In deze zaak vordert eiseres, h.o.d.n. [bedrijfsnaam 1], betaling van openstaande facturen door gedaagde, Bewind Nederland B.V., in het kader van een overeenkomst van opdracht. Eiseres heeft in opdracht van Bewind Nederland bewindvoeringswerkzaamheden verricht, maar gedaagde heeft de facturen niet betaald. De procedure omvat een tussenvonnis van 20 juli 2016 en een comparitie van partijen op 18 november 2016. Eiseres heeft drie facturen gestuurd, totaal € 19.184,61, maar gedaagde heeft deze niet voldaan. Eiseres vordert nu een totaalbedrag van € 20.151,46, inclusief buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke handelsrente. Gedaagde voert verweer en stelt dat eiseres haar verplichtingen niet is nagekomen, waardoor zij geen recht heeft op betaling. De kantonrechter oordeelt dat eiseres recht heeft op betaling van de facturen, met uitzondering van een bedrag dat verband houdt met een afgewezen aanvraag voor bijzondere bijstand. De kantonrechter wijst de vordering van eiseres grotendeels toe, inclusief de buitengerechtelijke incassokosten, en veroordeelt gedaagde in de proceskosten.