(…)
Er zijn bij betrokkene diverse onderzoeken verricht waarbij nimmer medisch objectiveerbare afwijkingen werden vastgesteld.
Van belang is dat betrokkene ten tijde van de SEH als obese wordt omschreven, hetgeen betekent dat er sprake is van fors overgewicht.
Orthopaedisch chirurg Plasmans die de expertise verrichtte, merkte eveneens de adipositas op (…) maar verzuimt een afweging te maken tussen de belasting van het bewegingsapparaat wegens obesitas en de klachten van betrokkene.
De orthopaedisch chirurg geeft aan dat het niet in de rede ligt te veronderstellen dat ook zonder het onderhavige ongeval de door betrokkene aangegeven klachtenbronnen spontaan zouden zijn ontstaan. Echter in dit dossier valt op dat er geen enkel gegeven ter beschikking staat over de preëxistente situatie van betrokkene buiten de anamnestische beperking dat betrokkene een maagband heeft gehad wegens ernstig overgewicht.
Bij het ontbreken van duidelijke gegevens over de preëxistente situatie van betrokkene, lijkt het mij moeilijk om de conclusie te trekken bij aspecifieke klachten, waarbij geen traumatische afwijkingen zijn vastgesteld, er geen medisch objectiveerbaar letsel is ontstaan ten tijde van het ongeval en waarbij er sprake is van ernstige obesitas te concluderen dat de klachten en beperkingen van betrokkene een relatie hebben met dit ongeval.
De orthopaedisch chirurg geeft aan dat de klachten van betrokkene niet zijn terug te leiden tot een objectiveerbare orthopaedisch chirurgische bron.
De orthopaedisch chirurg heeft in zijn expertiserapport verzuimd aan te geven wat naar zijn visie beperkingen zijn passend bij het ongeval.
Een beperkingenprofiel is ten dele ingevuld waarbij staat aangegeven dat de anamnestische beperkingen zijn weergegeven, maar niet is aangegeven welke beperkingen er naar de visie van de orthopaedisch chirurg passend zijn met het doorgemaakte ongeval en de orthopaedisch chirurg zal hierover moeten worden bevraagd.
(…)
Verder is van belang dat bij de aangegeven beperkingen de forse mate van overgewicht interfereert met een deel van deze beperkingen.
(…)
Het lijkt mij wenselijk orthopaedisch chirurg Plasmans om een nadere beschouwing te verzoeken.
Dan werd een neurologische expertise verricht waarbij de neuroloog aangeeft dat er geen medisch objectiveerbaar letsel is ontstaan, maar concludeert tot een whiplash associated disorder, hetgeen passend is bij de aard van het ongevalsmechanisme en tot aspecifieke lage rugklachten waarbij de neuroloog wel de vermelding maakt dat aspecifieke lage rugklachten een veelvoorkomende klacht is in de algehele populatie (…).
Deze klachten zijn dus veel voorkomend en niet leidend tot forse beperkingen.
De neuroloog concludeert ook tot lichte beperkingen waarbij de neuroloog aangeeft dat er sprake is van een lichte beperking bij gebruik van de nek bij activiteiten of werkzaamheden waarbij rotatie of lateroflexie in beide richtingen dan wel flexie of extensie eindstandig regelmatig wordt vereist. Hierbij valt dan op te merken dat conform de richtlijn voor de Nederlandse Vereniging voor Neurologie bij een whiplash associated disorder geen beperkingen zijn aan te nemen en ook geen percentage blijvende invaliditeit gehele persoon.
(…).
De neuroloog moet worden gevraagd hoe het kan dat hij concludeert tot het bestaan van beperkingen in weerwil van de richtlijn van zijn eigen vakgroep.
De neuroloog merkt wel op dat er in het dossier geen gegevens aanwezig zijn over de voorgeschiedenis van betrokkene.
Het ontbreken van deze gegevens uit de voorgeschiedenis lijkt mij van evident belang, gezien het gegeven dat er bij betrokkene aspecifieke klachten worden geuit waarbij beide klachten, zowel van de nek als rug, een veel voorkomende klacht zijn in de gehele populatie zonder het doormaken van een ongeval, zodat de relatie tussen de huidige klachten van betrokkene en het ons regarderende ongeval niet zo eenvoudig valt te leggen.
Helaas hebben beide experts niet verzocht om gegevens over de preëxistente situatie van betrokkene.
(…).”