met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
hoeveelheid geld, één of meerdere bankpassen, een creditcard en een mobiele
telefoon, geheel of ten dele toebehorende aan [aangeefster 2] , in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan,
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [aangeefster 2] ,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te
maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk
geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte of zijn
mededader,
-een op een vuurwapen gelijkend voorwerp richtte op [aangeefster 2] ;
-tegen [aangeefster 2] zei: "het is ernst draai je om, geen flauwekul, als je meewerkt
gebeurt er niks";
- [aangeefster 2] bij de bovenarmen/schouders vastpakte en met enige kracht omdraaide;
- [aangeefster 2] sommeerde op de grond te gaan liggen;
-meermalen de polsen en enkels van [aangeefster 2] door middel van tie-wraps bij elkaar
bond;
-tegen [aangeefster 2] zei: "als je mij nu je geld geeft doen we je verder niets, we
zijn alleen in geld geïnteresseerd."
-tegen [aangeefster 2] zei: "het is ernst draai je om, geen flauwekul, als je meewerkt
gebeurt er niks";
-tegen [aangeefster 2] zei: "we willen geen geweld, als je meewerkt gebeurt er verder
niets";
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht