10.De beslissing
- verklaart de officier van justitie niet ontvankelijk in de vervolging van verdachte voor het onder 6 van parketnummer 16/700536-14 ten laste gelegde feit;
- verklaart de officier van justitie voor het overige ontvankelijk;
-
spreekt verdachte vrijvan het onder 2 van parketnummer 16/661713-14 ten laste gelegde feit;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
16/700536-14
feit 1: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
feit 2: poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
feit 3: handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, terwijl het feit is begaan met betrekking tot een vuurwapen en munitie van categorie III;
feit 4: diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
feit 5: medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod;
16/661713-14
feit 1: diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 50 maanden;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;
een geldbedrag van € 5.020,00;
- gelast de teruggave aan verdachte van:
2 gsm’s (goednummer 1119508 en goednummer 1119510);
Benadeelde partijen
[benadeelde]
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [benadeelde] van € 1.747,09, waarvan € 347,09 ter zake van materiële schade en € 1.400,00 ter zake van immateriële schade en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 1 februari 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
- bepaalt dat voor zover dit bedrag door één of meer mededaders is betaald, verdachte niet gehouden is dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen.
- veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde], € 873,55 te betalen en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 1 februari 2014 tot aan de dag der algehele voldoening, bij niet betaling te vervangen door 17 dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat bij voldoening van de schademaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd.
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij Stedin B.V. van € 599,03, ter zake van materiële schade en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 18 januari 2014 tot aan de dag der algehele voldoening.
- bepaalt dat voor zover dit bedrag door één of meer mededaders is betaald, verdachte niet gehouden is dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen.
- verklaart de benadeelde partij in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer Stedin B.V., € 599,03 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 18 januari 2014 tot aan de dag der algehele voldoening, bij niet betaling te vervangen door 11 dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat voor zover dit bedrag door één of meer mededaders is betaald, verdachte niet gehouden is dit bedrag aan de Staat te betalen;
- bepaalt dat bij voldoening van de schademaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd;
- verklaart de benadeelde partij [M] niet-ontvankelijk in haar vordering en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.E. Somsen, voorzitter, mr. E.A.A. van Kalveen en mr. G.D. Kleijne, rechters, in tegenwoordigheid van G. van Engelenburg, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 27 januari 2015.
mr. G.D. Kleijne is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Parketnummer 16/700536-14
1.
hij op of omstreeks 01 februari 2014 te Utrecht, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
- met het oogmerk om zich en / of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en / of bedreiging met geweld [benadeelde] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van een portemonnee (met inhoud van onder andere een geldbedrag van 150 euro), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s),
welk geweld en / of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte en / of zijn mededader(s)
- een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp, en/of een mes,
althans een scherp en/of puntig voorwerp,althans een wapen, op die [benadeelde] gericht heeft/hebben (gehouden) en / of
- ( hierbij) die [benadeelde] mondeling de woorden heeft
/hebbentoegevoegd: "geld, geld, geld" en/of
- met voornoemd mes, althans voornoemd wapen, die [benadeelde] in zijn linkerbeen heeft
/hebbengestoken
/gesneden;
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op of omstreeks 30 januari 2014 te Driebergen-Rijsenburg, gemeente Utrechtse Heuvelrug, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of diens mededaders voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en / of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en / of bedreiging met geweld [benadeelde 2] te dwingen tot de afgifte van een onbekend geldbedrag, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
als volgt heeft/hebben gehandeld: zijnde en/of hebbende hij, verdachte, en/of (één of meer) van zijn mededader(s)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen
-
de/eenhorecagelegenheid
(van [benadeelde 2])betreden en/of
- op die [benadeelde 2] een (vuur)
wapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerpgericht en/of gericht gehouden en/of
- op die [benadeelde 2] een mes en/of een scherp en/of puntig voorwerp, gericht en/of gericht gehouden en/of
- ( hierbij) die [benadeelde 2] mondeling de woorden toegevoegd: "Geld, geld, geld!",
zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 02 april 2014 in de gemeente Zeist althans in het arrondissement Midden-Nederland, een wapen van categorie III, te weten een revolver (pagina 767) en/of munitie van categorie III, te weten 81 scherpe patronen, in elk geval een hoeveelheid scherpe patronen voorhanden heeft gehad;
de in bovenstaande telastelegging gebruikte termen worden, voorzover daaraan in de "Wet Wapens en Munitie" betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebruikt;
art 26 lid 1 Wet wapens en munitie
4.
hij
in of omstreeks de periodevan 16 januari 2014
tot en met17 januari
2014te Zeist, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in /uit een winkel heeft weggenomen een (grote) hoeveelheid beddengoed (onder andere van het merk Auping) en/of verlichting en/of gereedschap, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Woonpunt BV en/of [aangever 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), waarbij verdachte en / of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft / hebben verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn / hun bereik heeft / hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
5.
hij, op of omstreeks 02 april 2014 te Zeist, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres]) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 217 hennepplanten, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
art 3 ahf/ond B Opiumwet
art 11 lid 2 Opiumwet
6.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2014 tot en met 2 april 2014 te Zeist, in elk geval in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk (het interieur/de inhoud van diverse kamers (waartoe behoort/behoren (een) mu(u)r(en) en/of (een) plafond(s) en/of (een) vloer(en)) van de woning (gelegen aan de [adres] te [woonplaats]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [M], in elk geval aan een ander dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt (als gevolg van het opzetten van een hennepkwekerij in die woning);
Parketnummer 16/661713-14
1.
hij in of omstreeks de periode van 18 januari 2014 tot en met 2 april 2014 te Zeist, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hoeveelheid elektriciteit, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Stedin, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
art 310 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op of omstreeks 02 april 2014 te Driebergen-Rijsenburg, gemeente Utrechtse Heuvelrug, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (een) wapen(s) van categorie I onder 7°, te weten (een) nabootsing(en) van (een) (gasdruk)pistool, dat/die door zijn/hun vorm, afmetingen en kleur een sprekende gelijkenis vertoonde(n) met (een) echt bestaand vuurwapen, voorhanden heeft gehad;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd;
art 13 lid 1 Wet wapens en munitie