2.2.De rechtbank zal eerst beoordelen of Curatoren en CRI gezien de vermogenstoestand van Propertize voldoende waarborgen hebben dat de twee vorderingen op Propertize zullen worden voldaan. Op SNS Bank rust de bewijslast. SNS Bank c.s. heeft de geconsolideerde jaarrekening van Propertize en PRPZ over 2013 in het geding gebracht en betoogd dat daaruit blijkt dat de vermogenstoestand van Propertize voldoende waarborg biedt. Curatoren en CRI bestrijden dit betoog. De rechtbank is van oordeel dat uit de jaarrekening te veel onzekerheden blijken om aan te kunnen nemen dat Propertize in staat zal zijn de twee vorderingen te voldoen. De rechtbank wijst hierbij op het volgende:
- De liquiditeitspositie van Propertize was per ultimo 2013 152 miljoen euro. Dit betekent dat Propertize per ultimo 2013 al niet voldoende geld in kas had om de twee vorderingen in volle omvang, in totaal een bedrag van 167 miljoen euro, te voldoen. Dit geldt waarschijnlijk ook voor de nabije toekomst; niet is gebleken dat de liquiditeitspositie van Propertize de komende jaren, in tegenstelling tot de afgelopen jaren, zal verbeteren.
- Daarbij komt dat er, naast de twee vorderingen van de gefailleerde vennootschappen en CRI, meer grote vorderingen op Propertize zijn waarvoor geen voorziening is getroffen, vorderingen tot een totaal van ongeveer 471 miljoen euro. Bij de beoordeling of Propertize de twee hier aan de orde zijnde vorderingen kan voldoen, moet ook met de voldoening van dat bedrag rekening worden gehouden; niet is uitgesloten immers dat alle vorderingen in de komende jaren volledig moeten worden voldaan. Propertize trekt weliswaar, zo blijkt uit de jaarrekening, ten zeerste in twijfel of de vorderingen enige kans van slagen hebben, maar de gegrondheid van de vorderingen ligt hier niet ter beoordeling voor. De onzekerheid daarover komt in het kader van de onderhavige beoordeling voor rekening van SNS Bank.
- Het totaal van de vorderingen op Propertize (voor zover bekend) is ongeveer 638 miljoen euro. Als Propertize dit bedrag de komende jaren moet voldoen, zal zij, gelet op haar liquiditeitspositie, veel activa moeten verkopen en/of geld moeten lenen. Dit brengt op zichzelf genomen al onzekerheden en risico’s met zich, niet in de laatste plaats voor Propertize zelf. Het is niet vanzelfsprekend dat Propertize in staat zal zijn zoveel liquiditeiten te genereren.
- Het (geconsolideerde) eigen vermogen bedraagt weliswaar per ultimo 2013 1,226 miljard euro, maar kan de komende jaren drastisch afnemen (en zelfs negatief worden). De portefeuille vastgoedleningen, met een waarde van 4,916 miljard verreweg het grootste deel van de activa ter waarde van 6,057 miljard euro, wordt slechts voor een percentage van 23 als “healthy” bestempeld. Mogelijk moet de portefeuille, zo blijkt uit de jaarrekening, na een afwaardering van 1,833 miljard euro in 2012, de komende jaren met 967 miljoen euro verder worden afgewaardeerd(waarvoor geen voorziening is getroffen). Hier moet bij de beoordeling of Propertize de twee vorderingen van de gefailleerde vennootschappen en CRI de komende jaren kan voldoen, rekening mee worden gehouden. Als die verdere afwaardering plaatsvindt, dan daalt het eigen vermogen naar 259 miljoen euro. Het eigen vermogen is in dat geval beslist ontoereikend om ongeveer 638 miljoen euro aan vorderingen (zie hiervoor) te voldoen.
- De rechtbank merkt hierbij op dat, anders dan SNS Bank c.s. verdedigt, geen rekening kan worden gehouden met de mogelijkheid van vermindering van de vennootschapsbelasting of van verrekenbaar verlies ten bedrage van 242 miljoen euro. In beide gevallen is immers winst nodig; vennootschapsbelasting wordt geheven over de winsten verlies kan alleen worden verrekend met winst over het voorgaande jaar en over de negen volgende jaren. Propertize heeft in de afgelopen jaren geen winst behaalden niet zeker is of dat in de toekomst wel het geval zal zijn. Deze onzekerheid komt voor rekening van SNS Bank. Overigens, ook in het geval wel rekening wordt gehouden met 242 miljoen euro minder verlies, dan bedraagt het eigen vermogen 501 miljoen euro. Dat is nog steeds veel minder dan het totaalbedrag van ongeveer 638 miljoen euro aan vorderingen.