Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de verandering van eis met daarbij gevoegd productie 20 van [eiseres] ,
- de aanvullende producties 5 tot en met 9 van Emmaus Parkwijk,
2.De feiten
alle groepen die bij Emmaus Internationaal zijn aangesloten of zich willen aansluiten.
Dit manifest betreft een op de Nederlandse situatie toegespitste “moderne” vertaling van
het Universeel Emmaus Manifest. In dit Nederlands Emmaus Manifest is, onder meer, het volgende vermeld:
andere organisaties die op hun manier werken aan bovengenoemde uitgangspunten.
wil werken de doelstellingen in de praktijk te brengen.”.
Het betreft een woonwerkgemeenschap met kringloopwinkel. Emmaus Parkweg heeft een ideële doelstelling. Zij beschikt over een zogenoemde ANBI-status.
Nederlands Emmaus Manifest.
24 juni 2014 definitief verlaten.
Contract voor deelname aan woon-werkgemeenschap Emmaus Parkwijk
• Emmaus Parkwijk het leven in haar woon-werkgemeenschap vorm wil geven volgens de
idealen cq. visie van de Emmausbeweging: samen wonen, werken en delen;
• Emmaus Parkwijk gevormd wordt door enerzijds mensen die uit sociale betrokkenheid zich
aan de woon-werkgemeenschap hebben verbonden en anderzijds door mensen die uit een
probleemsituatie afkomstig zijn;
• vermelde visie verder concreet inhoudt, dat Emmaus Parkwijk opvang biedt aan
laatstgenoemden binnen een vaste woon- en werkstructuur, waardoor zij de gelegenheid
krijgen hun eigen zaken op een rij te zetten;
• Emmaus Parkwijk naar een platte organisatie structuur streeft, waarin beslissingen zo veel
mogelijk gezamenlijk genomen worden;
• het motto daarbij is: “Kom ons helpen anderen te helpen, en misschien ben je daarmee zelf
geholpen”;
• het samen delen verder gaat dan binnen de woon-werkgemeenschap delen van zaken,
persoonlijk geluk en verdriet, maar er ook uit bestaat, dat Emmaus Parkwijk uit de
kleinschalige projecten in binnen- en buitenland financieel en/of materieel ondersteunt;
• het financieel ondersteunen van die projecten alleen mogelijk is doordat bewoners die bij
Emmaus Parkwijk wonen en werken bewust van een eigen salaris afzien;
(…)
het volgende overeen:
1.Verblijven in de woon-werkgemeenschapHet groepslid zal met ingang van 1 oktober 2008 tot en met 31 maart 2009 in dewoon-werkgemeenschap van Emmaus Parkwijk verblijven, met de mogelijkheid en intentie tot verlenging. (…).
2.Instemmen met visie, gewoonten en gebruikenDoor ondertekening van deze overeenkomst stemt het groepslid in met de visie, gewoonten en gebruiken van de Emmausbeweging in het algemeen en met die van Emmaus Parkwijk in het bijzonder, zoals hierboven bij “In overweging nemende dat:” bedoeld.
3.Rechten en verplichtingen3.1 Het groepslid heeft gedurende de periode dat hij bij Emmaus Parkwijk verblijft, recht opde volgende door de stichting te leveren verstrekkingen:- gratis kost en inwoning;- kleding, meubels en andere spullen voor eigen gebruik, uit voorraad van dewoon-werkgemeenschap,- zakgeld (52 x per jaar) à Euro 37,50 per week;- spaargeld van Euro 30,- per maand, dat ter beschikking van het groepslid komt bij vertrek;- vergoeding van de reiskosten voor maandelijks familiebezoek;- vakantiegeld zijnde, Euro 50,- per maand en 25 vakantiedagen;- verzekeringen (aansprakelijkheids-, ongevallen en ziektekostenverzekering) en- vergoeding van kosten van noodzakelijke medische voorzieningen, die niet onderziektekostenverzekering zijn begrepen.
- zich te houden aan de (huis)regels van de woon-werkgemeenschap. (…)
- een bijdrage te leveren aan het samen wonen, door deel te nemen aan sociale gezamenlijke
activiteiten en
- mee te doen aan alle voorkomende werkzaamheden in en rondom het woonhuis en het
inzamelen en verkopen van herbruikbare goederen.
4.Beëindiging overeenkomstDeze verblijfovereenkomst eindigt:a. (…)
behoren.
(…).”
heeft een WIA-uitkering aangevraagd.
Emmaus Parkwijk heeft daarnaast ook een jaaropgaaf over 2008, 2009, 2010, 2011, 2012 en 2013 aan [eiseres] verstrekt.
3.De vordering
- samengevat - voor recht wordt verklaard dat:
a. Emmaus Parkwijk ten onrechte geld heeft ingehouden voor kost en inwoning,
b. Emmaus Parkwijk aan [eiseres] een volledig loon is verschuldigd,
c. het loon dat Emmaus Parkwijk aan [eiseres] is verschuldigd:
primair:- moet worden berekend op basis van een werkweek van zestig uur en moet worden
gebaseerd op het loon zoals vermeld in de Cao Welzijn, althans op
een bedrag van € 135.575,81 bruto zonder toepassing van deze Cao, althans op een bedrag
dat de kantonrechter geraden voorkomt,
op het loon zoals vermeld in de Cao Welzijn, althans op een bedrag van € 59.678,77 bruto
zonder toepassing van deze Cao, althans op een bedrag dat de kantonrechter geraden
voorkomt,
d. Emmaus aan [eiseres] specificaties (loonstroken) moet verstrekken, dit met inachtneming
van de in deze zaak te wijzen vonnis genoemde verplichtingen (met betrekking tot de
omvang van het loon),
e. Emmaus de wettelijke rente over het achterstallig loon aan [eiseres] moet betalen,
f. Emmaus de wettelijke verhoging (vertragingsrente) over het achterstallig loon aan [eiseres]
is verschuldigd,
g) Emmaus verplicht is om de buitengerechtelijke kosten, begroot op € 2.360,-- exclusief
BTW aan [eiseres] te betalen.
Daarnaast vordert [eiseres] dat Emmaus wordt veroordeeld tot betaling van de proces- en nakosten te vermeerderen met wettelijke rente.
4.De beoordeling
7:610 Burgerlijk Wetboek (BW) tussen partijen heeft bestaan en dat Emmaus Parkwijk in de periode dat deze arbeidsovereenkomst heeft bestaan te weinig loon, namelijk minder dan het volgens de CAO Welzijn geldende loon, althans het wettelijk minimumloon, heeft betaald.
Emmaus Parkwijk voert daartegen als verweer dat tussen partijen geen arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 BW heeft bestaan, en dat de overeenkomst die tussen hen heeft bestaan een overeenkomst sui generis betreft.
De kantonrechter overweegt hierover het volgende.
Wil in deze zaak kunnen worden geconcludeerd dat sprake is van een arbeidsovereenkomst dan dient dus sprake te zijn geweest van:
a) een verplichting tot persoonlijke arbeidsverrichting door [eiseres] ,
b) een gezagsverhouding tussen Emmaus Parkwijk en [eiseres] , en
c) een verplichting tot betaling van loon door Emmaus Parkwijk.
Volgens vaste rechtspraak zal aan de hand van alle omstandigheden van het geval,
in onderling verband bezien, moeten worden beoordeeld of daarvan sprake is geweest.
Daarbij moet worden gekeken zowel naar de rechten en verplichtingen die partijen bij het sluiten van de overeenkomst voor ogen stonden, alsook naar de wijze waarop partijen uitvoering en inhoud hebben gegeven aan hun overeenkomst (zie bijvoorbeeld de uitspraken van de Hoge Raad inzake [naam] / [naam] , NJ 1998/149, [naam] / [naam] , NJ 2007/446, Thuiszorg/PGGM, NJ 2007/449 en Gouden Kooi, LJN:BP3887).
Bedoeling van partijen bij het sluiten van de overeenkomst4.4. Er zijn de kantonrechter geen aanknopingspunten gebleken die erop wijzen dat [eiseres] en Emmaus Parkwijk bij het sluiten van deze overeenkomst in 2008 de bedoeling hadden om een arbeidsovereenkomst met elkaar aan te gaan.
De tussen partijen gesloten overeenkomst wordt dan ook vooral gekleurd door de idealen en visie van de Emmausbeweging en die van Emmaus Parkwijk in het bijzonder, en niet zo zeer door de wens om een arbeidsovereenkomst met elkaar aan te gaan.
Een geruisloze overgang kan zich voordoen wanneer sprake is van een wisseling van een werkgever, maar van die situatie is in dit geval geen sprake geweest.
Verder is bij [eiseres] de overtuiging gegroeid dat de beloning die zij in de vorm van kost en inwoning en zakgeld voor haar werkzaamheden als kerngroepslid ontving veel te laag was en niet in verhouding stond met de taken en verantwoordelijkheden die zij als kerngroepslid had en de zware emotionele belasting die zij heeft ervaren. Ook bood de beloning volgens haar geen perspectief op een onafhankelijk (financiële) toekomst “van de straat” in plaats van
“op de straat”. Deze omstandigheden maken echter nog niet dat de overeenkomst die partijen in 2008 met elkaar zijn aangegaan als arbeidsovereenkomst moet worden gekwalificeerd.
4.13. De vorderingen zoals weergegeven in 3.1. onder b tot en met f zullen gezien het voorgaande worden afgewezen.
Dat dit het geval is geweest volgt volgens haar uit de door haar als productie 5 overgelegde loonstrookjes.
Emmaus Parkwijk betwist dat dit het geval is geweest.
De enkele omstandigheid dat over het loon in natura belasting is geheven, betekent nog niet dat de kost en inwoning niet gratis is geweest.
Emmaus Parkwijk worden veroordeeld. Deze kosten worden begroot op € 1.400,00
(2 punten x tarief ad € 700,00) voor salaris gemachtigde.