ECLI:NL:RBMNE:2015:780
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens wederrechtelijke vrijheidsberoving en poging tot doodslag
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 februari 2015 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van wederrechtelijke vrijheidsberoving en poging tot doodslag. De feiten vonden plaats op 8 mei 2014 in Hilversum, waar de verdachte samen met anderen [slachtoffer 1] zou hebben ontvoerd. Tijdens de ontvoering zou er vanuit de auto op politieagenten zijn geschoten. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor de betrokkenheid van de verdachte bij de feiten. De rechtbank twijfelt aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van de aangever en concludeert dat er geen direct bewijs is dat de verdachte actief heeft bijgedragen aan de ontvoering of de poging tot doodslag. De rechtbank heeft de verdachte daarom vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten. Daarnaast zijn de benadeelde partijen, [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3], niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen tot schadevergoeding, aangezien de verdachte van de hem ten laste gelegde feiten is vrijgesproken. De uitspraak benadrukt het belang van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken en de rol van de rechtbank in het waarborgen van een eerlijk proces.