Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
2.De gronden van het verzoek en het verweer
primair:
- het behandelen van het wrakingsverzoek binnen de rechtbank Midden-Nederland kan niet worden geaccepteerd, nu verzoeker gedurende de laatste jaren voortdurende vooringenomenheid van rechters van deze rechtbank is tegengekomen;
- mr. Elkhuizen is een voormalige buurvrouw van verzoeker, die gemeend heeft om achter de rug om van verzoeker een andere buurvrouw te moeten waarschuwen tegen verzoeker (‘pas maar op met die man’). Nu dergelijke laster afkomstig is van een persoon die als rechter over het wrakingsverzoek moet oordelen, is een eerlijke rechtsgang niet meer mogelijk. Ook niet indien mr. Elkhuizen zich naar aanleiding van het wrakingsverzoek alsnog zou hebben teruggetrokken;
- mr. Bender maakt regelmatig deel uit van een wrakingskamer waar ook mr. Elkhuizen zitting in heeft. Indien mr. Elkhuizen zich heeft teruggetrokken als lid van de wrakingskamer die het wrakingsverzoek gericht tegen mr. Staal zou behandelen, heeft zij zeker van haar vooringenomenheid blijk gegeven aan mr. Bender, zodat ook mr. Bender niet meer totaal onbevooroordeeld kan zijn;
- mr. Hofman-Bijl dient gewraakt te worden, op grond van het ‘vage gedrag van het bestuur van de rechtbank in verband met het geheimhouden van de naam van de gevraagde ,rechtbank medewerker’ waar verzoeker al meer dan een jaar om vraagt.
3.De beoordeling van het verzoek
derechters van deze rechtbank jegens verzoeker.