Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Allianz Nederland Schadeverzekering,
Interpolis,
1.De procedure
- het verzoekschrift ex artikel 1019w Rv, ter griffie ingekomen op 10 juli 2015;
- het verweerschrift ex artikel 1019w Rv, ter griffie ingekomen op 30 december 2015;
- de brief van 30 december 2015 met aanvullende producties van [verzoeker] ;
- het faxbericht van 4 januari 2016 met één aanvullende productie van [verzoeker] ;
- de mondelinge behandeling op 5 januari 2016, waarvan aantekening is gehouden.
2.De feiten
3.Het deelgeschil
4.De beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat door het feit dat Allianz geen (nader) voorschot wil uitbetalen aan [verzoeker] , door zich op het standpunt te stellen dat het causaal verband tussen de door [verzoeker] gestelde klachten en beperkingen en de hem overkomen ongevallen niet aannemelijk is, de zaak is vastgelopen c.q. niet verder komt. In zoverre is de rechtbank van oordeel dat een dergelijk verschil van inzicht beschouwd moet worden als een impasse en dat in dit verband niet te zware eisen moeten worden gesteld aan de voorwaarde dat de verzochte beslissing een bijdrage kan leveren aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst.