Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de nadere producties van [eiseres];
- het proces-verbaal van de comparitie van 9 maart 2015.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Aan de achterdeur
400,00(2 punten x tarief € 200,00)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vorderde [eiseres] een verklaring voor recht dat Albert Heijn c.s. hoofdelijk aansprakelijk is voor de schade die zij heeft geleden als gevolg van een overval op 23 april 2005. [eiseres] was werkzaam als caissière bij Albert Heijn en heeft tijdens de overval schouderletsel opgelopen. De overval vond plaats in een filiaal in Houten, waar twee gemaskerde mannen met vuurwapens de toegang verkregen via de magazijndeur. [eiseres] stelde Albert Heijn aansprakelijk op grond van artikel 7:658 BW, omdat de werkgever niet aan zijn zorgplicht zou hebben voldaan. Albert Heijn c.s. voerde verweer en stelde dat zij alle redelijke veiligheidsmaatregelen had getroffen. De kantonrechter oordeelde dat Albert Heijn onvoldoende had aangetoond dat zij aan haar zorgplicht had voldaan. De kantonrechter concludeerde dat de werkgever aansprakelijk is voor de schade die [eiseres] heeft geleden, omdat niet was aangetoond dat de nodige veiligheidsmaatregelen waren getroffen om de overval te voorkomen. De vordering van [eiseres] werd toegewezen, en Albert Heijn c.s. werd hoofdelijk veroordeeld in de proceskosten.