In deze zaak, die voor de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, betreft het een deelgeschil in het kader van letselschade. Verzoekster, vertegenwoordigd door advocaat mr. E. Wytema, heeft een verzoek ingediend tegen VVAA Schadeverzekeringen N.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. D. Zwartjens. De procedure is gestart op 22 september 2014 en de mondelinge behandeling vond plaats op 13 november 2014. De rechtbank heeft op 26 november 2014 uitspraak gedaan.
De zaak draait om de aansprakelijkheid van VVAA voor een verkeersongeval waarbij verzoekster op 12 februari 2007 betrokken was. VVAA heeft aansprakelijkheid erkend, maar er is onenigheid over de gevolgen van het ongeval, met name over de urenbeperking die verzoekster zou hebben. De verzekeringsgeneeskundige drs. [Z] heeft een rapport opgesteld waarin hij de beperkingen en belastbaarheid van verzoekster heeft vastgesteld. Verzoekster verzoekt de rechtbank om te bepalen dat dit rapport als uitgangspunt dient voor de verdere schadeafwikkeling, met inbegrip van een urenbeperking van 10 uur per week.
VVAA heeft verweer gevoerd en betwist dat de urenbeperking van 10 uur als uitgangspunt kan dienen. De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat het rapport van drs. [Z] als uitgangspunt kan dienen voor de verdere schadeafwikkeling, maar dat de urenbeperking van 10 uur niet kan worden overgenomen, omdat dit terrein van de arbeidsdeskundige is. De rechtbank heeft de kosten van de procedure begroot op € 5.000,00 exclusief BTW, te vermeerderen met het griffierecht van € 282,00, en VVAA veroordeeld tot betaling aan verzoekster.
De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat de rapportage van de deskundige inzichtelijk moet zijn en dat partijen in onderling overleg tot de benoeming van de deskundige zijn gekomen. Dit geeft het rapport extra gewicht in de verdere onderhandelingen over de schadevergoeding.