Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De feiten
1De na-wettelijke uitkering eindigt wanneer de uitkeringsduur is verstreken.
2De na-wettelijke uitkering eindigt wanneer de werkloosheid geëindigd.
3De na-wettelijke uitkering eindigt op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de ambtenaar de leeftijd van 62 jaar en 9 maanden bereikt heeft".
? Dan weten we zeker dat zij is gestart in Utrecht ".
2.Het geschil
3.De beoordeling
"wanneer de werkloosheid eindigt"(zoals artikel 10d:18 Arbeidsvoorwaardenregeling bepaalt). Door het aanvaarden door [eiseres] van de haar aangeboden functie is haar werkloosheid geëindigd en is deze beslissing zoverre juist. Zij heeft ook niet gesteld dat deze regeling anders dient te worden uitgelegd.
"met een slag om de arm". Hij schrijft immers
"dankan(onderstreping rechtbank)
het zijn dat je daarna nog recht hebt op voortzetting van de nawettelijke uitkering". Hij schrijft vervolgens weliswaar
"dan heb je voor de resterende periode nog recht op een uitkering", maar dit geldt kennelijk voor de situatie dat voortzetting van de na-wettelijke uitkering inderdaad mogelijk zou blijken te zijn. Dit onderscheid tussen toezegging en inlichtingen is van belang omdat indien sprake is van een onjuiste inlichting een overheidsorgaan minder snel voor eventuele schade aansprakelijk is dan in het geval sprake is van een onterecht gedane toezegging.
"opzetje"zou moeten worden aangemerkt (hetgeen mevrouw [B] ter zitting overigens uitdrukkelijk heeft betwist), kan gezien het voorgaande in het midden blijven.
1.158,00(2,0 punten × tarief € 579,00)