Op 26 april 2016 heeft de meervoudige strafkamer van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 3 februari 2016 in Amersfoort een blik bier heeft gestolen uit een supermarkt. De verdachte, geboren in 1956 en verblijvende in het HvB Nieuwersluis, was niet aanwezig tijdens de zitting op 12 april 2016, maar werd vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. R. Dijkstra. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de argumenten van de verdediging. De tenlastelegging is als bijlage aan het vonnis gehecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie achtte het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen, terwijl de verdediging zich refereerde aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank heeft op basis van de bekennende verklaring van de verdachte en andere bewijsmiddelen, zoals het proces-verbaal van aangifte en het aangifteformulier, geoordeeld dat het feit bewezen was.
De rechtbank heeft de verdachte strafbaar verklaard en een ISD-maatregel opgelegd voor de duur van twee jaren. Dit besluit is genomen op basis van de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan en de persoon van de verdachte, die bekend is als veelpleger met een langdurige verslaving aan alcohol. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met eerdere veroordelingen van de verdachte en de hoge kans op recidive. De rechtbank heeft de vordering tot tenuitvoerlegging van eerdere voorwaardelijke veroordelingen afgewezen, omdat de ISD-maatregel als de enige reële mogelijkheid werd gezien om de verslavingsproblematiek van de verdachte aan te pakken.