ECLI:NL:RBMNE:2014:3404

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 juni 2014
Publicatiedatum
7 augustus 2014
Zaaknummer
16-600733-11
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietige dagvaarding in strafzaak tegen verdachte wegens hennepteelt en andere strafbare feiten

Op 6 juni 2014 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende in Utrecht, een vonnis uitgesproken in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere strafbare feiten, waaronder hennepteelt en diefstal van elektriciteit. De verdachte, geboren op Curaçao in 1992, was niet verschenen op de zitting. Zijn raadsman, mr. S. de Korte, verklaarde zich niet gemachtigd om de verdediging te voeren. Het onderzoek ter terechtzitting was eerder op 12 april 2013 gestart, maar was toen voor onbepaalde tijd geschorst.

De tenlastelegging omvatte vier feiten. Ten eerste werd de verdachte verweten dat hij in de periode van 24 februari 2011 tot en met 21 juli 2011 samen met anderen hennep had gekweekt of 501 hennepplanten aanwezig had gehad in een pand te [plaats]. Ten tweede werd hem verweten dat hij in dezelfde periode elektriciteit had gestolen van Stedin Netbeheer BV. Ten derde had hij op 21 juli 2011 een ploertendoder en een nabootsing van een pistool voorhanden gehad. Ten slotte had hij op dezelfde datum twee busjes traangas in zijn bezit.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de oproeping voor de zitting van 6 juni 2014 niet aan de verdachte was betekend, waardoor de verdachte niet op de zitting kon verschijnen. Gezien deze omstandigheid heeft de rechtbank de oproeping nietig verklaard. Het vonnis is uitgesproken door de meervoudige strafkamer, onder leiding van voorzitter mr. M.A.E. Somsen, en in aanwezigheid van de andere rechters, mrs. P.P.C.M. Waarts en R.L.M. van Opstal, en griffier mr. G.C. van de Ven-de Vries.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16-600733-11 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 6 juni 2014
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te Curaçao op [1992],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het adres
[woonplaats], [adres].

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek ter terechtzitting heeft eerst plaatsgevonden op 12 april 2013. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting destijds geschorst voor onbepaalde tijd. Vervolgens heeft het onderzoek ter terechtzitting plaatsgevonden op 6 juni 2014. De verdachte is ter terechtzitting van 6 juni 2014 niet verschenen.
Verschenen is mr. S. de Korte, raadsman van verdachte, die verklaarde zich niet uitdrukkelijk gemachtigd te achten om namens zijn cliënt de verdediging te voeren.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1:in de periode van 24 februari 2011 tot en met 21 juli 2011 in een pand aan de [adres] te [plaats] samen met anderen hennep heeft gekweekt, dan wel 501 hennepplanten aanwezig heeft gehad;
feit 2:in de periode van 24 februari 2011 tot en met 21 juli 2011 te [plaats] samen met anderen energie heeft gestolen van Stedin Netbeheer BV;
feit 3:op 21 juli 2011 te [plaats] een ploertendoder en een nabootsing van een pistool voorhanden heeft gehad;
feit 4:op 21 juli 2011 te [plaats] twee busjes traangas voorhanden heeft gehad.

3.Voorvragen

De geldigheid van de oproeping.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de oproeping voor de zitting van 6 juni 2014 niet aan de verdachte is betekend. Nu de verdachte niet is verschenen, zal de rechtbank de oproeping nietig verklaren.
4.
Beslissing
De rechtbank:
verklaart de oproeping nietig.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.A.E. Somsen , voorzitter,
mrs. P.P.C.M. Waarts en R.L.M. van Opstal, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. G.C. van de Ven-de Vries, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 juni 2014.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
1.
hij op één of meer tijdstip(pen) op of omstreeks de periode van 24 februari
2011 tot en met 21 juli 2011 te [plaats], althans in het arrondissement Utrecht,
(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk
geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres])
(telkens) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 501, althans een groot
aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van
meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel
vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens
artikel 3a, vijfde lid van die wet;
2.
hij in of omstreeks de periode van 24 februari 2011 tot en met 21 juli 2011 te
[plaats], althans in het arrondissement Utrecht,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hoeveelheid
elektriciteit, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
Stedin Netbeheer B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte
en/of haar mededader(s);
3.
hij op of omstreeks 21 juli 2011 te [plaats]
(een) wapen(s) van categorie I onder 3°, te weten een ploertendoder, en/of
(een) wapen(s) van categorie I onder 7°, te weten (een) nabootsing(en) van
(een) pistool/vuurwapen, dat door zijn vorm, afmetingen en kleur een sprekende
gelijkenis vertoonde met een Beretta, in elk geval met een vuurwapen,
voorhanden heeft gehad;
4.
hij op of omstreeks 21 juli 2011 te [plaats]
twee, althans één of meer, (traangas)busjes, zijnde (een) voorwerp(en) bestemd
voor het treffen van personen met (een) giftige en/of verstikkende en/of
weerloosmakende en/of traanverwekkende stof(fen) van de categorie II, onder
6°, voorhanden heeft gehad.