Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
3 [gedaagde sub 3] ,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 8 juli 2015
- het proces-verbaal van comparitie van 30 oktober 2015.
2.De feiten
Bij (…)
wijziging van de aandeelhouders in een aandeelhouder-rechtspersoon door toetreden van andere natuurlijke of rechtspersonen als aandeelhouder dan zij die tot op dat moment aandeelhouder waren (…)
Degenen, die tot tekoopaanbieding van één of meer aandelen zijn gehouden, dienen binnen dertig dagen na het ontstaan van die verplichting (…) van hun aanbieding aan de directie kennis te geven. Bij gebreke daarvan zal de directie de tot aanbieding verplichte persoon mededeling doen van dit verzuim en hen daarbij wijzen op de bepalingen van de vorige zin.
(…)
De verplichting tot aanbieding van aandelen op grond van het bepaalde in dit artikel heeft tot gevolg, dat gedurende het bestaan van die verplichting de aan de aandelen verbonden rechten voor zover die aan de aandeelhouder toekomen niet kunnen worden uitgeoefend indien en voor zolang de aandeelhouder in verzuim is aan deze verplichting te voldoen.
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
toetredenvan een andere aandeelhouder. Dit houdt in de visie van [eiseres] in dat er een aandeelhouder bijkomt, wordt toegevoegd. Daarvan is echter geen sprake omdat alle aandelen zijn overgedragen aan [stichting] . Daarnaast kwalificeert de [stichting] volgens [eiseres] niet als een
anderenatuurlijke of rechtspersoon dan die op dat moment aandeelhouder was, omdat zeggenschap en eigendom van de aandelen feitelijk in handen van [A] als oorspronkelijk aandeelhouder zijn gebleven. Materieel gezien is er dus noch in de zeggenschap noch in de eigendom van [eiseres] een wijziging opgetreden. De bestaande aandeelhouder, [A] , heeft slechts een andere gedaante gekregen, de [stichting] , aldus [eiseres] .
toetreden.[eiseres] betoogt dat de aanbiedingsclausule alleen van toepassing is als er een aandeelhouder bijkomt, en niet als alle aandelen worden overgedragen. Deze uitleg strookt niet met de hiervoor weergeven bedoeling van partijen bij de bepaling. Het in zijn geheel overdragen van de aandelen aan een niet betrokken derde leidt immers ook tot een situatie waarin één van de oorspronkelijke aandeelhouders wordt geconfronteerd met een derde met wie hij gedwongen wordt om samen te werken.
anderenatuurlijke of rechtspersoon, omdat zeggenschap en eigendom van de aandelen feitelijk in handen van [A] als oorspronkelijk aandeelhouder zijn gebleven. Van belang daarbij is dat [A] en [gedaagde sub 3] destijds hebben willen voorkomen dat een van hen zonder toestemming van de ander daarbij een derde zou betrekken. Weliswaar doet die situatie zich op dit moment nog niet voor, maar de statuten van de [stichting] maken het wel mogelijk dat [A] in de toekomst zonder toestemming van [gedaagde sub 3] derden bij de samenwerking betrekt en zeggenschap verleent ten aanzien van [gedaagde sub 1] , hetzij door naast zichzelf twee andere bestuursleden te benoemen hetzij door zelf uit het bestuur terug te treden en het bestuur aan (een) derde(n) over te laten. Dit is nu juist die situatie die de aanbiedingsclausule beoogde te voorkomen.
.Hieruit volgt dat [eiseres] vanaf 30 dagen na 18 juli 2013 in verzuim was. Op grond van het bepaalde in artikel 15 lid 5 van de statuten kon zij vanaf dat moment haar rechten als aandeelhouder niet meer uitoefenen. Dit betekent dat zij op de vergadering van 30 maart 2015 haar stem niet rechtsgeldig heeft uitgebracht. Dit betekent dat ook de vorderingen 4. tot en met 8. en 11. moeten worden afgewezen.
904,00(2,0 punten × tarief € 452,00)
226,00(1,0 punt × factor 0,5 × tarief € 452,00)