ECLI:NL:RBMNE:2015:9905
Rechtbank Midden-Nederland
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Bestuurdersaansprakelijkheid en selectieve betaling in civiele procedure
In deze civiele procedure, die zich afspeelt voor de Rechtbank Midden-Nederland, is een tussenuitspraak gedaan op 22 april 2015 in een incident. De eisers, [eiser sub 1] en [eiseres sub 2], vertegenwoordigd door advocaat mr. M.J. Jeths, hebben in de hoofdzaak gevorderd dat de gedaagde, [gedaagde], als bestuurder en aandeelhouder van de ontbonden vennootschap [onderneming 1] B.V., persoonlijk aansprakelijk wordt gesteld voor veroordelingen uit een eerder verstekvonnis. De eisers hebben ook verzocht om veroordeling van de gedaagde tot betaling van kosten en nakosten, evenals de kosten van de procedure, inclusief conservatoire beslagkosten.
De gedaagde heeft verweer gevoerd en de eisers hebben gerepliceerd, waarbij een voorwaardelijke incidentele vordering is ingediend. Deze vordering houdt in dat de gedaagde verplicht moet worden om bepaalde financiële documenten over te leggen, waaronder verlies- en winstrekeningen van de ontbonden vennootschap en de eenmanszaak van de gedaagde. De gedaagde heeft echter betwist dat hij over deze documenten beschikt en heeft aangevoerd dat de eisers geen rechtmatig belang hebben bij het verkrijgen van deze stukken.
De rechtbank heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat de incidentele vordering pas kan worden beoordeeld als de hoofdzaak verder gevorderd is en er duidelijkheid is over de bewijslast van de eisers. De beslissing op de incidentele vordering is aangehouden tot de hoofdzaak verder behandeld kan worden. De zaak is vervolgens op de rol gezet voor 13 mei 2015 voor de conclusie van dupliek van de gedaagde.