgens de brief zou hebben verklaard. iets over mijn medicatie.. Ik gebruikte veel medicijnen voor mijn depressie en was onder zware medicatie. Ik herken [gedaagde 1] op straat als hij zijn kinderen ophaalt en naar voetbal brengt of met ze speelt in het speeltuintje.”
Hierbij bevestig ik, dat [gedaagde 1] , niet aan [adres 2] woont. Hij is er af/en toe om met de kinderen te zijn. Aan [adres 2] woont een vrouw en kinderen.”
Destijds heb ik je geholpen en geadviseerd met het aankopen van het huis aan [adres 2] . Ik ben op de hoogte van je persoonlijke situatie en dat je woonzaam bent aan de [adres 1] . Ook komen we elkaar wel eens tegen bij het speeltuintje aan de [straatnaam] als we onze kids daar naar toe brengen.”
Ik ben de vrouw van [gedaagde 1] . Ik woon sinds eind 2011 aan [adres 2] , dit betreft een koopwoning die op de naam van [gedaagde 1] staat. Ik betaal maandelijks huur aan de heer [gedaagde 1] . Na de inbraak in 2010 aan de [adres 1] heb ik me extreem onveilig gevoeld en dat zorgde voor veel ruzie. Ik wilde daar niet meer wonen. Dit heeft geleid dat we momenteel apart wonen maar in het belang van de kinderen zijn we dichtbij de [adres 1] gaan wonen zodat de afstand tussen vader en de kinderen minimaal is. [gedaagde 1] woont niet bij mij in huis, maar hij komt wel vaak langs voor zijn kinderen.”