ECLI:NL:RBMNE:2014:3579
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in echtscheidingsprocedure
Op 19 augustus 2014 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingslocatie Utrecht, uitspraak gedaan in een wrakingszaak. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. J. Dongelmans, had op 29 juli 2014 tijdens een zitting in een echtscheidingsprocedure de rechter, mr. E.E.M. van Abbe, gewraakt. De wraking was gebaseerd op de ervaren vooringenomenheid van de rechter tijdens de behandeling van de zaak. Verzoekster en haar gemachtigde voelden zich niet goed behandeld en twijfelden aan de onpartijdigheid van de rechter, vooral door de manier van vragen stellen en de opmerkingen die werden gemaakt over de pleitnota en de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden.
De rechter heeft op 31 juli en 4 augustus 2014 schriftelijk gereageerd op het wrakingsverzoek en aangegeven niet te berusten in de wraking. Tijdens de mondelinge behandeling op 5 augustus 2014 heeft de wrakingskamer het verzoek in het openbaar behandeld. De rechter was niet aanwezig, omdat zij een andere zitting had. De gemachtigde van verzoekster heeft het wrakingsverzoek toegelicht, maar de rechter heeft betwist dat er sprake was van partijdigheid.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat er geen objectieve feiten of omstandigheden zijn die de vrees voor partijdigheid van de rechter rechtvaardigen. De rechtbank benadrukt dat een rechter de vrijheid heeft om kritische vragen te stellen en de regie over de zitting te voeren. De rechtbank concludeert dat de rechter niet de grenzen van het betamelijke heeft overschreden en dat er geen grond is voor de vrees dat de rechter niet onpartijdig is geweest. Het verzoek tot wraking is dan ook afgewezen.
De beslissing is gegeven door de voorzitter en twee leden van de wrakingskamer, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.