ECLI:NL:RBMNE:2016:348

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 januari 2016
Publicatiedatum
22 januari 2016
Zaaknummer
C/16/404080 / KG ZA 15-853
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot verstrekking van persoonsgegevens in kort geding wegens lastercampagne

In deze zaak vordert Bouwbedrijf Casmond B.V. in kort geding dat Ziggo B.V. de persoonsgegevens van een persoon verstrekt die anonieme negatieve reviews over het bedrijf heeft geplaatst op internet. Bouwbedrijf Casmond stelt dat deze reviews onwaarheden bevatten en dat zij hierdoor schade lijdt. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Bouwbedrijf Casmond afgewezen. De rechter oordeelt dat Bouwbedrijf Casmond onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de uitlatingen onrechtmatig zijn en dat er geen reële kans is dat er opnieuw soortgelijke reviews zullen verschijnen. De voorzieningenrechter wijst erop dat de reviews uit een eerdere periode dateren en dat er geen bewijs is dat de gevraagde persoonsgegevens daadwerkelijk verband houden met de onrechtmatige uitlatingen. Daarnaast wordt het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de klant van Ziggo zwaarder gewogen dan het belang van Bouwbedrijf Casmond bij het verkrijgen van de gegevens. De kosten van de procedure worden voor rekening van Bouwbedrijf Casmond gesteld.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/404080 / KG ZA 15-853
Vonnis in kort geding van 27 januari 2016
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BOUWBEDRIJF CASMOND B.V.,
gevestigd te Castricum,
2.
[eiser sub 2],
wonende te [woonplaats] ,
eisers,
advocaat mr. W. Schellart te Haarlem,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ZIGGO B.V.,
gevestigd te Utrecht,
gedaagde,
advocaat mr. J.P. van den Brink te Amsterdam.
Eisers zullen hierna gezamenlijk Bouwbedrijf Casmond c.s. genoemd worden en afzonderlijk Bouwbedrijf Casmond en [eiser sub 2] . Gedaagde zal Ziggo genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 23 november 2015, met producties 1 tot en met 7,
  • de conclusie van antwoord van Ziggo,
  • de mondelinge behandeling van 11 januari 2016,
  • de vrijwillige verschijning van Ziggo,
  • de pleitnota van Bouwbedrijf Casmond c.s.,
  • de pleitnota van Ziggo.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Bouwbedrijf Casmond is een bouwbedrijf, waarvan [eiser sub 2] directeur grootaandeelhouder is.
2.2.
Ziggo is een kabelbedrijf en access provider voor onder meer e-mailverkeer voor klanten, die gebruikmaken van een e-mailadres met de extensie @ziggo.nl.
2.3.
In de periode eind 2014 - begin 2015 zijn op diverse websites, waaronder op de websites van DTG en “Castricum Onderneemt”, negatieve reviews over Bouwbedrijf Casmond c.s. geplaatst, waarin Bouwbedrijf Casmond is afgeschilderd als een slecht bedrijf en [eiser sub 2] als oplichter en leugenaar.
2.4.
Op verzoek van Bouwbedrijf Casmond c.s. hebben de betrokken websitehouders en providers deze reviews verwijderd en heeft de website “Castricum Onderneemt” e-mail- en IP-gegevens verstrekt aan (de echtgenote van) [eiser sub 2] .
2.5.
In oktober 2015 heeft mr. Schellart namens Bouwbedrijf Casmond c.s. schriftelijk aan Ziggo verzocht de persoonsgegevens, waaronder begrepen de NAW-gegevens, te verstrekken behorend bij het e-mailadres [naam] @ziggo.nl en/of het IP-adres [IP-adres] om deze klant van Ziggo aan te kunnen spreken op de onrechtmatige berichtgeving. Ziggo heeft niet aan dit verzoek voldaan.

3.Het geschil

3.1.
Bouwbedrijf Casmond c.s. vordert - samengevat - dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Ziggo gebiedt aan Bouwbedrijf Casmond c.s. binnen vierentwintig uur na betekening van dit vonnis de persoonsgegevens te verstrekken, waaronder in ieder geval de NAW-gegevens, behorend bij het e-mailadres [naam] @ziggo.nl en behorend bij het IP-adres [IP-adres] , op straffe van verbeurte van een dwangsom, althans een zodanige voorziening te treffen als de voorzieningenrechter juist acht, en Ziggo veroordeelt in de proceskosten.
3.2.
Bouwbedrijf Casmond c.s. baseert de vordering - kort gezegd - op het volgende. Bouwbedrijf Casmond c.s. stelt het slachtoffer te zijn van een lastercampagne op internet, waarbij, waarschijnlijk door één persoon, stelselmatig anoniem of onder een alias reviews worden geplaatst op websites waarin smadelijke onwaarheden worden geuit over Bouwbedrijf Casmond en [eiser sub 2] . De reviews zijn inmiddels van de websites verwijderd, maar kopieën daarvan zijn nog op internet te vinden. Door deze negatieve berichtgeving worden Bouwbedrijf Casmond en [eiser sub 2] in hun eer en goede naam geschaad en lijdt Bouwbedrijf Casmond schade in de vorm van omzetverlies. De houder van de website “Castricum Onderneemt” heeft desgevraagd laten weten dat reviews op haar site zijn geplaatst via het e-mailadres [naam] @ziggo.nl en vanaf het IP-adres [IP-adres] . Bouwbedrijf Casmond heeft belang bij het verkrijgen van de persoonsgegevens van deze klant van Ziggo teneinde hem of haar te kunnen identificeren en aan te kunnen spreken om ervoor te zorgen dat zulke berichten niet meer worden geplaatst en om de geleden schade vergoed te krijgen. Bouwbedrijf Casmond c.s. stelt onder verwijzing naar de uitspraak van de Hoge Raad in de zaak Lycos/ [naam] dat Ziggo gehouden kan worden de identiteit van haar klant bekend te maken, omdat voldoende aannemelijk is dat de berichtgeving jegens Bouwbedrijf Casmond c.s. onrechtmatig is en schade tot gevolg heeft (gehad), Bouwbedrijf Casmond c.s. reëel belang heeft bij afgifte van de persoonsgegevens, er geen minder ingrijpende mogelijkheid is om de NAW-gegevens te achterhalen en de belangen van Bouwbedrijf Casmond c.s. in de gegeven omstandigheden prevaleren. Bouwbedrijf Casmond c.s. stelt dat zij spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de gevorderde voorzieningen, omdat de verantwoordelijke persoon zo spoedig mogelijk moet worden aangesproken om verdere onware lasterlijke berichtgeving op internet te voorkomen.
3.3.
Ziggo voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering van Bouwbedrijf Casmond c.s., met hoofdelijke veroordeling van Bouwbedrijf Casmond c.s. in de proceskosten, waaronder de nakosten.
3.4.
Ziggo betwist dat zij gehouden is tot het verstrekken van de gevorderde persoonsgegevens aan Bouwbedrijf Casmond c.s. Primair voert zij daartoe onder meer aan dat het afgeven van persoonsgegevens een beperking oplevert van de grondrechten van haar klant waaronder het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer en het recht op vrije meningsuiting. Een dergelijke beperking is op grond van artikel 52 EU Handvest en artikel 15 van de e-Privacyrichtlijn alleen toegestaan op grond van een specifieke wettelijke bepaling. Artikel 6:162 BW vormt daartoe volgens Ziggo onvoldoende wettelijke basis. Subsidiair voert Ziggo aan dat gegevensverwerking door een derde op grond van artikel 8 aanhef en sub f Wbp en jurisprudentie van het HvJEU uitsluitend is toegestaan als deze noodzakelijk is ter behartiging van het gerechtvaardigd belang van Bouwbedrijf Casmond c.s. en dat belang prevaleert boven het belang of de fundamentele rechten en vrijheden van de klant en Ziggo zelf. Bij die belangenafweging spelen de in het arrest Lycos/ [naam] genoemde criteria een rol, maar deze kunnen aldus Ziggo niet één op één worden toegepast en als verscherpt eerste criterium zou moeten gelden dat de onrechtmatigheid van het handelen van de klant vast moet staan. Volgens Ziggo is in de gegeven omstandigheden niet aan het noodzakelijkheidsvereiste voldaan en valt de belangenafweging bovendien in het nadeel van Bouwbedrijf Casmond c.s. uit. Ziggo voert verder aan dat zij alleen kan worden veroordeeld tot het afstaan van gegevens waarover zij beschikt en dat de gevorderde proceskostenveroordeling is strijd is met de redelijkheid en billijkheid. Voorts doet zij een beroep op matiging van de gevorderde dwangsom.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het spoedeisend belang vloeit voldoende voort uit de aard van de zaak en is overigens ook niet betwist.
4.2.
Partijen twisten over de vraag welk toetsingskader van toepassing is. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan het antwoord op die vraag in het midden blijven, omdat zelfs ingeval de voorzieningenrechter veronderstellenderwijs uitgaat van de juistheid van de stelling van Bouwbedrijf Casmond c.s. dat het in de zaak Lycos/ [naam] aangelegde toetsingskader nog (ongewijzigd) opgaat, de vordering naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet voor toewijzing in aanmerking komt. Zij overweegt daartoe als volgt.
4.3.
In de zaak Lycos/ [naam] (HR 25 november 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU4019) heeft de Hoge Raad het arrest van het hof Amsterdam bekrachtigd. Het hof heeft daarin overwogen dat indien voldoende aannemelijk is dat op een website gepubliceerde informatie jegens een derde onrechtmatig zou kunnen zijn en dat deze daardoor schade kan lijden, het maatschappelijk bezien ongewenst zou zijn indien die derde geen enkele reële mogelijkheid heeft de websitehouder daarop - zo nodig in rechte - aan te spreken. Onder omstandigheden kan een weigering van de service provider om de NAW-gegevens van de websitehouder aan de derde bekend te maken in strijd komen met de zorgvuldigheid die de service provider jegens een zodanige derde in acht moet nemen. Dit kan aldus het hof met name het geval zijn indien zich de volgende omstandigheden voordoen:
a. de mogelijkheid dat de informatie, op zichzelf beschouwd, jegens de derde onrechtmatig en schadelijk is, is voldoende aannemelijk;
b. de derde heeft een reëel belang bij de verkrijging van de NAW-gegevens;
c. aannemelijk is dat er in het concrete geval geen minder ingrijpende mogelijkheid bestaat om de NAW-gegevens te achterhalen;
d. afweging van de betrokken belangen van de derde, de service provider en de websitehouder (voor zover kenbaar) brengt met zich mee dat het belang van de derde behoort te prevaleren.
4.4.
Toegespitst op deze zaak heeft Bouwbedrijf Casmond c.s. naar het oordeel van de voorzieningenrechter, mede in het licht van de gemotiveerde betwisting door Ziggo, onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de gestelde onrechtmatige uitlatingen op internet door een klant van Ziggo zijn gedaan. Bouwbedrijf Casmond c.s. stelt, onder verwijzing naar de overgelegde verklaring van de echtgenote van [eiser sub 2] en een e-mail van “Castricum Onderneemt” (producties 5 en 6), dat uit de zijdens de houder van de website “Castricum Onderneemt” verstrekte mondelinge informatie volgt dat de reviews op die site zijn geplaatst middels het e-mailadres [naam] @ziggo.nl en vanaf het IP-adres [IP-adres] . Gelet op het taalgebruik en de opbouw van de reviews gaat Bouwbedrijf Casmond c.s. ervan uit dat alle uitlatingen zijn gedaan door de klant van Ziggo met dat e-mailaccount. Ter zitting is door en namens Bouwbedrijf Casmond c.s. toegelicht dat het e-mailadres [naam] @ziggo.nl volgens de mondeling door de echtgenote van [eiser sub 2] verkregen informatie hoort bij een review die in januari 2015 op de website “Castricum Onderneemt” is geplaatst. De inhoud van die review is niet overgelegd en kan Bouwbedrijf Casmond c.s. ook niet reproduceren, omdat de review is verwijderd zonder dat daarvan een kopie is behouden. Van die review kan de voorzieningenrechter dan ook niet vaststellen of zij een (mogelijk) onrechtmatige uitlating jegens Bouwbedrijf Casmond c.s. bevat. Voorts is toegelicht dat het IP-adres [IP-adres] volgens nadien door [eiser sub 2] verkregen mondelinge informatie hoort bij de overgelegde review op de website “Castricum Onderneemt” van
22 juni 2015 (productie 2). Bouwbedrijf Casmond c.s. vermoedt dat dit IP-adres hoort bij het genoemde e-mailadres. Waarop dit vermoeden is gebaseerd, is niet gesteld. Schriftelijke stukken waarmee de juistheid van de gestelde verkregen informatie kan worden geverifieerd, zijn niet overgelegd. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft Bouwbedrijf Casmond c.s. zijn stelling aldus onvoldoende feitelijk onderbouwd om aan te kunnen nemen dat een klant van Ziggo met het e-mailadres [naam] @ziggo.nl en/of het IP-adres [IP-adres] verantwoordelijk is voor geplaatste (mogelijk) onrechtmatige uitlatingen. Uit niets blijkt immers dat de overgelegde reviews afkomstig zijn van een persoon met het e-mailadres [naam] @ziggo.nl, dat er een verband is tussen dit e-mailadres en het IP-adres [IP-adres] en dat dit IP-adres toebehoort aan de persoon die de review van 22 juni 2015 heeft geplaatst. Reeds om die reden bestaat er onvoldoende grond voor veroordeling van Ziggo tot afgifte van persoonsgegevens behorend bij dit e-mailadres en dit IP-adres.
4.5.
Daarbij overweegt de voorzieningenrechter ten aanzien van het belang van Bouwbedrijf Casmond c.s. bij het op dit moment verkrijgen van de persoonsgegevens, dat onvoldoende is gesteld om aan te nemen dat Bouwbedrijf Casmond c.s. moet verwachten dat er opnieuw soortgelijke reviews over Bouwbedrijf Casmond en [eiser sub 2] op internet zullen worden geplaatst. Vast staat dat de opgevoerde reviews dateren uit de periode eind 2014 - januari 2015 en dat in juni 2015 nog een review is geplaatst als reactie op het verwijderen van eerdere reviews. Ter zitting is zijdens Bouwbedrijf Casmond c.s. toegelicht dat met de houder van de website “Castricum Onderneemt” is afgesproken dat dergelijke reviews niet meer op de site zouden worden geplaatst en dat daarna alleen de review van juni 2015 nog is gepubliceerd. Niet is gesteld of gebleken dat er na juni 2015 nog soortgelijke reviews op internet zijn verschenen. Gezien het tijdsverloop sinds juni 2015 valt zonder nadere toelichting, die ontbreekt, niet in te zien dat er een reële kans op herhaling is.
4.6.
Gelet op het vorenstaande dient de vordering van Bouwbedrijf Casmond c.s. te worden afgewezen. De voorzieningenrechter komt aan verdere beoordeling niet toe.
4.7.
Bouwbedrijf Casmond c.s. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Ziggo worden begroot op:
- griffierecht € 619,00
- salaris advocaat
816,00
Totaal € 1.435,00
4.8.
De nakosten waarvan Ziggo betaling vordert, zullen op de in het dictum weergegeven wijze worden begroot.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Bouwbedrijf Casmond c.s. hoofdelijk in de proceskosten, aan de zijde van Ziggo tot op heden begroot op € 1.435,00,
5.3.
veroordeelt Bouwbedrijf Casmond c.s. hoofdelijk, onder de voorwaarde dat zij niet binnen veertien dagen na aanschrijving door Ziggo volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 131,00 aan salaris advocaat,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.A. Brouwer en in het openbaar uitgesproken op
27 januari 2016. [1]

Voetnoten

1.type: ID/4198