Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
primaireen rijbewijs van [A] heeft gestolen,
subsidiaireen rijbewijs van [A] heeft verduisterd en
meer subsidiaireen rijbewijs van [A] heeft geheeld;
3.Voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 4 ten laste gelegde heeft begaan. Verdachte heeft dit feit bekend en de verdediging heeft geen vrijspraak bepleit. Onder deze omstandigheden zal de rechtbank met toepassing van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen:
7 augustus 2014, met als bijlage de winkelontzegging. [10]
5.Bewezenverklaring
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen en maatregelen
9.Ten aanzien van de benadeelde partij
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
onder feit 3 primair, subsidiair en meer subsidiairten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan
vrij.
195 dagen.