ECLI:NL:RBMNE:2015:6053

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
19 augustus 2015
Publicatiedatum
14 augustus 2015
Zaaknummer
C-16-310673 - HA ZA 11-1502
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenonderzoek naar de oorzaak van het omvallen van een torenkraan

In deze zaak, die voor de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, betreft het een deskundigenonderzoek naar de oorzaak van het omvallen van een torenkraan op 18 januari 2007. De rechtbank heeft op 19 augustus 2015 een vonnis gewezen waarin de betrokken partijen, BAM Materieel B.V., Transmate Recycling B.V. en Terex Cranes Germany GmbH, zijn genoemd. BAM heeft de rechtbank verzocht om terug te komen op een eerdere beslissing met betrekking tot het eigen schuld-verweer van Transmate. De rechtbank heeft dit verzoek afgewezen, omdat de procedures in conventie en reconventie afzonderlijk beoordeeld moeten worden. Terex heeft verzocht om betrokken te worden bij het deskundigenonderzoek, wat door de rechtbank is toegewezen, onder de voorwaarde dat Terex de extra kosten dekt.

De rechtbank heeft de deskundige, ir. A.M. Gresnigt, benoemd om de vragen te beantwoorden die betrekking hebben op de gebreken in het materiaal en het ontwerp van de fundamentankers. De rechtbank heeft ook de betrokkenheid van ir. G.M. van Uffelen als derde deskundige toegestaan om de invloed van windbelasting te beoordelen. De rechtbank heeft benadrukt dat de deskundige de mogelijkheid moet hebben om opmerkingen van de partijen te ontvangen en dat de partijen verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek.

De kosten van het deskundigenonderzoek zijn verdeeld tussen BAM en Transmate, terwijl Terex verantwoordelijk is voor de extra kosten die voortvloeien uit haar betrokkenheid. De rechtbank heeft de deskundige opgedragen om binnen drie maanden een schriftelijk rapport in te dienen, waarin ook de mogelijkheid voor partijen om opmerkingen te maken wordt opgenomen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/310673 / HA ZA 11-1502
Vonnis in hoofdzaak van 19 augustus 2015
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BAM MATERIEEL B.V.,
gevestigd te Lelystad,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. J.O. Berlage te Utrecht,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TRANSMATE RECYCLING B.V.,
gevestigd te Veghel,
gedaagde in conventie,
advocaat mr. G.C. Endedijk te Amsterdam,
2. de vennootschap naar Duits recht
TEREX CRANES GERMANY GMBH
voorheen genaamd Terex Demag GmbH,
gevestigd te Zweibrücken, Duitsland,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. M.C. Franken-Schoemaker te Houten.
Partijen zullen hierna BAM, Transmate en Terex genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 9 juli 2014
  • de akte van Terex van 1 oktober 2014
  • de akte uitlating deskundigenonderzoek van BAM van 1 april 2015
  • de akte van Transmate van 29 april 2015
  • de antwoordakte van Terex van 29 april 2015.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

2.1.
De rechtbank bouwt voort op het tussenvonnis van 9 juli 2014. In dit vonnis heeft de rechtbank de hierna te noemen partijen in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over:
- de juistheid van de gestelde naamswijziging van Terex (door Terex, en niet door Transmate, zoals abusievelijk in het tussenvonnis staat)
- de aanvulling van de grondslag door BAM met het nieuwe verwijt dat het ontwerp van de fundamentankers niet voldeed aan de daarvoor geldende eisen (door Transmate)
- het voornemen van de rechtbank om een deskundigenbericht te gelasten (door BAM en Transmate).
Verzoek terugkomen van beslissing in tussenvonnis
2.2.
De rechtbank begrijpt dat BAM de rechtbank verzoekt om terug te komen van haar beslissing in r.o. 4.55 van het tussenvonnis van 9 juli 2014 om de beslissing op het eigen schuld-verweer van Transmate aan te houden totdat het causaal verband tussen het gestelde gebrek in de fundamentankers en het omvallen van de kraan vaststaat. Volgens BAM heeft de rechtbank in de overige overwegingen van het vonnis al vastgesteld dat de schade geen gevolg is van een omstandigheid die aan BAM is toe te rekenen en had de rechtbank dus het eigen schuld-verweer moeten verwerpen.
2.3.
De rechtbank volgt BAM hierin niet. De omstandigheid dat bij de beoordeling in reconventie al op enkele verwijten aan het adres van BAM is beslist, betekent niet dat de rechtbank in conventie ook op dezelfde wijze moet beslissen. Het betreffen separate procedures met separate stellingen die niet op dezelfde wijze en ook niet op hetzelfde moment moeten worden afgedaan. Bovendien kan niet bij voorbaat worden uitgesloten dat het deskundigenbericht dat in conventie wordt voorgenomen, invloed heeft op de beslissing over het eigen schuld-verweer.
Naamswijziging Terex
2.4.
Terex heeft bij haar akte van 1 oktober 2014 een kopie overgelegd van een uittreksel uit het Handelsregister van het Amtsgericht Zweibrücken (productie 15). Hieruit blijkt dat de naam van Terex inderdaad is gewijzigd van Terex Demag GmbH naar Terex Cranes Germany GmbH. Gelet hierop zal Terex worden toegestaan om haar naam in deze procedure in die zin te wijzigen. Een en ander is al in de kop van dit vonnis tot uitdrukking gebracht.
Deskundigenbericht
2.5.
Terex heeft in voormelde akte tevens verzocht om bij de totstandkoming van het deskundigenbericht te worden betrokken. BAM heeft hiertegen bezwaar gemaakt in haar akte van 1 april 2015. Terex heeft op dit bezwaar gereageerd in haar antwoordakte van 29 april 2015. Transmate heeft geen bezwaar tegen het verzoek van Terex.
2.6.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft Terex er voldoende belang bij om invloed uit te kunnen oefenen op het in deze procedure voorgenomen deskundigenonderzoek. Ten aanzien van Terex is weliswaar al in deze procedure een eindbeslissing genomen, zodat een eventueel deskundigenbericht haar formeel niet raakt, maar niet uit te sluiten is dat die beslissing in hoger beroep anders kan uitvallen. In een dergelijk geval is het mogelijk dat het deskundigenbericht wel weer een rol van betekenis gaat spelen in het geschil tussen BAM en Terex. Bovendien is tussen Transmate en Terex een vrijwaringsprocedure aanhangig bij deze rechtbank (zaaknr./rolnr. 324565/HA ZA 12-785) waarin het deskundigenbericht eveneens een rol zou kunnen spelen. Indien Terex niet bij de totstandkoming van het deskundigenbericht zou worden betrokken, is zij daaraan niet gebonden, en zal mogelijk in een eventueel hoger beroep van deze hoofdzaak of in de vrijwaringsprocedure een nieuw deskundigenbericht moeten worden gelast, met extra kosten tot gevolg.
2.7.
Tegen dit belang van Terex wegen de door BAM aangevoerde belangen niet op. De totstandkoming van een deskundigenbericht vergt in zijn algemeenheid veel tijd, zodat het betrekken van Terex daarbij naar verwachting niet tot extra vertraging zal leiden. Terex zal - nu ten aanzien van haar al een eindbeslissing is genomen - ook niet bij conclusie na deskundigenbericht op het deskundigenonderzoek mogen reageren, zodat ook in zoverre geen sprake zal zijn van vertraging van deze procedure. Wel is de verwachting gerechtvaardigd dat de kosten van het deskundigenbericht hoger zullen zijn, omdat de deskundige ook in zal moeten gaan op vragen en opmerkingen die Terex naar voren brengt. Deze extra kosten mogen niet ten laste komen van BAM en Transmate, nu deze niet ten aanzien van hun geschil worden gemaakt. De kosten kunnen in deze procedure evenwel formeel evenmin ten laste van Terex worden gebracht, omdat ten aanzien van haar al een eindbeslissing is genomen en het deskundigenbericht niet wordt gelast in het geschil tussen BAM en Terex. Dit probleem kan worden opgelost door:
- aan toewijzing van het onderhavige verzoek van Terex de voorwaarde te verbinden dat Terex het door de deskundige te bepalen voorschot en de definitieve factuur voldoet; Terex dient dan binnen 1 week na dit vonnis aan de rechtbank, de deskundige en de overige partijen kenbaar te maken of zij aan deze voorwaarde zal voldoen;
- de deskundige te verzoeken een aparte begroting van de extra kosten te maken die voortvloeien uit de betrokkenheid van Terex bij het deskundigenonderzoek, deze kosten apart bij te houden en daarvoor een aparte factuur te zenden.
De rechtbank zal het verzoek dan ook in die zin toewijzen.
Wenselijkheid deskundigenbericht
2.8.
BAM geeft in haar akte aan dat zij een deskundigenonderzoek onnodig vindt, omdat er al drie rapporten van onafhankelijke deskundigen liggen en TNO rekenschap heeft gegeven van het door Terex uitgebrachte rapport.
2.9.
De rechtbank heeft in r.o. 4.49 van het tussenvonnis de redenen genoemd waarom de reeds uitgebrachte rapporten niet voldoende waren om een definitief oordeel te geven over de oorzaak van het omvallen van de kraan. BAM heeft geen nieuwe argumenten aangedragen op dit punt, zodat de rechtbank blijft bij dit oordeel.
2.10.
Transmate heeft geen bezwaar gemaakt tegen het houden van een deskundigenonderzoek, zodat de rechtbank een dergelijk onderzoek zal gelasten.
Aantal en specialisatie
2.11.
BAM kan zich vinden in de benoeming van 1 deskundige op het gebied van bouwtechniek, waaronder TNO.
2.12.
Volgens Transmate en Terex zou een deskundige moeten worden benoemd met specifieke kennis en ervaring op het gebied van dynamische belasting van staalconstructies, ondersteund door een deskundige op het gebied van windbelasting. Zij hebben daarvoor enkele personen voorgedragen. Zij hebben bezwaar tegen benoeming van TNO, aangezien deze organisatie al bij de kwestie betrokken is geweest en niet meer onafhankelijk is.
2.13.
De rechtbank kan zich vinden in het standpunt van Transmate en Terex ten aanzien van de vereiste kennis en ervaring van de te benoemen deskundige. Nu TNO reeds een standpunt ten aanzien van de oorzaak van het omvallen van de kraan heeft ingenomen in haar rapport en latere advisering over deze kwestie, ligt het niet voor de hand om - nu niet alle partijen daarmee instemmen - TNO als onafhankelijke deskundige te benoemen.
2.14.
De rechtbank zal ir. A.M. Gresnigt als deskundige benoemen. Hij heeft zich bereid verklaard dit onderzoek te verrichten. De deskundige zal ir. G.M. van Uffelen, een deskundige op het gebied van windbelasting, als derde mogen inschakelen voor het beoordelen van de invloed van windbelasting op de fundamentankers van de kraan. Anders dan Transmate wenst, wordt laatstgenoemde dus niet als tweede deskundige benoemd, maar als in te schakelen derde aangemerkt.
Vragen
2.15.
BAM kan zich vinden in de door de rechtbank voorgestelde vragen. Transmate en Terex stellen voor de vragen aanzienlijk uit te breiden. De rechtbank volgt hen daarin niet. De door hen voorgestelde vragen zien op allerlei mogelijke oorzaken van en omstandigheden die mogelijk bijgedragen hebben aan het omvallen van de kraan, terwijl het in deze in de kern alleen gaat om de vraag of de fundamentankers de oorzaak zijn geweest van het omvallen van de kraan. Het is aan de deskundige om de invloed van andere factoren vast te stellen. Wel zal de rechtbank in de vraagstelling benadrukken dat de deskundige - indien hij tot meerdere oorzaken komt - dient vast te stellen wat de doorslaggevende is geweest.
2.16.
De rechtbank begrijpt dat Transmate zich op het standpunt stelt dat het ontwerp van de fundamentankers geen onderdeel uit zou moeten maken van deze procedure en dus ook niet van de aan de deskundige te stellen vragen, omdat dit verwijt door BAM onvoldoende is onderbouwd en niet kan leiden tot aansprakelijkheid van Transmate op de voet van artikel 7:17 BW, omdat zij op geen enkele wijze bij dit ontwerp betrokken is geweest en BAM wist welk ontwerp de bestelde fundamentankers zouden hebben.
2.17.
Naar het oordeel van de rechtbank is het verwijt van BAM terzake van het ontwerp van de fundamentankers voldoende onderbouwd om bij de beoordeling van de onderhavige zaak te betrekken. In haar e-mail van 10 juni 2014 (waarvan de inhoud door BAM is opgenomen in haar akte overlegging producties tevens akte uitlating van 18 juni 2014) verwijst BAM naar de conclusies van TNO op pagina 12 van haar rapport. Daar staat: “het ontwerp van de smeedkop voldoet niet aan NEN 2019 omdat het aanleiding is tot een zeer ongelijkmatige spanningsverdeling waarbij in gebruiksstadium de vloeispanning nabij het lijf en mogelijk ook de breukspanning wordt overschreden.” Transmate mag vinden dat deze conclusies door TNO onvoldoende zijn gefundeerd, maar dat betekent niet dat het verwijt dat BAM terzake het ontwerp van de fundamentankers maakt, onvoldoende duidelijk is.
2.18.
Anders dan Transmate kennelijk meent, is voor aansprakelijkheid ex artikel 7:17 BW niet vereist dat de verkoper betrokken is geweest bij het vervaardigen van het verkochte product. Voldoende is dat de koper een product geleverd krijgt dat niet de eigenschappen bezit die voor normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen. Dat BAM als koper wist hoe het ontwerp van de fundamentankers eruit zag, betekent nog niet dat zij twijfel moest hebben aan de deugdelijkheid daarvan.
2.19.
Het verwijt terzake van het ontwerp van de fundamentankers zal derhalve wel onderdeel uitmaken van het deskundigenonderzoek.
2.20.
Aan de deskundige zullen derhalve de hierna te vermelden vragen worden voorgelegd:
Is de oorzaak van het omvallen van de torenkraan op 18 januari 2007 gelegen in gebreken in het materiaal (norm NEN-EN 10025-2) en/of het ontwerp van de fundamentankers van de betreffende kraan?
Kunt u bij de beantwoording van vraag 1 ingaan op de inhoud van de door partijen overgelegde rapporten van [bedrijf] , de Arbeidsinspectie, TNO en Terex?
Indien u bij de beantwoording van vraag 1 tot de conclusie komt dat gebreken in de fundamentankers één van de oorzaken is geweest: zijn deze gebreken dan doorslaggevend geweest voor het omvallen van de kraan (oftewel: zou de kraan zonder de gebreken niet zijn omgevallen)?
Heeft u nog overige opmerkingen die voor de beoordeling van de zaak van belang zouden kunnen zijn?
Kosten
2.21.
BAM kan zich vinden in het voorlopige oordeel van de rechtbank dat de kosten ten laste van Transmate moeten komen. Transmate verzet zich daartegen. Volgens haar heeft de rechtbank de omkeringsregel onjuist toegepast, zodat de bewijslast en daarmee de verplichting tot het betalen van het voorschot ten onrechte op haar is gelegd.
2.22.
Uit de door Transmate bij akte van 29 april 2015 overgelegde productie, het normblad NEN-EN 10025-2 waarin onder meer de normen zijn beschreven waaraan het materiaal van fundamentankers zou moeten voldoen, blijkt niet duidelijk ter bescherming van welk belang die normen zijn opgesteld, terwijl het wel voor de hand ligt dat dit is gebeurt ter bescherming van de gevolgen van het falen van het materiaal voor afnemers. Nu BAM zich nog niet over deze kwestie heeft kunnen uitlaten, kan de rechtbank nog geen definitief oordeel geven over de toepassing van de omkeringsregel in dit geval. Gelet op die onzekerheid zal de rechtbank bepalen dat BAM en Transmate ieder de helft van het voorschot van de deskundige moeten betalen. De rechtbank zal de beslissing over het voorschot ambtshalve uitvoerbaar bij voorraad verklaren. In hun conclusies na deskundigenbericht zullen BAM en Transmate nog nader in kunnen gaan op de toepassing van de omkeringsregel.
Overige beslissingen
2.23.
De rechtbank wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Voldoet een partij niet aan een van deze verplichtingen, dan kan de rechtbank in het nadeel van die partij beslissen.
2.24.
Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.
2.25.
Twee van de drie rechters, ten overstaan van wie het pleidooi is gehouden, hebben dit vonnis niet mede kunnen wijzen om organisatorische redenen.

3.De beslissing

De rechtbank
het deskundigenonderzoek
3.1.
beveelt een deskundigenonderzoek naar de in nummer 2.20 van dit vonnis geformuleerde vragen,
3.2.
benoemt tot deskundige ter beantwoording van deze vragen:
Ir. A.M. Gresnigt
Adviesbureau Ir. A.M. Gresnigt
[adres]
[postcode] [vestigingsplaats]
tel: [telefoonnummer] en [telefoonnummer]
fax: [faxnummer]
e-mailadres: [e-mailadres] ,
3.3.
bepaalt dat de deskundige de volgende persoon als derde mag inschakelen voor het bepalen van de invloed van windbelasting op de fundamentankers:
Ir. G.M. van Uffelen
Peutz B.V.
[adres]
[postcode] [vestigingsplaats]
correspondentie: [postbus] , [postcode] , [vestigingsplaats]
tel: [telefoonnummer]
fax: [faxnummer]
e-mailadres: [e-mailadres]
3.4.
verzoekt de deskundige om - indien hij een andere derde dan onder 3.3 vermeld wil inschakelen - contact op te nemen met de griffie,
de kosten
3.5.
bepaalt met het oog op de vaststelling van het voorschot terzake van de kosten van de deskundige het volgende:
- de deskundige dient
binnen drie wekenna de datum van dit vonnis een begroting van zijn kosten op te geven aan de rechtbank, gespecificeerd naar het aantal uren, het uurtarief en de overige kosten, en rekening houdend met de eventuele inzet van de onder 3.3 bedoelde derde;
- de griffie zal bedoelde opgave toezenden aan partijen;
- BAM en Transmate kunnen
binnen twee wekendaarna bij de rechtbank schriftelijk bezwaar maken tegen de begroting;
- indien niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt het voorschot terzake van de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige te begroten bedrag;
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke beslissing;
3.6.
bepaalt dat BAM en Transmate ieder de helft van het bedrag van het voorschot ter griffie moet deponeren
binnen twee wekennadat zij een daartoe strekkend betalingsverzoek van de griffie hebben ontvangen,
3.7.
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
3.8.
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
3.9.
wijst de deskundige erop dat hij het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffie, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
Extra kosten betrokkenheid Terex
3.10.
bepaalt dat Terex - indien zij bij het deskundigenonderzoek wil worden betrokken -binnen 1 weekaan de rechtbank, de deskundige en de overige partijen kenbaar moet maken dat zij het voorschot voor de extra kosten rechtstreeks aan de deskundige zal voldoen, en ook de definitieve factuur rechtstreeks aan de deskundige zal betalen,
3.11.
bepaalt dat de deskundige, indien Terex tijdig aan het onder 3.9 bepaalde voldoet:
-
binnen 3 weken na hedeneen aparte begroting moet maken voor de extra kosten die hij verwacht te maken door de betrokkenheid van Terex bij het deskundigenonderzoek, en deze aan Terex moet toezenden,
-
tijdens zijn onderzoekde kosten apart moet bijhouden die hij ten aanzien van Terex maakt,
-
na voltooiing van het definitieve deskundigenbericht: een definitieve factuur voor deze kosten aan Terex moet sturen,
de werkwijze van de deskundige
3.12.
draagt de deskundige op een schriftelijk en met redenen omkleed rapport met een duidelijke conclusie, en een gespecificeerde einddeclaratie in te leveren ter griffie,
3.13.
bepaalt de termijn waarbinnen het schriftelijke, ondertekende rapport ter griffie moet worden ingeleverd op
drie maandenna de datum van dit vonnis, met dien verstande dat de deskundige niet met het onderzoek hoeft te beginnen voordat hij van de griffie bericht heeft ontvangen dat het voorschot door BAM en Transmate is gedeponeerd, en - indien van toepassing - hij het voorschot van Terex heeft ontvangen,
3.14.
bepaalt dat BAM en Transmate (en indien van toepassing: ook Terex) nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige dienen te verstrekken indien deze daarom verzoekt, de deskundige toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen, en de deskundige ook voor het overige medewerking moeten verlenen aan het onderzoek,
3.15.
schrijft de deskundige voor dat hij bij het onderzoek BAM en Transmate (en indien van toepassing: ook Terex) in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen,
3.16.
bepaalt dat de deskundige een concept van het rapport aan BAM en Transmate (en indien van toepassing: ook Terex) zal toezenden en hen in de gelegenheid zal stellen om
binnen een termijn van vier wekennadien opmerkingen over het concept te maken,
3.17.
bepaalt dat uit het rapport van de deskundige moet blijken of gelegenheid is geboden om opmerkingen te maken (tijdens het onderzoek en op het concept- rapport), terwijl in het rapport tevens melding dient te worden gemaakt van de inhoud van zodanige opmerkingen, en verzoekt de deskundige om in het rapport te reageren op de opmerkingen van partijen,
3.18.
verzoekt de deskundige om de landelijke Leidraad deskundigen op www.rechtspraak.nl te raadplegen,
de overige beslissingen
3.19.
draagt de griffier op een afschrift van dit vonnis toe te zenden aan de deskundige,
3.20.
bepaalt dat de verdere processtukken
binnen één weekna de datum van dit vonnis aan de deskundige dienen te worden toegezonden door BAM,
3.21.
draagt de griffier op om na inlevering van het schriftelijke rapport door de deskundige de zaak op een termijn van 4 weken weer op de rol te plaatsen voor het nemen van een conclusie na deskundigenrapport aan de zijde van BAM en om partijen daarvan bericht te doen,
3.22.
bepaalt dat nadien alleen Transmate (
en NIET Terex) een conclusie na deskundigenbericht zal mogen nemen,
3.23.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Gaertman, mr. J.K.J. van den Boom en mr. L.M.G. de Weerd, bijgestaan door mr. W.A. Visser als griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 augustus 2015. [1]

Voetnoten

1.type: WV/4208