Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding met 6 producties van 11 april 2015,
- de bij brief van 19 april 2016 ingediende producties A-G van Zilveren Kruis,
- de bij brief van 19 april 2016 ingediende aanvullende producties 7-9 van HVP,
- de mondelinge behandeling, gehouden op 22 april 2016, waarvan aantekening is gehouden door de griffier,
- de pleitnota van HVP,
- de pleitnota van Zilveren Kruis.
2.De feiten
Op 1 januari 2015 wordt de extramurale persoonlijke verzorging en verpleging overgeheveld van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Zorgverzekeringswet (Zvw). De transitie van verpleging en verzorging als aanspraak ‘wijkverpleging’ naar de Zvw is een omvangrijke operatie en vraagt om een zorgvuldig invoeringstraject. (…).
3.2 Zorginkoop middels representatie
De basis voor het volume is de goedgekeurde productie op de prestaties verpleging en verzorging van 1 januari 2015 tot 1 juli 2015, inclusief de bijzondere zorgvormen, gedeclareerd (…) bij Zilveren Kruis. Met deze basis stelt Zilveren Kruis vast welke trendontwikkeling heeft plaatsgevonden bij de zorgaanbieder in de productie en vertaalt dit naar een volume voor 2016. (…).
Naar aanleiding van de overeenkomst Wijkverpleging 2016 stuur ik u deze email.
Het budgetplafond 2016 is berekend op de goedgekeurde productie van 1 januari 2015 tot 1 juli 2015 (conform ons inkoopdocument wijkverpleging 2016).
Immers, zij[HVP, voorzieningenrechter]
heeft als gevolg van het onrechtmatig handelen van CZ – die mede namens u[Zilveren Kruis, voorzieningenrechter]
handelde – eerst in juni 2015 een (…) Overeenkomst Wijkverpleging 2015 verkregen. Hier komt bij dat CZ bovendien weigerde de zorgverzekeraars waarvoor zij als representant optrad, te informeren over de door haar met Stichting HVP gesloten (…) Overeenkomst Wijkverpleging. Gevolg hiervan was weer dat het voor Stichting HVP niet mogelijk was bij de diverse zorgverzekeraars te declareren hetgeen haar al slechte financiële situatie niet ten goede kwam. Pas nadat de voorzieningenrechter in zijn vonnis van 30 juni 2015 CZ daartoe heeft veroordeeld, heeft CZ de betreffende zorgverzekeraars geïnformeerd over de overeenkomst waarna Stichting HVP haar declaraties kon indienen. (…).
Menzis heeft de declaraties zoals deze door HVP zijn ingediend van de afgelopen 4 maanden (oktober-december 2015 en januari 2016) meegenomen om een nieuw budget 2016 te berekenen.”
3.Het geschil
- om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis aan HVP een budget (volume) van € 161.834,17 toe te kennen voor het verlenen van wijkverpleegkundige zorg voor het jaar 2016,
- in de proceskosten, waaronder de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de veertiende dag na de datum van dit vonnis.
4.De beoordeling
HVP stelt dat CZ als vertegenwoordiger van Zilveren Kruis is aan te merken. Zilveren Kruis heeft dat betwist.
De taak van CZ als representant vindt zijn grondslag in de overgangsregeling betreffende de overheveling van de wijkverpleegkundige zorg van de AWBZ naar de Zvw. Partijen zijn het er over eens dat de taak van CZ, zoals geciteerd in 2.7, betekende dat CZ de zorginkoop voor 2015 heeft vormgegeven aan de hand waarvan CZ zorgaanbieders heeft geselecteerd die voor een overeenkomst tot verlening van wijkverpleegkundige zorg in aanmerking werden gebracht, welke overeenkomsten vervolgens door de zorgverzekeraars zijn overgenomen in die zin dat de zorgverzekeraars de door CZ als representant geselecteerde zorgaanbieders hebben aanvaard. Dit betekent dus dat CZ zorgaanbieders selecteerde en de voorwaarden vaststelde voor de door de zorgverzekeraars met de zorgaanbieders te sluiten overeenkomsten. CZ verrichtte dus allerlei handelingen en maakte afspraken over voorwaarden en tarieven ter voorbereiding van de overeenkomsten van de zorgverzekeraars en de zorgaanbieders. De zorgverzekeraars waren aan die voorbereidende handelingen in die zin gebonden dat het hen niet vrijstond om met een zorgaanbieder te contracteren met wie CZ geen inkoopafspraak had gemaakt, en evenmin was het hen toegestaan met zorgaanbieders van de inkoopafspraak afwijkende afspraken te maken.
De voorzieningenrechter acht dat niet het geval. Met haar verweer ziet Zilveren Kruis over het hoofd dat het afgesproken budget over 2016 vanwege de aan Zilveren Kruis toe te rekenen fout van CZ, onjuist is vastgesteld. Indien de fout niet zou zijn gemaakt, dan zou VHP over de referentieperiode in 2015 een hogere omzet gegenereerd hebben en als gevolg daarvan zou haar voor 2016 een hoger budget ter beschikking zijn gesteld. In dit kader is tevens van belang dat HVP door de fout in 2015 in zwaar weer terecht gekomen is waarbij zij grote financiële, procedurele en administratieve problemen heeft ondervonden om haar onderneming staande te houden, de zorg te continueren en te declareren. Dat zij door die problemen tijdens de inkoopprocedure voor 2016 onvoldoende zicht had op de hoogte van een voor 2016 representatief budget, is minst genomen aannemelijk. Zij had immers een aanzienlijke inhaalslag te maken. Daarbij komt dat Zilveren Kruis niet heeft gesteld dat zij genegen zou zijn geweest om het budget voor 2016 op verzoek van HVP aan te passen of op een andere wijze te berekenen. Integendeel, uit haar stellingen lijkt eerder te volgen dat zij zich bevoegd achtte om haar inkoopbeleid voor 2016 naar eigen inzicht te bepalen, dat zij zich gehouden achtte om het budget voor dat jaar overeenkomstig dat kenbare en voor iedereen gelijkelijk geldende beleid vast te stellen en dat zij niet verantwoordelijk was voor het handelen van CZ.
816,00
5.De beslissing
- € 131,00 aan salaris advocaat, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van