2.3Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank gaat bij de beoordeling van de vordering uit van het in het vonnis bewezen verklaarde strafbare feit, te weten -kort gezegd- het telen van hennep in de periode van 27 december 2013 tot en met 3 januari 2014.Op basis van de volgende feiten en omstandigheden acht de rechtbank het aannemelijk dat veroordeelde zich in de periode vóór 27 december 2013 ook schuldig heeft gemaakt aan hennepteelt.
Op 3 januari 2014 wordt in de woning aan de [adres] te [woonplaats] een hennepkwekerij aangetroffen. Op de eerste verdieping bevinden zich twee kamers met een in werking zijnde hennepkwekerij.In totaal worden er 153 hennepplanten geteld.
Bij een ingesteld onderzoek naar eerdere oogsten is het volgende aangetroffen:
- hennepafval in een twintigtal vuilniszakken;
- vervuiling van het filterdoek van de in de hennepkwekerij aangetroffen koolstoffilters;
- droogrekken met resten van hennepplanten;
- knipscharen met hennepresten;
- ( vuilnis)zakken met daarin potgrond, samengeperste potgrond met dezelfde vorm en inhoud als de aangetroffen lege potten in de kwekerij en gebruikte stekblokjes met wortelresten;
- potten met potgrond, waarin zich wortelresten bevonden van hennepplanten;
- cannacutter met hennepresten.
Op 3 januari 2014 is door de politie een buurtonderzoek ingesteld. De bewoners van [adres] verklaren dat zij in de week voor kerst ’s nachts een heel sterke hennepgeur hebben geroken in de centrale hal. De bewoner herkende de geur als verse hennep.
Periode
De rechtbank acht de verklaring van veroordeelde, dat er geen succesvolle oogst is geweest, niet aannemelijk. Het feit dat er sprake is van vervuilde materialen, zou volgens de veroordeelde kunnen worden verklaard door het feit dat hij deze materialen tweedehands had gekocht. Naar het oordeel van de rechtbank zijn er echter meer aanwijzingen die duiden op een eerdere oogst. Die worden door de verklaring van veroordeelde onvoldoende weersproken.
De rechtbank wijst allereerst op de hoeveelheid potgrond en potten met wortelresten die in de woning zijn aangetroffen. Veroordeelde heeft geen aannemelijke verklaring gegeven voor het feit dat dit in zijn woning aanwezig was. Dat deze gebruikte potgrond en de nog met aarde en wortelresten gevulde potten door veroordeelde zijn gekocht, acht de rechtbank, mede gelet op de geringe waarde van deze goederen, ongeloofwaardig.
Ook acht de rechtbank ongeloofwaardig dat veroordeelde met hennep vervuilde knipscharen heeft aangeschaft. Uit de foto’s in het procesdossier blijkt dat het alledaagse scharen betreft. Hiervan geldt eveneens dat deze goederen een relatief lage waarde hebben en een tweedehands markt van dit soort (vervuilde) goederen is niet aannemelijk.
Op grond van de hiervoor genoemde aanwijzingen is de rechtbank van oordeel dat veroordeelde in ieder geval één eerdere oogst heeft gehad. De verklaring van veroordeelde dat de eerste teelt was mislukt, is niet door hem aannemelijk gemaakt. Bovendien wordt deze verklaring weersproken door de knipscharen, de cannacutter en het droogrek, waarop hennepresten zijn aangetroffen.
Dat veroordeelde een eerdere oogst heeft gehad, wordt ook bevestigd door de verklaring van de buurtbewoners. Zij hebben rond kerst 2013 een geur van verse hennep geroken in de centrale hal van het pand. Gelet op de jonge plantjes die bij veroordeelde zijn aangetroffen, is het zeer aannemelijk dat veroordeelde rond kerst 2013 zijn hennep heeft geoogst.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn de hiervoor genoemde aanwijzingen echter onvoldoende concreet om daaruit af te leiden dat veroordeelde meer dan eenmaal heeft geoogst. De rechtbank gaat daarom uit van één oogst.
Opbrengst per oogst
Het is niet bekend hoeveel planten per m2 er in de kwekerij stonden. Daarom wordt op basis van het BOOM-rapport uitgegaan van 15 planten per m2 en een opbrengst van 28,2 gram per plant.
In de kwekerij stonden 153 hennepplanten. De totale bruto opbrengst per oogst bedraagt: 153 planten x 28,2 gram = 4,3 kilogram.
Volgens het BOOM-rapport is de opbrengst per kilogram minimaal € 3.280,-. Per oogst bedraagt de opbrengst op basis van deze gegevens:
4,3 kilogram x € 3.280,- = € 14.104,-.
Kosten per oogst
De door Stedin Netbeheer B.V. in rekening gebrachte kosten zijn nog niet door veroordeelde voldaan. Deze kosten worden daarom niet in mindering gebracht op het door veroordeelde verkregen voordeel.
De overige kosten van de hennepkwekerij zijn, op basis van het BOOM-rapport, per oogst als volgt berekend:
- afschrijvingskosten: € 150,00 (1 oogst x € 150,-)
- hennepstekken: € 436,05 (153 x € 2,85)
- variabele kosten: € 509,49 (153 x € 3,33)
- knipkosten cannacutter € 32,13 (153 x € 0,21)
De totale kosten bedragen daarmee € 1.127,67.
Totale netto opbrengst
De totale netto opbrengst per oogst is (€ 14.104,00 - € 1.127,67) € 12.976,33.
Totaal wederrechtelijk verkregen voordeel
Op basis van de hiervoor weergegeven berekening schat de rechtbank het door veroordeelde verkregen wederrechtelijk verkregen voordeel op € 12.976,33.