ECLI:NL:RBMNE:2015:5624

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
15 april 2015
Publicatiedatum
28 juli 2015
Zaaknummer
16-661946-14
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Witwassen en vrijspraak wegens gebrek aan bewijs van verhulling criminele herkomst

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 15 april 2015, stond de verdachte terecht op beschuldiging van witwassen van een Volkswagen Golf. De tenlastelegging hield in dat de verdachte samen met een ander de werkelijke aard, herkomst, vindplaats, vervreemding of verplaatsing van de auto zou hebben verborgen of verhuld. Tijdens de zitting op 1 april 2015 heeft de officier van justitie gevorderd dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen zou worden verklaard, waarbij werd gesteld dat de verdachte en haar partner onvoldoende inkomsten hadden om de auto aan te schaffen, en dat de auto op naam van de verdachte was gezet, terwijl haar partner de werkelijke eigenaar was.

De verdediging betoogde echter dat er geen bewijs was dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan witwassen. De verdachte had verklaard dat de auto was betaald met spaargeld en geld van de verkoop van een andere auto, en dat er geen aanwijzingen waren dat de auto met illegaal verkregen geld was aangeschaft. De rechtbank oordeelde dat er geen bewijs was dat de verdachte handelingen had verricht die gericht waren op het verhullen van de criminele herkomst van de Volkswagen Golf. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet meer had gedaan dan het voorhanden hebben van de auto, en dat het enkele feit dat de auto op haar naam stond niet voldoende was om tot een veroordeling te komen.

Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van het ten laste gelegde feit. Tevens werd de vordering van de officier van justitie tot verbeurdverklaring van de Volkswagen Golf afgewezen, aangezien verbeurdverklaring alleen mogelijk is bij een veroordeling voor een strafbaar feit. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet schuldig was aan witwassen en dat er geen reden was om de auto te verbeurd verklaren.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/661946-14 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 15 april 2015
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [1979] ,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres
[adres] , [postcode] [woonplaats] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 1 april 2015.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat de raadsman van verdachte, mr. A.M.P.M. Adank, naar voren heeft gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
zich samen met een ander schuldig heeft gemaakt aan het witwassen (primair) of het schuldwitwassen (subsidiair) van een Volkswagen Golf, door hiervan de werkelijke aard, herkomst, vindplaats, vervreemding of verplaatsing te verbergen of te verhullen.

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.Waardering van het bewijs

4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen te verklaren. De inkomsten van verdachte en haar partner zijn onvoldoende voor het betalen van de vaste lasten. Onduidelijk is hoe de aanschaf van de Volkswagen Golf is bekostigd. Verdachte heeft hierover geen concrete en verifieerbare verklaring afgelegd. Bovendien is deze Golf op naam van verdachte gezet, terwijl uit het dossier blijkt dat haar partner de werkelijke eigenaar van de auto is. Daarmee is de rechtmatige eigenaar verhuld en is sprake van het medeplegen van witwassen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit verdachte vrij te spreken van het ten laste gelegde. Het dossier geeft geen volledig beeld van de inkomsten die verdachte en haar partner hadden. Daarnaast was er spaargeld en had de partner van verdachte geld overgehouden van de verkoop van een Peugeot. Haar partner had ook een lening van € 7.000,- afgesloten met zijn broer. Met deze inkomsten is de Volkswagen Golf betaald. Er zijn geen aanwijzingen dat deze auto betaald zou zijn met illegaal verkregen geld.
Het feit dat de auto op naam van verdachte is gezet, maakt niet dat zij schuldig is aan witwassen. De Volkswagen Golf is onder andere gekocht met het geld dat was verkregen uit de verkoop van verdachtes Peugeot. Het is dan niet vreemd dat de Volkswagen Golf op naam van verdachte is gezet.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat aan verdachte is ten laste gelegd dat zij “de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing” van een Volkswagen Golf heeft verborgen of verhuld.
Uit het dossier blijkt dat de Volkswagen Golf door de partner van verdachte is gekocht en vervolgens op naam van verdachte is gezet. Niet blijkt welke handelingen verdachte heeft verricht waardoor de werkelijke aard, herkomst, vindplaats, vervreemding of verplaatsing werd verborgen of verhuld. Ook het feit dat de auto op naam is gezet van verdachte is in dit geval niet aan te merken als een witwashandeling. Verdachte en haar partner waren getrouwd in gemeenschap van goederen en maakten, volgens hun verklaringen, beiden gebruik van deze auto. Daaruit blijkt niet dat door verdachte meer is gedaan dan het enkele voorhanden hebben van deze Volkswagen Golf. Voor zover verdachte door deze handelwijze samen met haar partner zou hebben verhuld wie de werkelijke eigenaar van de Volkswagen Golf is geweest, is dit niet aan haar ten laste gelegd.
Nu het dossier geen blijk geeft van gedragingen die (kennelijk) gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van de Volkswagen Golf, zoals dit is ten laste gelegd, zal de rechtbank verdachte vrij spreken van het ten laste gelegde.

5.Het beslag

5.1
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de Volkswagen Golf, die onder verdachte in beslag is genomen en inmiddels is teruggegeven, verbeurd te verklaren.
5.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft betoogd dat de in beslag genomen Volkswagen Golf niet verbeurd verklaard dient te worden. Verdachte kon niet weten dat enkele onderdelen, die tweedehands waren ingekocht, van diefstal afkomstig waren. Verdachte was te goeder trouw.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank wijst de vordering van de officier van justitie tot verbeurdverklaring van de Volkswagen Golf af. Verbeurdverklaring is slechts mogelijk bij veroordeling voor enig strafbaar feit. Nu de rechtbank verdachte heeft vrijgesproken, is verbeurdverklaring niet mogelijk.

6.Beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
Verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Beslag
Wijst af de vordering van de officier van justitie tot verbeurdverklaring van een onder verdachte in beslag genomen Volkswagen Golf ( [kenteken] ).
Dit vonnis is gewezen door mr. N.H.J.M. Veldman-Gielen, voorzitter, mrs. N.E.M. Kranenbroek en O.P. van Tricht, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.C. van Reenen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 15 april 2015.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan [verdachte] wordt tenlastegelegd dat
zij in of omstreeks de periode van 1 oktober 2011 tot en met 24 mei 2013, te
Utrecht, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, van een of meer voorwerpen, te weten een
(personen)auto (merk: Volkswagen Golf, voorzien van het kenteken [kenteken] )
de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de
verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld, althans heeft verborgen
terwijl zij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat die voorwerpen -
onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf;
art 420bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht