AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Veroordeling voor bedreiging, wapenbezit en drugshandel
Op 9 juli 2015 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 25 maart 2015 zijn partner heeft bedreigd en in het bezit was van vuurwapens en drugs. De verdachte, geboren in 1985 en thans gedetineerd, heeft zich laten bijstaan door zijn advocaat, mr. W.J. Ausma. Tijdens de zitting op 25 juni 2015 heeft de rechtbank kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de verdediging. De tenlastelegging omvatte bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, bezit van vuurwapens en munitie, en bezit van cocaïne en MDMA. De rechtbank oordeelde dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging. De verdachte heeft de feiten 2 tot en met 4 bekend, en de rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen op basis van de beschikbare bewijsmiddelen, waaronder verklaringen van de aangeefster en de verdachte zelf. De rechtbank concludeerde dat de verdachte enigszins verminderd toerekeningsvatbaar was, gezien zijn psychologische toestand, en legde een gevangenisstraf op van 9 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden, waaronder ambulante behandeling en urinecontroles. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot schadevergoeding aan de benadeelde partij, die schade had geleden door de bedreiging.
Voetnoten
1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier met nummer 2015093391 (onderzoek 031Spar) bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , d.d. 26 maart 2015, p. 35.
3.Het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , d.d. 26 maart 2015, p. 37.
4.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 26 maart 2015, p. 40.
5.De verklaring van verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van 25 juni 2015.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 26 maart 2015, p. 42-43.
7.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 7 mei 2015, p. 246- 248.
8.De verklaring van verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van 25 juni 2015.
9.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 26 maart 2015, p. 42-43.
10.Het proces-verbaal van onderzoek verdovende middelen, d.d. 1 april 2015, p. 89-93.
11.Het NFI rapport van 1 juni 2015 (afzonderlijk ingekomen).
12.De verklaring van verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van 25 juni 2015.