4.3.2Bewijsmiddelen
De woningoverval (feiten 1, 2 en 4)
4.3.2.1 Verklaringen slachtoffers
Aangever [slachtoffer 1] heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Mijn vrouw kwam op 12 mei 2014 omstreeks 00.30 uur thuis bij onze woning aan de [adres] in Utrecht. Ik hoorde lawaai bij de voordeur. Toen ik de deur op een kier deed zag ik dat er een wapen tussen de deur en het kozijn was gedaan. Ik probeerde de deur dicht te duwen, maar dat lukte niet en de overvallers kwamen met mijn vrouw de woning binnen. Mijn zoon [de rechtbank begrijpt [slachtoffer 2] ] en ik moesten op de grond gaan liggen. We moesten later in de woonkamer gaan zitten. Tijdens een discussie of er geld was werd er geschoten. Ik zag een gat in de televisie.Mijn vrouw, zoon, dochter [de rechtbank begrijpt [slachtoffer 3] ] en ik werden alle 4 met tierips vastgemaakt. Ik ben meerdere malen met een vuurwapen op mijn hoofd geslagen. Ze dreigden te schieten als we geen geld zouden geven, een dader zei: “dan schiet ik je dood”. Naar mijn idee werd constant een wapen op ons gericht. De daders vroegen naar een kluis en naar sieraden. Een dader zei: “het is zondag jullie hebben altijd geld. Het wordt opgehaald”.
Nadat de kluis was gevonden moesten mijn vrouw en ik mee naar boven. De kluis stond op de slaapkamer van mijn jongste zoon [slachtoffer 4] . Hij werd wakker. Ik heb gezegd dat ik de kluis niet kon openen.We moesten de kluis openmaken. Ze hielden het wapen dicht bij mijn gezicht en zeiden ”we schieten je dood”. Ze zeiden “Je moet open maken want anders maken we je dood”. Het werd steeds agressiever omdat ze dachten dat ik niet meewerkte. Ik heb gezegd dat ik later geld wilde brengen en dat ze de kluis mee mochten nemen. Ik kreeg een paar klappen tegen mijn hoofd. Ik heb schoppen in mijn zij gekregen. Ik werd omhoog getrokken en verder getrapt. Het werd zwart voor mijn ogen zoveel pijn had ik. Een dader pakte mij op en zei: “Ik schiet je kind dood”. Mijn kind was wakker en zat erbij in bed.Steeds werd het wapen op [slachtoffer 4] of op mij gericht. Op een gegeven moment gooide de dader iets over mijn hoofd. Het rook naar spiritus.Hij zei: “ik steek je in de fik”. Ik heb keer op keer gesmeekt dat ik wilde leven. Ik wilde ze morgen geld brengen, ik wilde alles voor ze doen.
Er waren 4 daders. Alle 4 de daders hadden vuurwapens. Ze droegen een zwarte bivakmuts. De daders spraken Nederlands, gelet op het accent leken zij van Marokkaanse herkomst.
Mevrouw [slachtoffer 5] , heeft in aanvulling hierop verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik kwam omstreeks 0.35 thuis. Toen ik de deur wilde openen,hoorde ik iets achter mij en zag ik iemand aan komen rennen. Ik zag dat de mannen iets over hun hoofd hadden. Ik heb hard op de deur gebonkt en gegild. Ik werd achterover getrokken door de jongen die mij beet pakte. Hij pakte mij met een hand op mijn mond en mijn ogen waardoor ik niets meer kon zien. Ook kon ik bijna niet ademen. Ik voelde dat iemand mijn tas en sleutel afpakte. Toen de deur open ging werd ik naar binnen geduwd. Ik zag mijn man en mijn zoon van 17 in de hal. Door duwen en trekken moest ik naar de woonkamer. Ik moest op de bank gaan zitten. Ik hoorde iemand vragen: Waar is het geld? Mijn man en zoon moesten ook op de bank in de woonkamer gaan zitten.Een dader hield zijn wapen in mijn richting en soms richtte hij het op mijn zoon die naast mij zat. Hij dreigde mijn zoon neer te schieten.Ik hoorde mijn moeder boven. Een van de mannen liep naar boven en trok mijn moeder ook de woonkamer in.Een van de mannen riep: Waar is het geld. Wij zeiden dat we geen geld hadden. Er werd heel vaak om geld gevraagd. Een overvaller zei: “Jullie hebben wel geld, de vorige keer heb ik 20.000 euro van je gepakt bij een andere overval. Ik was de man van toen, van de overval van 20.000.” Er werd door een overvaller door de tv geschoten. Hij dreigde dat als we geen geld zouden geven ze ons dood zouden maken. Hiermee dreigden ze meerdere malen. Ze geloofden ons niet en bleven schreeuwen om geld. Net na het schieten kwam mijn dochter naar beneden. Ze vertelde dat ze uit haar bed was gepakt door twee mannen.
Dader 1 wilde mijn ketting van mijn nek trekken. Ik heb gezegd dat ik dat zelf wel zou doen. De dader heeft de ketting in zijn broekzak gedaan.
Ik hoorde iemand boven roepen dat ze de kluis hadden gevonden. Mijn man en ik moesten mee naar boven. Ik werd geduwd. Mijn man werd geduwd maar ook geslagen en getrapt. Ze deden het om mijn man mee naar boven te krijgen. Een van de overvallers zei “De kluis moet open”.
Gedurende de hele overval hoorde ik de mannen zeggen dat ze ons gingen vermoorden als we ze geen geld gaven. Ik ben ook 2x met een pistool op mijn hoofd geslagen. Ook ben ik meerdere keren op mijn lichaam geslagen.
Gestolen goederen: Een blauwe tas met mijn portemonnee, met daarin 500 of 600 euro aan briefgeld en 700 euro aan muntgeld, 3 electronische masterkeys van mijn hotels, mijn rijbewijs, 2 Rabobankpasjes, een macropas en een sligropas. De Ipod en Iphone van mijn jongste zoon zijn ook meegenomen.
De moeder van aangeefster heeft aanvullend verklaard, zakelijk weergegeven:
Twee personen waarvan de gezichten bedekt waren liepen naar boven en trokken mij naar beneden. Dader 1 pakte mij bij mijn bovenarm en trok mij van de trap naar beneden. Hij had in zijn andere hand een groot vuurwapen. Dader 3 had om geld gevraagd. Dader 1 en 2 gingen naar boven en kwamen terug met mijn kleindochter [slachtoffer 6] . Zij moest op de bank tegen de muur zitten.
[slachtoffer 3] , de oudste dochter, heeft aanvullend verklaard, zakelijk weergegeven:
De daders riepen: ”We willen geld of jullie gaan allemaal dood”.
4.3.2.2. Verklaring medeverdachte [medeverdachte]
Medeverdachte [medeverdachte] heeft bij de politie bekend betrokken te zijn bij de overval. [medeverdachte] verklaart een paar dagen voor de overval te zijn benaderd met de vraag of hij geld wilde verdienen.Hem was verteld dat het om Chinese mensen ging, dat deze mensen veel geld hadden omdat zij veel hotels hadden en zwart geld mee naar huis namen. Zijn mededaders hadden alles al bekeken en hadden de mensen gevolgd. Ze hadden verteld dat het om een echtpaar ging en twee beveiligers.Ieder moest voor zichzelf een zwart trainingspak, een bivakmuts schoenen en handschoenen regelen.Voor de overval hebben zij besproken dat ieder een taakje kreeg, wie wat deed, hoe laat en hoe zij naar binnen zouden gaan.Zij moesten er allemaal voor zorgen dat iedereen rustig bleef en niemand zou vluchten.moest de beveiligers (die wapens hadden) onder schot houden en hun wapens af pakkenen in de woning naar geld zoeken. Een andere jongen zou de mensen onder schot houden en een andere jongen deed een soort handboeien om.De opbrengst zou door hen vieren gedeeld worden.
Die zondag zijn zij een uur of twee tevoren bij elkaar gekomen. Zij zijn met een Golf GTI, die later is teruggevonden, vanuit [woonplaats] naar Utrecht gereden.Er waren vier wapens. Iedereen had een wapen.
Zij reden via de A2 naar Utrecht. In de buurt van het huis stapten twee jongens uit. De andere twee moesten na een seintje richting het huis rijden en uitstappen. Zij wachtten tot de bewoner in een BMW thuis kwam.Eén van de jongens pakte de vrouw vast met zijn hand over haar mond zodat ze niet kon schreeuwen. Een andere jongen duwde de deur open. Het plan was om de bewoners onder schot te houden.Het echtpaar en de jongen werden met tie rips vastgebonden. Er was in de tv geschoten. Voor en na het schieten werd er geroepen dat zij geld wilden.De mensen zeiden dat zij geen geld hadden.
Twee jongens duwden de man en vrouw naar boven naar de kluis. [medeverdachte] liep erachter aan.Er werd geschreeuwd dat zij geld wilden. [medeverdachte] zag dat de vrouw en de man werden geslagen. Hij zag aan hun blik dat zij bang waren en dat het pijn deed.
Het schietincident (feit 3)
4.3.2.3 Verklaringen van de verbalisanten
Verbalisant bekend onder nummer 790441 heeft, zakelijk weergegeven, het volgende verklaard:
Op 12 mei 2014 omstreeks 00.40 uur kwam een melding van mogelijke vechtpartij op adres [adres] te Utrecht bij mr [aangever 1] binnen.
De voordeur van de woning ging open en een Chinese man riep: “Overval, overval” Hij zei dat de daders via de achterkant wegvluchtten. Ik ben naar de achterzijde van de woning gerend. Ik zag een zwarte schim. Ik riep met luide stem meerdere malen “politie, politie, staan blijven”. De schim dook de bosschages in en ik dook erachter aan. Ik zag dat de schim een persoon was en stopte. Ik zag dat de persoon een bivakmuts droeg. Van een afstand van 1 meter zag ik dat de persoon een voorwerp vasthield. Op de manier waarop hij dit vasthield dacht ik meteen aan een jachtgeweer. Ik zag dat de persoon zich in mijn richting draaide en dacht dat hij zou schieten. Ik trok mijn dienstwapen en heb op de persoon geschoten.
Nadat ik had geschoten ben ik onmiddellijk weggerend naar de voorzijde van de woning om dekking te zoeken. Ik ben via de voorzijde van de woning de tuin uit gerend. Ik ben vervolgens linksaf gelopen naar de [adres] . Op de hoek heb ik bij de parkeerplaats bij het tuinhek dekking gezocht. Ik ben toen op mijn knieën gaan zitten. Ik zag dat 768849 op straat stond en meerdere schoten afvuurde in de richting van de [straatnaam] . Nadat ik hem zag schieten hoorde ik zeer luide knallen uit de richting van de [straatnaam] komen.
Ik heb zelf nog een aantal malen geschoten in de richting waar vandaan de zware knallen kwamen. Ik zag op een gegeven moment toen ik in de richting van de [straatnaam] keek een Volkswagen Golf wegrijden.
Het geluid van onze dienstwapens klonk als een klappertjespistool vergeleken bij de andere schoten.
Verbalisant bekend onder nummer 768849 heeft, zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd:
Ter plaatse op [adres] deed een jongen de deur open. Hij vertelde dat er een overval was en dat daders op dat moment via de achterkant weggingen.
Een manspersoon rende naar de bosjes. We renden naar die persoon. Hij had zich klem gelopen op een hek. Ik hoorde 790441 luid en duidelijk een paar keer roepen “Politie, politie”. Op het moment dat ik mij omdraaide hoorde ik knallen. Ik weet niet hoeveel en ik zag op twee plekken mondingsvuur. Dit herkende ik als schoten.
Ik rende terug naar de hoek van het huis omdat we werden beschoten. Ik rende voor de bosjes langs richting de [adres] . Ik hoorde twee soorten knallen. Het ene was scheller, en het andere wat voller en harder en lager van toon. Ik ben gaan schuilen achter de bosschages om niet geraakt te worden. Ik ben toen op de hoek gaan staan. Ik keek over de stoep tussen de auto’s en de bosjes.
Ik zag iemand in het zwart gekleed dicht bij een voertuig staan. Ik zag mondingsvuur bij hem vandaan komen. Ik zag dat hij in de richting van de bosjes schoot. Ik zag aan de andere kant ook lichtflitsen van mondingsvuur. Ik heb in de richting van die persoon geschoten.
Ik zag nog een andere vlam vanaf de andere kant van de auto. Ik zag die persoon niet, maar ik had het idee dat ik door die persoon werd beschoten. Om mijn lijf te redden heb ik achter een auto dekking gezocht. Toen ik achter de auto kwam ben ik naar rechts uitgestapt en vuurde in het richting van het mondingsvuur. Er werd vanaf verschillende posities op mij en op 790441 geschoten.
4.3.2.4 Verklaring van medeverdachte [medeverdachte]
Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat toen hij en de anderen geschreeuw hoorden zij zijn weggerend. Hij volgde de andere jongens naar de achtertuin. Zij klommen allemaal over het hek. Hij werd daarbij door de politie neergeschoten en is naar de auto gevlucht,de Golf GTI.Een van de jongens was hem gesmeerd. Zij reden met zijn drieën weg in de auto.Om niet ontdekt te worden door een helikopter waren zij de snelweg afgegaan en naar Mijdrecht gereden.Toen is ervoor gezorgd dat zij werden opgehaald. [medeverdachte] heeft met zijn telefoon gebeld dat iemand hem op moest halen.wachtte op de grond. De andere jongens liepen heen en weer. Zij moesten ook bellen.is opgehaald met een Fiat Punto. Zij zijn naar Amsterdam gereden.Hij is daar naar het ziekenhuis gebracht.Hij weet niet wie de anderen heeft opgehaald. Hij heeft hen daar achter gelaten.
4.3.2.5 Aangetroffen sporen op de plaats delict
Het schietincident vond plaats op de [adres] te Utrecht. De weg is gelegen in oost- / westelijke richting. Aan de oostzijde ligt, haaks op de [adres] , de [straatnaam] ; aan de westzijde ligt de [straatnaam] en, verderop, [straatnaam] en de [straatnaam] .
Aan de zijde van de [adres] is een grote parkeerplaats behorende bij restaurant [aangever 1] gelegen. Vanaf de [straatnaam] gezien is aan de achterzijde van de parkeerplaats het perceel [adres] gesitueerd. De [adres] is een rechte weg, waarbij aan beide zijden van de doorgaande weg voertuigen in parkeerhavens staan geparkeerd. Aan de linkerzijde, zuidzijde, van de [adres] is, gezien vanaf de [straatnaam] , eerst de parkeerplaats gelegen, hierna perceel [adres] en hier achter openbaar groen.
Door de politie is onderzoek verricht aan de [adres] en rondom de (vrijstaande) woning op het perceel [adres] te Utrecht. Verbalisanten hebben het volgende gerelateerd:
Bij het onderzoek op de plaats delict zagen wij vanaf de hoek rechts voor
van het perceel enigszins schuin in noordwestelijke richting weglopend over de weg
een spoor van hulzen (4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10). Het betroffen hulzen met een groene rand rond het slaghoedje, hetgeen veelal zichtbaar is bij de munitie die aan politiemensen wordt verstrekt.
Vervolgens zagen wij in een voertuig, merk Citroen, voorzien van het kenteken [kenteken] en geparkeerd aan de linkerzijde van de weg, nabij de hoek aan de rechtervoorzijde van het perceel [adres] , aan de rechterzijde drie beschadigingen (11, 12, 13) en een beschadiging aan de linker voorzijde in de motorkap (14) en in de grill van dit voertuig (15).Bij nader onderzoek bleek het volgende:
Er werden in de rechter zijkant van de Citroën beschadigingen aangetroffen die duidden op twee kogelbanen van achteren naar voren. In het rechterachterportier werd een kogel aangetroffen die waarschijnlijk afkomstig is van politiemunitie.
Aan de voorkant in het front en in de motorkap werden beschadigingen aangetroffen die
duidden op minimaal vier schotbanen van voor naar achteren. Opvallend is hierbij dat
de beschadigingen 7 en 8 zeer dicht bij elkaar liggen en alleen in hoogte iets
verschillen. In de gril werd de mantel van een kogel aangetroffen die van andere munitie
afkomstig is dan die van de politie.
In de stam van de boom, staande voor de Citroën, werd een metaalfragment (16)
aangetroffen.Dit was aan de oostzijde van de boom.
Verder werd er een huls (17) aangetroffen op het trottoir, nabij het afgesloten hekje. Dit bleek geen politiehuls te zijn.
Vervolgens zagen wij in de achterbumper van een voertuig, personenauto, merk Ford, voorzien van het kenteken [kenteken] en geparkeerd aan de linkerzijde van de weg, een gat (18) zitten.Bij nader onderzoek werden in de achterbumper en de achterkant van chassis/subframe achterwielophanging links beschadigingen aangetroffen die duidden op twee kogelbanen van achteren naar voren.
Onder dit voertuig zagen wij twee fragmenten liggen (19 en 20). Naar het leek betroffen dit een kogel en fragment van een kogel.
Op de parkeerhaven nabij de veiliggestelde bloedsporen (1 en 2) werd een huls (21) aangetroffen. Dit zou volgens de collega’s ook de plaats zijn geweest ter hoogte waarvan het voertuig van de daders zou hebben gestaan. Deze huls blijkt afwijkend van de munitie die aan de politie wordt verstrekt.
In een aan de linkerzijde van de weg staande Audi, voorzien van het kenteken [kenteken] , voorbij de lege parkeerhaven, werd aan de rechterzijde een beschadiging (23) aangetroffen. Dit bleek een oppervlakkige krasbeschadiging te zijn, maar hoogstwaarschijnlijk wel ten gevolge van een verschoten kogel.
Naast het voertuig op het wegdek werd een huls (22) aangetroffen. Deze bleek niet afkomstig te zijn van politiemunitie.
Verder werd op het trottoir, aan de linkerzijde van de weg voorbij de Audi en richting [straatnaam] , een kogel (24) aangetroffen.Deze bleek afkomstig van politiemunitie.
4.3.2.6 Aangetroffen vuurwapen en munitie(delen)
Uit onderzoek naar het op de plaats delict aangetroffen wapen en munitiedelen en -sporen bleek het volgende:
Pistool met geluidsdemper( [nummer]
Aan de buitenzijde van het tuinhek van de woning werd een vuurwapen aangetroffen.
Het pistool heeft de opschriften en uiterlijke kenmerken van een semiautomatisch werkend pistool, van het merk Ceska Zbrojovka, model 70, kaliber 7.65 Browning. Bij het pistool bevindt zich een geluidsdemper.In de kamer van het pistool bleek 1 patroon te zitten.
Drie hulzen 7.65 mm Browning
AAHD3239NL Huls aangetroffen in woonkamer
AAHE3330NK Spoor 22 op wegdek [adres] richting [straatnaam]
AAHE3334NL Spoor 17, bij tuinhek.
Er zijn aanwijzingen dat de drie hulzen zijn verschoten met één vuurwapen, maar niet met
het aangetroffen pistool. De hulzen zijn vermoedelijk verschoten met een machinepistool,
kaliber 7.65 mm Browning, type Skorpion.
Twee hulzen 7,62x39mm
AAHE3327NL Spoor 26 op trottoir voor tuinhek.
AAHE3331NL Spoor 21 op parkeerhaven, thv vermoedelijke staanplaats voertuig daders.
Er zijn aanwijzingen dat de twee hulzen zijn verschoten met één vuurwapen. De hulzen zijn
vermoedelijk verschoten met een aanvalsgeweer kaliber 7.62x39mm, type AK47
(Kalashnikov).
Kogelmanteldelen
AAHE3335NL Spoor 16 in boom nabij aangetroffen Citroen.
AAGZ5389NL Aangetroffen in de grill rechtsvoor van de Citroen.
De twee kogeldelen passen bij kogels van het kaliber 7.65 mm Browning. De afvuursporen van kogelmanteldeel (AAGZ5389NL) passen zowel bij die van het aangetroffen pistool als bij andere merken vuurwapens waaronder machinepistolen van het type Skorpion.
4.3.2.7. Bevindingen politie
Naast politiemunitie werden er delen van 2 soorten niet-politiemunitie aangetroffen.
De vindplaatsen van de beschadigingen, alsmede de munitiedelen van politiemunitie en niet-politiemunitie passen bij een schotenwisseling min of meer evenwijdig aan de [adres] , waarbij de politiemunitie in westelijke richting is verschoten en niet-politiemunitie in oostelijke richting.
De Citroën en de Ford stonden beide aan de linkerzijde van de [adres] , met de voorzijde in westelijke richting.
In de Citroën en de Ford werden 2 schotbanen van achteren naar voren aangetroffen.
Deze schotbanen passen bij schoten afgevuurd door de politie.
In de Citroën werden 4 schotbanen van voren naar achteren aangetroffen. Deze schotbanen passen bij schoten afgevuurd door de daders.
De vlucht (feiten 1, 2, 3 en 4)
4.3.2.8. De vluchtauto en de bloedsporen
De aanwezige agenten zagen een VW Golf in de richting van de [straatnaam] wegrijden.
Op de rand van het trottoir en het wegdek van de [adres] werden bloedsporen aangetroffen.
Op 12 mei 2014 om 2.05 uur werd op de Croonstadtlaan in Mijdrecht een VW Golf aangetroffen met vals kenteken [kenteken] . Op het achterportier werd bloed aangetroffen.
Uit DNA-onderzoek naar het bloed dat op de plaats delict (op de rijbaan van de [adres] ) en op de aangetroffen auto VW Golf is gevondenvolgde een match met medeverdachte [medeverdachte] .
Relatie telefoonnummer * [telefoonnummer] en de overval
4.3.2.9 Camerabeelden Mijdrecht
Op camerabeelden van het centrum van Mijdrecht op 12 mei 2014 tussen 0.00 uur en 03.00 uur wordt het volgende waargenomen:
-1.13 uur komt een auto aan in Mijdrecht op Croonstadtlaan.
Door een voertuigdeskundige is vastgesteld dat het vermoedelijk een VW Golf betreft. Hij acht het verder aannemelijk dat het aangetroffen voertuig op de Croonstadtlaan vermoedelijk hetzelfde voertuig betreft als op de camerabeelden.
-vanaf 1.15 uur lopen 2 personen (afwisselend samen en apart van elkaar) op en in de buurt van de Croonstadtlaan en de Bozenhoven.
-1.18 uur houdt de ene man een lichtgevend voorwerp in zijn hand en doet dit vervolgens tegen zijn oor.
-1.35 uur ontmoeten [naar later wordt vastgesteld, rb] getuige [getuige 1] en man 1 elkaar op de Bozenhoven. Man 1 steekt vermoedelijk een sigaret aan. Man 2 loopt aan de andere kant.
-1.37 uur lopen man 1 en 2 samen over de Bozenhoven en de Croonstadtlaan. Eén van hen heeft iets lichtgevends in zijn hand, vermoedelijk een sigaret.
-1.38 uur Er komt een auto uit de richting van het Raadhuisplein. De voorste persoon steekt zijn hand op naar de auto en loopt met de auto mee de zijstraat van de Croonstadtlaan in. De achterste persoon loopt uit beeld.
Door een voertuigdeskundige is vastgesteld dat het vermoedelijk een Fiat Punto of Grande Punto betreft.
-1.40 uur komt een persoon de zijstraat van de Croonstadtstraat uitlopen en legt iets onder de struiken.
-1.42 uur rijdt een auto (gelijkend op de auto die om 1.38 uur de zijstraat van de Croonstadtlaan inrijdt) de zijstraat van de Croonstadtlaan uit en verdwijnt uit beeld.
-1.43 uur komt over de Constructieweg een Mercedes met taxibordje op het dak aanrijden.
-1.45 uur komt de Mercedes uit de richting van het Raadhuisplein en stopt bij bosschages waar eerder iets onder de struiken was gelegd.
Iemand stapt uit, pakt iets onder bosschages en stapt weer in. De Mercedes rijdt verder richting Bozenhoven. Naast de bestuurder en de bijrijder zit er iemand op de achterbank. De Mercedes verdwijnt uit beeld van de camera’s.
Door een voertuigdeskundige is vastgesteld dat het vermoedelijk een Mercedes E-model betrof, en dat het - gezien het voorwerp op het dak - een taxi uitvoering zal betreffen.
4.3.2.10. Telecommunicatie
Bevindingen telefoonnummer [telefoonnummer] [hierna: * [telefoonnummer] ] (medeverdachte [medeverdachte] )
In [woonplaats] liep een onderzoek genaamd 13KRAAK dat was gericht op handel in verdovende middelen. In dit onderzoek hebben diverse taps gelopen. Over één van de taps kwamen gesprekken met het tegennummer * [telefoonnummer] . De gebruiker van dit telefoonnummer werd [bijnaam] genoemd. Op basis van een waarneming van het observatieteam werd geconcludeerd dat de gebruiker van het nummer * [telefoonnummer] [medeverdachte] was. [medeverdachte]
had bovendien de bijnaam [bijnaam] , aangezien hij regelmatig op scooters reed en werd vergeleken met Holleeder.
Telefoonnummer * [telefoonnummer] straalt op 11 mei 2014 om 21.42 uur een paal aan in [woonplaats] .
Van 21.45 uur tot 12 mei 2014 te 1.05 uur heeft * [telefoonnummer] geen contacten.
Op 12 mei 2014 om 01:05 uur straalt het nummer * [telefoonnummer] palen aan in de omgeving van Loenen aan de Vecht en belt op dat moment naar het telefoonnummer * [telefoonnummer] . Daarna belt * [telefoonnummer] nog twee keer met het nummer * [telefoonnummer] om 1.23 en om 1.38 uur. Om 1.38 uur stralen beide nummers een paal op de Nyverheidsweg in Mijdrecht aan.
Het nummer * [telefoonnummer] wordt hierna niet meer gebruikt.
Op 12 mei 2014 vanaf 1.59 uur straalt * [telefoonnummer] palen aan in [woonplaats] .
Bevindingen telefoonnummer 31686390993 [hierna: * [telefoonnummer] ]
Op de camerabeelden in Mijdrecht is te zien dat een persoon tussen 1.16 uur en 1.18 uur [vermoedelijk, rb] belt. Op dat moment stralen 3 telefoonnummers een mast aan in Mijdrecht, waaronder telefoonnummer * [telefoonnummer] . De andere 2 telefoonnummers kunnen op basis van telecomgegevens worden uitgesloten als inzittenden van de VW Golf. Zij hebben namelijk ook contact met deze mast voordat de VW Golf arriveert.
Telefoonnummer * [telefoonnummer] wordt op 31 maart 2014 in gebruik genomen tot 12 mei 2014.
Het telefoonnummer * [telefoonnummer] heeft zeer frequent contact met de telefoonnummers
* [telefoonnummer] vermoedelijk [B]
* [telefoonnummer] vermoedelijk [C]
Telefoonnummer * [telefoonnummer] straalt op 11 mei 2014 21.48 uur een paal aan in [woonplaats] . Vervolgens maakt het een beweging naar het Osdorpplein en straalt daarna om 23.50 uur palen aan langs de A10, eerst op de Parnassuswegen daarna op de Barbara Strozzilaan.
Van 23.50 uur tot 1.09 uur heeft * [telefoonnummer] geen contacten.
Op 12 mei 2014 om 1.09 uur straalt * [telefoonnummer] een paal aan in Vinkeveen en belt dan naar telefoonnummer * [telefoonnummer] . Direct daarop belt * [telefoonnummer] naar het telefoonnummer * [telefoonnummer] .
Vanaf 1.11 uur straalt * [telefoonnummer] palen aan in Mijdrecht op de Nyverheidsweg 6.
Het nummer heeft meermalen contact met de telefoonnummers * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] .
De telefoonnummers * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] stralen vanaf 1.41 uur ook palen in Mijdrecht aan.
Na 1.47 uur straalt * [telefoonnummer] geen palen in Mijdrecht meer aan.
Na 1.49 uur stralen * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] geen palen in Mijdrecht meer aan.
Vanaf 2.11 uur stralen de nummers * [telefoonnummer] , * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] palen in [woonplaats] aan.
Het nummer * [telefoonnummer] wordt na 12 mei 2014 niet meer gebruikt.
Overzicht bevindingen camerabeelden en telefoonbewegingen 12 mei 2014
omgeving Mijdrecht.