ECLI:NL:RBMNE:2016:3206

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
14 juni 2016
Publicatiedatum
15 juni 2016
Zaaknummer
16/661201-15 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het produceren en verhandelen van synthetische drugs in een XTC-lab

Op 14 juni 2016 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 40-jarige man uit Kampen en een 36-jarige man uit Zwolle, die beiden zijn veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf voor het hebben van een XTC-lab en het produceren van 127.783 pillen in Dronten eind 2014. Daarnaast zijn twee mannen van 30 en 61 jaar uit Hoensbroek, die de bestellingen plaatsten en 14 kilo aan grondstoffen leverden, veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf. De rechtbank oordeelde dat de drugs op professionele wijze in een goed uitgerust lab zijn geproduceerd, waarbij de verdachten beschikten over de benodigde grondstoffen en machines. Een 28-jarige man uit Hoensbroek, die de pillen in een verborgen ruimte van een auto vervoerde, kreeg een gevangenisstraf van 12 maanden. De rechtbank heeft de bewijsvoering gebaseerd op cameraobservaties en informatie uit mobiele telefoons, en heeft de tenlastelegging van de verdachten als wettig en overtuigend bewezen verklaard. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het verbergen van de herkomst van een geldbedrag van € 19.105,--, omdat er onvoldoende bewijs was voor het verbergen van de criminele herkomst van dit bedrag. De rechtbank heeft de straffen opgelegd met inachtneming van de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachten.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Lelystad
Parketnummer: 16/661201-15 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 14 juni 2016
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [1955] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] , [adres] ,
hierna te noemen: verdachte of: [verdachte] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 15 april, 27 mei en 28 oktober 2015 en 23 maart en 25 mei 2016.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. I.M.F. Graumans en van hetgeen verdachte en mr. M.M.H. Zuketto, advocaat te Maastricht, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De verdachte is, na een nadere omschrijving tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 02 december 2014 tot en met 3 maart 2015 in de gemeente Dronten en/of Hoensbroek, gemeente Heerlen, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of aanwezig hebben en/of te vervaardigen van ((een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende) MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of amfetamine zijnde (telkens) (een) middel(len) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) van (een) materia(a)l(en) bevattende (een) (ander(e)) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
- (telkens) een ander of anderen heeft getracht te bewegen om bovengenoemd feit te plegen en/of te doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of daartoe gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- (telkens) zich en/of een ander gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen en/of
- (telkens) (een) voorwerp(en) en/of (een) vervoermiddel(en) en/of (een) stof(fen) en/of gelden en/of (een) ander(e) betaalmiddel(en) voorhanden heeft gehad waarvan hij wist, althans ernstige reden had om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat/die feit(en),
immers heeft/hebben hij en/of zijn, verdachtes, mededaders (telkens) opzettelijk daartoe:
- (een) (grote) hoeveelheid poeder(s) en/of vloeistoffen en/of kleurstoffen en/of platina oxide, in elk geval grondstoffen en/of materialen (al dan niet bevattende MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of amfetamine), bestemd voor de productie van (pillen bevattende) MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of amfetamine) vervaardigd en/of voorhanden gehad en/of opgeslagen, en/of
- (een) materia(a)l(en), te weten (onder andere) (een) tabletteermachine(s) en/of (een) vermaler(s) en/of (een) mengmachine(s) en/of (een) droogkast(en) en/of (een) stempels (voorzien van logo's) en/of (een) maatbeker(s) en/of (een) weegscha(a)l(en) en/of (een) speciekuip(en) voorhanden gehad en/of Opgeslagen;
2.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 02 december 2014 tot en met 3 maart 2015 in de gemeente Dronten en/of Hoensbroek, gemeente Heerlen, in elk geval in Nederland, (telkens) een of meer malen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 127.783 eenheden/pillen, in elk geval een (zeer grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2 CB en/of amfetamine, zijnde MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2 CB en/of amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
3.
hij in of omstreeks de periode van 02 december 2014 tot en met 03 maart 2015, te Hoensbroek, in de gemeente Heerlen, althans in Nederland, van (een) voorwerp(en), te weten een geldbedrag van 19.105 Euro, in elk geval enig geldbedrag, de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op (een) voorwerp was en/of (een) voorwerp(en), te weten een geldbedrag van 19.105,-- Euro, in elk geval enig geldbedrag, voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist dat dat/die voorwerp(en) geheel of gedeeltelijk onmiddellijk of middellijk afkomstig was uit het misdrijf.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde en de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend te bewijzen hetgeen verdachte onder 1., 2. en 3. ten laste is gelegd.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat geen wettelijke grondslag bestond voor het uitlezen van de BlackBerry’s van de medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] (hierna te noemen: [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ) aangezien daartoe geen bevel of machtiging was verleend. Derhalve is sprake van schending van het bepaalde in artikel 8 van Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM) en dient de uit de BlackBerry’s verkregen informatie van het bewijs te worden uitgesloten. De raadsman heeft in dit kader gewezen op een arrest van het Hof Arnhem-Leeuwarden van 22 april 2015 (ECLI:NL:GHARL:2015:2954).
De raadsman heeft bepleit verdachte vrij te spreken van de onder 1., 2. en 3. ten laste gelegde feiten wegens het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Verweer wettelijk grondslag onderzoek BlackBerry’s
Ingevolge artikel 134, eerste lid, Sv. juncto artikel 94, eerste lid, Sv. zijn alle voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen, vatbaar voor inbeslagname. Voor de waarheidsvinding mag onderzoek worden gedaan aan en in die voorwerpen teneinde gegevens voor het strafrechtelijk onderzoek te verkrijgen. In computers opgeslagen gegevens zijn daarvan niet uitgezonderd (HR 20 februari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ3564, en HR 29 maart 1994, ECLI:NL:HR:1994:AD2076). Naar het oordeel van de rechtbank is er geen reden om over een smartphone anders te oordelen dan over een computer. De BlackBerry’s van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zijn dan ook met het oog op de waarheidsvinding rechtmatig in beslag genomen. De rechtbank wijst in dit verband op het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 17 september 2015 (ECLI:NL:GHAMS:2015:4348).
Anders dan de verdediging en in weerwil van haar beroep op voornoemd arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is de rechtbank van oordeel dat artikel 94 Sv. een voldoende kenbare en voorzienbare wettelijke grondslag biedt voor de inbeslagname van en het onderzoek in de BlackBerry’s van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , zodat geen sprake is van een vormverzuim. Het verweer wordt verworpen.
Bewijsmiddelen [1] en bewijsoverwegingen feiten 1. en 2.
De bewezenverklaring steunt op de inhoud van de volgende bewijsmiddelen, opleverende evenzoveel tot die beslissing redengevende feiten en omstandigheden, waarbij ieder bewijsmiddel, ook in zijn onderdelen, slechts is gebruikt met betrekking tot het feit of de feiten waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
BlackBerry met SIN-nummer [nummer 2]
De BlackBerry met SIN-nummer [nummer 2] is bij de doorzoeking van de woning van [medeverdachte 1] aan de [adres] aangetroffen op de eettafel in de woonkamer. [2]
[A] verklaart dat deze BlackBerry van haar echtgenoot [medeverdachte 1] is. [3]
Voor het verzenden van berichten met deze BlackBerry werd gebruik gemaakt van de accountnamen [naam] en [naam] . Deze namen zijn gekoppeld aan het nummer/adres [nummer ] . [4]
In de BlackBerry staat een bericht van [naam] aan [naam] van 16 december 2014 om 13.41 uur “
Ouwe gek we zijn in egypte nu weer opstijgen naar onze plek [5] en een bericht van dezelfde dag om 16.03 uur “
We zijn er”. [6]
[A] verklaart op 21 januari 2015 dat [medeverdachte 1] en zij van 16 december tot 23 december 2014 op vakantie waren naar Egypte. [7]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat [medeverdachte 1] de gebruiker is van de BlackBerry met SIN-nummer [nummer 2] en daarbij gebruik maakte van de accountnamen [naam] en [naam] , welke namen zijn gekoppeld aan het nummer/adres [nummer ] . Deze BlackBerry wordt hierna aangeduid als: BlackBerry van [medeverdachte 1] . Met deze BlackBerry verzonden en ontvangen berichten worden hierna aangeduid als berichten van en aan [medeverdachte 1] .
Accountnamen [naam] en [naam] in de BlackBerry van [medeverdachte 1]
Ene ‘ [naam] ’ stuurt op 16 december 2014 het volgende bericht naar de BlackBerry van [medeverdachte 1] : “
Ze hebben [naam] haar oma 5 uur een prikje gegeven dus is waarschijnlijk snel gebeurt nu”. [8] Op 22 december 2014 stuurt ‘ [naam] ’ het bericht: “
Ja want dan vieren we kerst bij pa en ma [C] ivm overlijden oma is dat verschoven naar zondag. [9]
[B] (hierna te noemen: [B] ) verklaart dat hij de achternaam van zijn vrouw heeft aangenomen; hij heet [B] - [C] . [10] Zijn vrouw is [C] . [11]
De naam ‘ [naam] ’ is gekoppeld aan nummer/adres [nummer ] . De naam ‘ [naam] ’ is eveneens gekoppeld aan dit nummer. [12]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat ‘ [naam] ’ en ‘ [naam] ’ in de BlackBerry van [medeverdachte 1] accountnamen zijn van [B] en dat berichten van en aan deze beide namen berichten van en aan [B] zijn. Deze berichten worden hierna aangeduid als berichten van en aan [B] .
BlackBerry met SIN-nummer [nummer ]
Deze BlackBerry is bij de aanhouding van [medeverdachte 2] aangetroffen in zijn Toyota met kenteken [kenteken] , onder de klep van de middenarmsteun. [13]
Op 29 december 2014 wordt met de BlackBerry met SIN-nummer [nummer ] onder de accountnaam [naam] ’ het bericht verstuurd: “
word wel laat in de avond dat k bij je ben ben na efteling. [14] De accountnaam [naam] ’ is gekoppeld aan nummer/adres [nummer ] . [15]
In een bij de aanhouding van [medeverdachte 2] aangetroffen iPhone 5s, bevindt zich een foto die op 29 december 2014 in de Efteling is gemaakt. [16]
Uit het voorgaande kan worden afgeleid dat [medeverdachte 2] de afzender is van het met de BlackBerry met SIN-nummer [nummer ] onder de accountnaam [naam] ’ verzonden bericht en derhalve dat [medeverdachte 2] de gebruiker is van deze BlackBerry. Deze BlackBerry wordt hierna aangeduid als: BlackBerry van [medeverdachte 2] . Met deze BlackBerry verzonden en ontvangen berichten worden hierna aangeduid als berichten van en aan [medeverdachte 2] .
Accountnamen [naam] en [naam] in de BlackBerry’s van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en de accountnaam [naam] in de BlackBerry van [medeverdachte 1]
Uit analyse van de berichten verzonden en ontvangen met de BlackBerry van [medeverdachte 1] blijkt van berichtenverkeer tussen [medeverdachte 1] en ene ‘ [naam] ’. De accountnaam ‘ [naam] ’ is gekoppeld aan nummer/adres [naam] . [17]
Uit analyse van de berichten verzonden en ontvangen met de BlackBerry van [medeverdachte 2] blijkt van berichtenverkeer tussen [medeverdachte 2] en ene ‘ [naam] ’. Ook de naam ‘ [naam] ’ is gekoppeld aan nummer/adres [naam] . [18]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat ‘ [naam] ’ in de BlackBerry van [medeverdachte 1] en ‘ [naam] ’ in de BlackBerry van [medeverdachte 2] dezelfde persoon betreffen. Berichten van en aan ‘ [naam] ’ en ‘ [naam] ’ worden hierna aangeduid als berichten van en aan [naam] .
Uit analyse van de berichten verzonden en ontvangen met de BlackBerry van [medeverdachte 1] blijkt van berichtenverkeer tussen [medeverdachte 1] en ene ‘ [naam] ’. De accountnaam ‘ [naam] ’ is gekoppeld aan nummer/adres [nummer ] . [19]
De onder deze naam verzonden en ontvangen berichten worden hierna aangeduid als berichten van en aan [naam] .
Berichtenverkeer BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2]
Na te noemen bewijsmiddelen, bestaande uit berichten uit de BlackBerry’s van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] of delen van die berichten, zijn aldus weergegeven dat bij ieder bericht zijn opgenomen: de achternaam of de accountnaam van de afzender en de ontvanger, de datum en het tijdstip waarop het bericht is verzonden c.q. ontvangen, de naam van de BlackBerry waaruit het bericht afkomstig is (aangeduid als BB [medeverdachte 1] of BB [medeverdachte 2] ), de paginanummer van het dossier en de inhoud van het bericht.
Uit de inhoud van de berichten van de BlackBerry van [medeverdachte 1] , bezien in onderling verband en samenhang met de berichten en tijdsaanduidingen in de BlackBerry van [medeverdachte 2] en de waarnemingen uit de stelselmatige observaties, volgt dat de tijdsaanduidingen in de BlackBerry van [medeverdachte 1] telkens één uur later aangeven dan het werkelijke tijdstip op dat moment. In onderstaande weergave van het berichtenverkeer uit deze BlackBerry zijn de tijdsaanduidingen opgenomen zoals deze uit de BlackBerry zijn afgelezen. Deze tijdsaanduidingen dienen derhalve gecorrigeerd te worden gelezen in die zin dat het werkelijke tijdstip één uur vroeger is.
Stelselmatige observatie van het pand aan de [adres]
In de periode 20 november 2014 tot en met 30 december 2014 zijn op grond van een daartoe afgegeven bevel stelselmatige observatie als bedoeld in artikel 126g Sv. camerabeelden gemaakt van het pand aan de [adres] . Deze camerabeelden zijn uitgekeken en van deze beelden zijn prints gemaakt welke zijn gevoegd bij het in het dossier opgenomen
Proces-verbaal bevindingen camerabeelden De [adres]. Na te noemen bewijsmiddelen betreffen prints gemaakt van de op 30 december 2014 bij het pand aan de [adres] gemaakte camerabeelden. Bij ieder bewijsmiddel is opgenomen: het tijdstip waarop het beeld is gemaakt, de korte omschrijving zoals opgenomen in voornoemd proces-verbaal en de paginanummer van het dossier.
Bewijsmiddelen berichtenverkeer BlackBerry’s
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/28/2014, 1:44 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3519:
Vr moeten 15 kg worden wat daar heen moet. en ik hoor nog wanneer, dus niet morgen, dan kan het gelijk mee terug snap je het?
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 1:58 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3518:
Denk je dat je genoeg hebt om alles te maken? Dan ik iemand opsturen met de mora en dan kan ik alles in 1 transport regelen anders moet ik iemand dubbel opsturen.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/28/2014, 2:11 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3518:
Ik denk dat ik niet genoeg heb voor de 50k supers.
De rest is geen probleem nog ff 2000 mits bij maken lukt zeker. Dus zeker krijg je
31000 Goldbar, 96 mg
31000 Hartjes, 96 mg
50000 Mits 125 mg
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 2:13 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3518:
Ok hoeveel kun je wel maken?
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/28/2014, 2:14 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3518:
Heb nog niet gekeken hoeveel mora ik nog heb. Ik denk nog 3 kilo.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 2:19 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3515:
Oke weet je wat we doen maak 50000 supers van 6 kg dus 120 mg en dan maak je 25000 mitchu van 3 kg dus ook 120 mg lukt dat? Kun je me vertellen wanneer ze dan klaar zijn dan zet ik het transport op en geef die vriend van me die 15 kilo mee die je dan verbruikt hebt en dan neemt hij de pillen weer mee.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/28/2014, 2:21 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3515:
Top. Morgen ochtend vroeg laat ik weten of het allemaal lukt. Geef je ook een envollup met muntjes mee aan die vriend voor het drukken. Hebben we alles voor het nieuwe jaar weer glad ook.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 2:30 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3512:
Heb je geen 12 kop stempel van spiderman porsche of hulk? Zo niet heb je een model zodat ik ze bestellen kan?
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/28/2014, 2:39 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3512:
Nee heb ik niet en ook geen voorbeeld nog nooit gezien ook vriend.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 2:40 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3512:
Oke dan kijk ik of ik iets ontwerpen kan en geef t ook mee aan chauffeur als ik dat haal voor die tijd.
[medeverdachte 1] aan [B] , 12/28/2014, 5:14 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3511:
Het moeten 50k supers worden 120 mg nu en de rest van de mora die we nog hebben opslaan in mits 120 mg.
[B] aan [medeverdachte 1] , 12/28/2014, 5:14 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3511:
Oke maar we hebben toch al wat aangemaakt?
[medeverdachte 1] aan [B] , 12/28/2014, 5:14 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3511:
Ja moeten er 50k worden op 120 mg we hebben aangemaakt op 125 mg dus of lichter maken of bind erbij.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 11:44 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3508:
Bijna 20k mits kan ik maken voor je vriend.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 11:47 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3508:
Goedemorgen dus je hebt minder als 3 kg.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 11:48 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3508:
Ja 2 kg.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 11:49 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3507:
Oke maak maar en reken uit hoeveel kg ik moet terug geven.
Oke dan krijg je 14 terug.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 11:51 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3507:
En dan gaan we voor het nieuwe jaar kijken dat we gas gaan geven.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 11:51 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3507:
Ja zoiets ik weeg zo ff precies de mora die ik nog heb ik sla hem helemaal op.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 11:54 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3506:
Oke kan ik mijn chauffeur inlichten voor morgen of overmorgen?
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 11:55 AM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3505:
Morgen vriend overmorgen is he oud jaarsdag vriend.
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/29/2014, 3:25 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3505:
Busje wil het morgen wel doen, zeg maar wat jij liever hebt vr.
[medeverdachte 2] aan [naam] , 12/29/2014, 3:25 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3505:
Zeg jij maar voor mij is geen probleem.
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/29/2014, 3:35 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3501:
Liever jou vr.
Doe jij het maar.
[medeverdachte 2] aan [naam] , 12/29/2014, 3:35 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3501:
Ok moet wel adres hebben voor morgen.
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/29/2014, 3:38 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3500:
En het moet 14 zijn.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 4:49 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3499:
Staat klaar.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 4:51 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3499:
Ok komt in orde ik overleg met chauffeur.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 4:55 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3499:
Wij komen morgen ook mee.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 5:33 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3499:
Oke oke hoe laat ben je er vriend.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 5:44 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3498:
Ik ben wachten op antwoord k denk rond 12 13.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 5:59 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3498:
Je hebt 128833 units.
Is 5153 euro slaan geld.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 6:02 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3498:
Klopt plus 53 cent
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/29/2014, 9:11 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3497:
Moet ik het adres sturen of kom je het halen.
[medeverdachte 2] aan [naam] , 12/29/2014, 9:11 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3497:
Ik kom halen ben onderweg terug.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 9:29 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3496:
Was het 24 of 64a.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 9:31 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3496:
64b.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 9:34 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3496:
Hoelaat ben je er.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/29/2014, 9:35 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3496:
Tussen 12 en 1.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/29/2014, 9:35 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3495:
Oke ben ik er ook dan vriend.
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/30/2014, 11:07 AM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3495:
Doe rustig vriend stop even mc ofzo zijn 12 daar.
[medeverdachte 2] aan [naam] , 12/30/2014, 11:11 AM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3495:
Ok nog 14km ben ik daar is goed.
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/30/2014, 11:13 AM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3495:
Kijk of je wat vind vr, je kan daar niet voor de deur gaan staan, snap je.
[medeverdachte 2] aan [naam] , 12/30/2014, 11:15 AM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3494:
Ja ben al bij mac drek 12 uur ben ik daar.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 12:04 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3493:
Er is rond 11 iemand bij jullie, niet busje, respect voor hem he!! Hij is mijn maat, wij zijn ook onderweg ok, tot later.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/30/2015, 12:04 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3493:
Ja ik ben er pas om 12 uur vriendje.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 12:11 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3492:
[naam] zei gister nog die jongen komt iets eerder en wij later.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/30/2015, 12:14 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3492:
Ja hij 12 uur jullie 13 uur toch vriend.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 12:15 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3492:
Hij moet nog 14 km heb gezegt ga wat eten ergens.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/30/2015, 12:43 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3487:
Hoe laat ben jij er dan vr.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 12:45 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3487:
Half uur, laat hem maar meteen weer gaan ok, beter.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 1:13 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3487:
En heeft hij je het envelopje gegeven vriend.
Bewijsmiddelen waarnemingen stelselmatige observatie pand [adres]
11:52:52 [B] en [medeverdachte 1] gaan naar binnen, pagina 298
12:08:42 [medeverdachte 2] stapt uit en loopt in de richting van de [adres] , pagina 299
12:10:06 [medeverdachte 2] stapt weer in en rijdt de Toyota met kenteken [kenteken] achteruit de [adres] in, pagina 300
12:13:03 [B] komt naar buiten op het moment dat de Toyota binnen is. Hij stapt in de Fiësta en rijdt naar de weg voor de [adres] , pagina 300.
12:13:15 Een Volkswagen met kenteken [kenteken] komt aanrijden, pagina 300.
12:13:39 [D] (hierna te noemen: [D] ) en [verdachte] stappen uit de Volkswagen. Tegelijk rijdt de Fiësta naar de weg toe, pagina 300.
12:13:42 [D] en [verdachte] lopen naar de Fiësta en schudden de hand van [B] , pagina 301.
12:13:53 [D] gaat de [adres] in, pagina 301.
12:13:56 [verdachte] gaat de [adres] in, pagina 301.
12:32:21 de Toyota gaat naar buiten, pagina 303.
13:23:25 [B] , [D] , [verdachte] en [medeverdachte 1] lopen naar de Volkswagen, pagina 304.
13:23:50 [B] en [D] omhelzen elkaar, pagina 304.
13:23:59 [B] en [verdachte] omhelzen elkaar, pagina 304.
13:25:27 [D] en [verdachte] stappen in de Volkswagen en ze rijden weg, pagina 305.
Bewijsmiddelen (transport van) 127.783 pillen
Op 30 december 2014 omstreeks 14.15 uur wordt op Rijksweg A73 in de gemeente Roermond de bestuurder van de Toyota Avensis met kenteken [kenteken] aangehouden. De bestuurder van de Toyota is [medeverdachte 2] , geboren op [1988] . [20]
Bij de doorzoeking van de Toyota Avensis met kenteken [kenteken] worden in een geprepareerde ruimte twee bigshoppers met daarin kleinere doorzichtige plastic zakjes met pillen aangetroffen. [21] Het gaat om 34 doorzichtige plastic zakjes met daarin (in totaal) 127.783 pillen. [22]
Vervolg bewijsmiddelen berichtenverkeer BlackBerry’s
[naam] aan [medeverdachte 2] , 12/30/2014, 3:30 PM,
BB [medeverdachte 2], pagina 3486:
Alles good.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 5:07 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3486:
Alles ok bij jullie.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/30/2014, 5:07 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3486:
Ja bij jullie ook.
[naam] aan [medeverdachte 1] , 12/30/2014, 5:07 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3486:
Nee mijn driver laat niks horen vr.
[medeverdachte 1] aan [naam] , 12/30/2014, 5:07 PM, BB [medeverdachte 1] , pagina 3486:
Oke oke. Dat is niet goed.
Bewijsoverwegingen accountnamen [naam] en [naam] .
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen, bestaande uit de berichten in de BlackBerry’s van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in onderling verband en samenhang bezien met de waarnemingen uit de stelselmatige observatie, staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat de accountnamen ‘ [naam] ’ en ‘ [naam] ’ toebehoren aan [D] en [verdachte] .
[D] heeft de bijnaam ‘ [bijnaam 1] ’. [23]
Uit het berichtenverkeer in de BlackBerry van [medeverdachte 1] blijkt dat [naam] door [medeverdachte 1] en [B] ‘ [bijnaam 1] ’ wordt genoemd. Immers bericht [medeverdachte 1] op 22 december 2014 aan [B]
‘of we voor [bijnaam 1] tussen kerst en oud en nieuw nog een ronde willen maken vriend’ [24] en vraagt hij [B] om met ‘nitro’ een afspraak te maken voor na de kerst. [25] Vervolgens bericht [medeverdachte 1] zelf aan [naam] ‘
is tussen kerst en oud en nieuw goed vriend’. [26]
Uit het voorgaande leidt de rechtbank af dat ‘ [naam] ’ in de BlackBerry van [medeverdachte 1] een afkorting is van ‘ [bijnaam 1] ’ en dat dit de accountnaam is van [D] . Gelet op het leeftijdsverschil tussen [verdachte] en [D] van ruim 30 jaren ( [verdachte] is geboren in [1955] en [D] in [1985] ) gaat de rechtbank er voorts vanuit dat [verdachte] degene is die ‘ [bijnaam 1] ’ wordt genoemd, hetgeen betekent dat de accountnaam [naam] de accountnaam is van [verdachte] .
Berichten van en aan de accountnaam ‘ [naam] ’ worden hierna aangeduid als berichten van en aan [D] . Berichten van en aan de accountnaam ‘ [naam] ’ worden hierna aangeduid als berichten van en aan [verdachte] .
Overige bewijsmiddelen
De in de Toyota van [medeverdachte 2] aangetroffen pillen worden onderzocht door de Forensische Opsporing. Uit alle zakjes worden monsters getest en alle monsters testen positief op MDMA. [27] Het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) test 14 monsters van 20 pillen en de conclusie is dat alle monsters MDMA bevatten. [28]
Het NFI heeft vergelijkend onderzoek verricht tussen stempels en tabletten van de locaties [adres] , [adres] en de pillen/tabletten aangetroffen in de Toyota van [medeverdachte 2] . [29] De conclusie luidt dat de resultaten van het onderzoek zeer veel waarschijnlijker zijn wanneer de van de inbeslagname uit de Toyota met kenteken [kenteken] afkomstige tabletten zijn vervaardigd in de tabletteerinrichting aangetroffen op 30 december 2014 op de locatie de [adres] dan wanneer deze tabletten zijn vervaardigd in een willekeurige andere illegale tabletteerinrichting. [30]
Aanvullende bewijsmiddelen feit 1.
Bewijsmiddelen berichtenverkeer BlackBerry [medeverdachte 1]
aan [B] , 12/22/2014, 13:51, pagina 4231:
Of we voor [bijnaam 1] tussen kerst en oud en nieuw nog een ronde willen maken vriend.
[B] aan [medeverdachte 1] , 12/22/2014, 14:54, pagina 4231:
Doen we dat toch effe maat zijn toch weer knaken.
[medeverdachte 1] aan [verdachte] , 12/22/2014, 15:58, pagina 4214:
Oke we maken tussen kerst en oud en nieuw ff tijd voor je wanneer kom je mora brengen. Ik heb volgens mij nog 7 kilo liggen
[verdachte] aan [medeverdachte 1] , 12/22/2014, 17:00, pagina 4214:
Kom maar thuis, dan brengt [bijnaam 2] dat ok.
[medeverdachte 1] aan [B] , 12/22/2014, 16:04, pagina 4200:
Maken eerst gewoon een paar kilo aan met 7 gram kleurstof per kilo.
[B] aan [medeverdachte 1] , 12/22/2014, 16:54, pagina 4221/4222:
Heb 40 blauw in de kast liggen is droog. Effe mixen en nat maken of niet? Dan hebben we hun blauw toch.
Overige bewijsmiddelen
Van de in het pand aan de [adres] inbeslaggenomen goederen zijn door het NFI onderzocht [31] :
  • 1.6 4 lichtblauwe driehoekige gleuftabletten (à 0,29 gram), Mitsubishi logo;
  • 1.7 5 blauwe gleuftabletten (à 0,23 gram), Superman logo;
  • 1.17 een gripzakje met daarin 46 diverse tabletten (negen soorten) volgens opgave
afkomstig vanaf de vloer, waarvan zijn onderzocht:
# 1: 14 gele rechthoekige gleuftabletten (à 0,39 gram), goudstaaf;
# 3: 4 rode tabletten (à 0,30 gram), Haertbrand logo (Ola);
# 4: 4 lichtblauwe driehoekige gleuftabletten (à 0,28 gram), Mitsubishi logo;
# 6: 13 blauwe gleuftabletten (à 0,29 gram), Superman logo;
Het resultaat van het identificatieonderzoek luidt ten aanzien van alle voornoemde tabletten: bevat MDMA.
De Landelijke Eenheid van de Politie ‘Landelijke Faciliteit Ontmantelen’ (hierna: LFO) heeft met betrekking tot het pand aan de [adres] geconcludeerd dat de aangetroffen productieapparatuur geschikt is en gebruikt is ten behoeve van professionele en grootschalige productie van synthetische drugs tabletten. [32] Met betrekking tot het pand aan de [adres] heeft het LFO geconcludeerd dat de aangetroffen tabletteerplaats geschikt is en gebruikt is ten behoeve van professionele en grootschalige productie van synthetische drugs. [33] De in de [adres] aanwezige hoeveelheid MDMA-kristallen, namelijk 13,88 kilo, wijst hier ook op. Met deze hoeveelheid kunnen circa 99.140 tabletten worden geproduceerd met 140 mg werkzame stof per tablet. [34]
Bewijsoverweging feiten 1. en 2.
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen en -overwegingen staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat [medeverdachte 1] en [B] in een daartoe ingerichte tabletteerinrichting synthetische drugs in de vorm van pillen, houdende MDMA, hebben geproduceerd. [verdachte] en [D] hebben eind 2014 bij [medeverdachte 1] en [B] een bestelling geplaatst voor de levering van pillen en hebben 14 kilo grondstof geleverd en een betaling verricht. Zij hebben een partij van 127.783 pillen afgenomen. Voor het vervoer van de grondstof en de pillen hebben zij een transport opgezet. [medeverdachte 2] heeft als chauffeur het transport uitgevoerd. De pillen waren verborgen in een geprepareerde ruimte in de auto van [medeverdachte 2] . De inbeslaggenomen pillen bevatten MDMA en waren gemaakt in de tabletteerinrichting van [medeverdachte 1] en [B] .
De rechtbank acht aldus het aan verdachte onder 1. en 2. ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen zoals hierna is vermeld. Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat uit de bewijsmiddelen volgt dat sprake is geweest van een bewuste en nauwe samenwerking tussen [verdachte] en [D] , gericht op het bestellen en afnemen van XTC-pillen bij [medeverdachte 1] en [B] . Bovendien heeft [verdachte] voorafgaand aan de levering veelvuldig contact onderhouden met [medeverdachte 1] waarbij afspraken zijn gemaakt over de bestelling van een groot aantal pillen, de levering van grondstof voor pillen, de betaling van de pillen en over de plaats en het tijdstip van de levering. [verdachte] heeft voorts het transport van de grondstof en de pillen aangestuurd en daartoe contact onderhouden met [medeverdachte 2] . Ten slotte was hij samen met [D] in de loods in Dronten aanwezig op het moment dat de partij van 127.783 pillen aan hen is geleverd.
Verdachte zal worden vrijgesproken van het onder 1. ten laste gelegde voorhanden hebben van de tot de tabletteerinrichting behorende machines en materialen, aangezien het voorhanden hebben daarvan niet aan [verdachte] en [D] maar (alleen) aan [medeverdachte 1] en [B] kan worden toegerekend.
Feit 3.
[verdachte] zal worden vrijgesproken van het onder 3. ten laste gelegde feit. Uit de tot het dossier behorende stukken kan niet worden afgeleid dat sprake is geweest van gedragingen van verdachte die gericht zijn geweest op het verbergen of verhullen van de (criminele) herkomst van de geldbedragen van in totaal € 19.105,-- en derhalve dat sprake is van meer dan het enkele voorhanden hebben van deze bedragen. Dat deze bedragen in de woning van [verdachte] zijn aangetroffen in en onder een lade, op een bed en onder een matras brengt niet mee dat [verdachte] de (criminele) herkomst van deze gelden heeft getracht te verbergen of te verhullen.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1.
op een of meer tijdstippeninof omstreeksde periode van 02 december 2014 tot en met 3 maart 2015 in de gemeente Dronten en/of Hoensbroek , gemeente Heerlen, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een anderof anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierdeof vijfdelid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijkbereiden, bewerken,verwerken, verkopen,afleveren,verstrekken,vervoeren en/of aanwezig hebbenen/of tevervaardigen van((een)hoeveelhe(i)d(en)van een materiaal bevattende) MDA en/of MDEA en/ofMDMAen/of 2CB en/of amfetaminezijnde(telkens) (een)middel(len)vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I,en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) van (een) materia(a)l(en) bevattende (een) (ander(e)) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I,voor te bereiden en/of te bevorderen,
-(telkens)een ander of anderen heeft getracht te bewegen om bovengenoemd feit te plegenen/of te doen plegenen/of mede te plegenen/of uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijnen/ofdaartoegelegenheid en/ofmiddelenen/of inlichtingente verschaffen en/of
- (telkens) zich en/of een ander gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen en/of
-(telkens) (een) voorwerp(en) en/of (een) vervoermiddel(en) en/of (een)stof(fen)en/ofgeldenen/of (een) ander(e) betaalmiddel(en)voorhanden heeft gehad waarvan hij wist, althans ernstige reden had om te vermoedendat zij bestemd waren tot het plegen van dat/diefeit(en),
immersheeft/hebben hij en/ofzijn, verdachtes, mededaders (telkens)opzettelijk daartoe:
-(een) (grote)hoeveelheidpoeder(s) en/of vloeistoffen en/of kleurstoffen en/of platina oxide, in elk gevalgrondstoffen en/of materialen (al dan nietbevattendeMDA en/of MDEA en/ofMDMAen/of 2CB en/of amfetamine),bestemd voor de productie van(pillen bevattende) MDA en/of MDEA en/ofMDMAen/of 2CB en/of amfetamine) vervaardigd en/ofvoorhanden gehaden/of opgeslagen, en/of
- (een) materia(a)l(en), te weten (onder andere) (een) tabletteermachine(s) en/of (een) vermaler(s) en/of (een) mengmachine(s) en/of (een) droogkast(en) en/of (een) stempels (voorzien van logo's) en/of (een) maatbeker(s) en/of (een) weegscha(a)l(en) en/of (een) speciekuip(en) voorhanden gehad en/of opgeslagen;
2.
hij op een of meer tijdstippeninof omstreeksde periode van 02 december 2014 tot en met 3 maart 2015 in de gemeente Dronten en/of Hoensbroek , gemeente Heerlen, in elk geval in Nederland,(telkens) een of meer malentezamen en in vereniging met een anderof anderen,althans alleen,opzettelijk heeftbereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/ofvervoerden/of vervaardigd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer127.783 eenheden/pillen, in elk geval een (zeer grote) hoeveelheidvan een materiaal bevattendeMDA en/of MDEA en/ofMDMAen/of 2 CB en/of amfetamine, zijnde MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2 CB en/of amfetamineeen middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
1.
Medeplegen van het misdrijf: om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen of mede te plegen en daartoe middelen te verschaffen en stoffen en gelden voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.
2.
Medeplegen van het misdrijf: opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B en D van de Opiumwet gegeven verbod.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF EN/OF MAATREGEL

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 7 jaren, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht. Zij heeft tevens gevorderd de schorsing van de voorlopige hechtenis op te heffen.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit bij een eventuele strafoplegging rekening te houden met de omstandigheid dat het gebruik van XTC niet verslavend en niet gevaarlijk is en dat ook nauwelijks sprake is van maatschappelijke schade door het gebruik van XTC.
Verdachte heeft gewezen op zijn persoonlijke omstandigheden, onder meer inhoudende dat zijn vrouw lijdt aan de ziekte van Crohn en dat zij samen de zorg hebben over twee kinderen.
De raadsman heeft zich verzet tegen de vordering van de officier van justitie tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis en gevraagd die vordering af te wijzen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van een en ander ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
[verdachte] heeft zich schuldig gemaakt aan de handel in synthetische drugs in de vorm van pillen, houdende MDMA. Eind 2014 heeft hij samen met [D] een grote partij van 127.783 pillen besteld en afgenomen. [verdachte] en [D] hebben bovendien grondstof voor synthetische drugs geleverd aan [medeverdachte 1] en [B] . Door aldus te handelen hebben [verdachte] en [D] [medeverdachte 1] en [B] bewogen om pillen, houdende MDMA, te produceren.
Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat synthetische drugs een gevaar opleveren voor de gezondheid van de gebruikers ervan. Bovendien gaat de handel in en het gebruik van dergelijke verdovende middelen vaak gepaard met verschillende vormen van (ernstige) criminaliteit waarvan anderen overlast ondervinden en waardoor de samenleving schade wordt berokkend. De productie van synthetische drugs kan bovendien gevaar opleveren voor het milieu, veroorzaakt door illegale lozingen van chemische afvalstoffen. [verdachte] heeft een substantiële bijdrage geleverd aan deze handel en is daarbij slechts gericht geweest op eigen financieel gewin, zonder acht te slaan op de mogelijke negatieve gevolgen voor anderen.
De rechtbank is van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van lange duur.
Bij het bepalen van de strafmaat heeft de rechtbank gelet op de strafoplegging in soortgelijke gevallen van handel in (een grote hoeveelheid) synthetische drugs. Voorts is gelet op een uittreksel van het algemeen documentatieregister van de Justitiële Informatiedienst van 31 maart 2016, waaruit blijkt dat de laatste veroordeling van verdachte (ter zake van delicten als bedoeld in de Opiumwet) dateert van 2005 en op een reclasseringsadvies van 19 oktober 2015, uitgebracht door [E] , reclasseringswerker van Reclassering Nederland, RN Adviesunit 1 Zuid te Roermond.
Op grond van het hiervoor overwogene is de rechtbank van oordeel dat oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren passend en geboden is.
De schorsing van de voorlopige hechtenis van [verdachte] zal worden opgeheven. De rechtbank ziet daartoe aanleiding in de lange duur van de op te leggen onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Hierbij is overwogen dat de gronden van de voorlopige hechtenis nog onverkort aanwezig zijn. De van de zijde van de verdediging naar voren gebrachte persoonlijke omstandigheden van [verdachte] geven de rechtbank geen aanleiding anders te beslissen.

9.BESLAG

De officier van justitie heeft gevorderd een onder [verdachte] inbeslaggenomen geldbedrag van (in totaal) € 19.105,-- verbeurd te verklaren. Dit bedrag betreft het in de tenlastelegging onder feit 3. bedoelde geldbedrag.
Van de zijde van de verdediging is geen verweer gevoerd tegen de vordering tot verbeurdverklaring. Echter, zoals hiervoor is overwogen heeft de raadsman vrijspraak bepleit van het onder 3. ten laste gelegde feit.
De rechtbank zal de teruggave gelasten aan verdachte van het inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven geldbedrag van € 19.105,--, aangezien verdachte van het hem onder 3. ten laste gelegde zal worden vrijgesproken en het inbeslaggenomen geldbedrag, gelet op het bepaalde in artikel 33 van het Wetboek van Strafrecht, niet vatbaar is voor verbeurdverklaring.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 10, 27, 47, 57 en 91 van het Wetboek van Strafrecht en
  • 2, 10, 10a en 13 van de Opiumwet,
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder 3. ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 1. en 2. ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het onder 1. en 2. meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het onder 1. en 2. bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 4 jaren;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- heft op het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis;
Beslag
- gelast de teruggave aan verdachte van het inbeslaggenomen geldbedrag van € 19.105,--.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.E.M. Kranenbroek, voorzitter, mrs. K.G. van de Streek en H.J. Bos, rechters, in tegenwoordigheid van mr. F.R. Horst, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 14 juni 2016.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 4 mei 2015, genummerd PL2500-2014356264, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 4670 (mappen 1 tot en met 8, aangevuld met de 1ste en 2de aanvulling op het einddossier). Tenzij anders vermeld zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren
2.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina 3462
3.Proces-verbaal van verhoor verdachte, pagina 2702
4.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina 3463
5.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), pagina 3481
6.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), pagina 3480
7.Proces-verbaal van verhoor verdachte, pagina 2756
8.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), pagina 3480
9.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), pagina 3570
10.Proces-verbaal verhoor verdachte, pagina 2538
11.Proces-verbaal van inverzekeringstelling, pagina 2789
12.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina 3463
13.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina 3462
14.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), pagina 3499
15.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina 3463
16.Proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , pagina’s 3463 en 3464
17.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), o.m. pagina’s 3486 en 3492
18.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), o.m. pagina’s 3505 en 3519
19.Berichtenverkeer (bijlage bij proces-verbaal van bevindingen BlackBerry’s [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ), o.m. pagina’s 3496 en 3499
20.Proces-verbaal van aanhouding, pagina’s 2596 en 2597
21.Proces verbaal van bevindingen, pagina’s 429 en 430
22.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, pagina’s 444 tot en met 448
23.Proces-verbaal verhoor verdachte, pagina 1669
24.Berichtenverkeer BlackBerry [medeverdachte 1] , pagina 3577
25.Berichtenverkeer BlackBerry [medeverdachte 1] , pagina 3576
26.Berichtenverkeer BlackBerry [medeverdachte 1] , pagina 3576
27.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, pagina’s 448 tot en met 456
28.Rapport identificatie van drugs en precusoren, opgemaakt door NFI-deskundige ing. A.G.A. Sprong, pagina’s 461 tot en met 463
29.Rapport vergelijking van tabletten uit een Toyota personenauto met tabletten, stempels en poeders aangetroffen in een tabletteerinrichting op de [adres] , opgemaakt door NFI-deskundige dr. J.W. Hulshof, pagina 3789
30.Rapport vergelijking van tabletten uit een Toyota personenauto met tabletten, stempels en poeders aangetroffen in een tabletteerinrichting op de [adres] , opgemaakt door NFI-deskundige dr. J.W. Hulshof, pagina 3803
31.Rapport vergelijking van tabletten uit een Toyota personenauto met tabletten, stempels en poeders aangetroffen in een tabletteerinrichting op de [adres] , opgemaakt door NFI-deskundige dr. J.W. Hulshof, pagina 3790
32.Proces-verbaal bevindingen ondersteuning LFO, pagina 3656
33.Proces-verbaal bevindingen ondersteuning LFO, pagina 3671
34.Proces-verbaal bevindingen ondersteuning LFO, pagina 3671