Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de akte overlegging producties van 19 oktober 2015 van AFS;
- het verweerschrift op het voorwaardelijk zelfstandig verzoek van 10 december 2015
- de pleitnota van [verzoekster] ;
- de aantekeningen van de mondelinge behandeling van 17 december 2015.
2.De feiten
3.Het geschil
zaak 4344452 UE VERZ 15-411
“De Rechtbank Midden-Nederland sector kanton zitting houdende te Utrecht heeft op [datum] geoordeeld dat AFS Nederland [verzoekster] op 15 juli 2015 ten onrechte op staande voet heeft ontslagen en dat AFS geen gronden heeft kunnen waarmaken op grond waarvan dat ontslag is verleend en heeft AFS Nederland veroordeeld tot het verzenden van deze rectificatie om de met het ontslag op staande voet toegebrachte schade aan de goede naam [verzoekster] zoveel mogelijk teniet te doen.”(in internationaal verband te verzenden in een correcte Engelse vertaling), hetzij een door de kantonrechter in deze juist en passend geachte rectificatie, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 5.000,- voor iedere dag dat zij in gebreke blijft om aan deze veroordeling te voldoen, met een maximum van € 50.000,-;
4.De beoordeling
g-grond geen sprake van. AFS heeft evenmin andere omstandigheden aangevoerd die zodanig zijn dat van AFS in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren in de zin van artikel 7:669 lid 3 sub h BW.
400,00(2 punten x tarief € 200,00)
5.De beslissing
“De kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende te Utrecht, heeft op 21 januari 2016 geoordeeld dat AFS Nederland [verzoekster] op 15 juli 2015 ten onrechte op staande voet heeft ontslagen en dat AFS geen gronden heeft kunnen waarmaken op grond waarvan dat ontslag is verleend en heeft AFS Nederland veroordeeld tot het verzenden van deze rectificatie om de met het ontslag op staande voet toegebrachte schade aan de goede naam [verzoekster] zoveel mogelijk teniet te doen.”(in internationaal verband te verzenden in een correcte Engelse vertaling);