ECLI:NL:RBMNE:2016:440
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Ontuchtige handelingen met minderjarige en bewijsuitsluiting door verzuim rechtsbijstand
In deze strafzaak werd de verdachte beschuldigd van ontuchtige handelingen met een 14-jarig meisje, gepleegd op 1 maart 2014. De rechtbank Midden-Nederland oordeelde dat de verdachte tijdens zijn verhoor op 22 en 23 mei 2014 geen gebruik had kunnen maken van een advocaat, wat leidde tot ernstige verzuimen. De rechtbank besloot dat de verklaringen van de verdachte, afgelegd tijdens deze verhoren, uitgesloten moesten worden van het bewijs. Ondanks deze uitsluiting oordeelde de rechtbank, op basis van andere bewijsmiddelen, dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ontuchtige handelingen. De rechtbank veroordeelde de verdachte tot een gevangenisstraf van 91 dagen, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 120 uur. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan het slachtoffer, die bestond uit materiële en immateriële schade. De rechtbank hield rekening met de leeftijd van de verdachte, zijn gezondheidstoestand en de impact van de zaak op zijn leven. De uitspraak benadrukt het belang van rechtsbijstand tijdens politieverhoren, vooral in zedenzaken.