ECLI:NL:RBMNE:2014:3402

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 juni 2014
Publicatiedatum
7 augustus 2014
Zaaknummer
16-661202-14
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van diefstal met geweld en afpersing wegens onvoldoende bewijs

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland, is de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten van diefstal met geweld en afpersing. De zaak vond zijn oorsprong in een incident op 28 november 2013, waarbij de verdachte samen met een ander zou hebben geprobeerd om onder bedreiging van geweld een geldbedrag van € 50.000,- en andere goederen van het slachtoffer te verkrijgen. De rechtbank heeft op 6 juni 2014 uitspraak gedaan na een zitting op 23 mei 2014, waar de officier van justitie en de verdediging hun standpunten hebben gepresenteerd. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was voor de diefstal van € 270,- en andere goederen, maar niet voor de geweldsaspecten van de tenlastelegging. De verdediging betwistte de beschuldigingen en stelde dat er onvoldoende bewijs was voor de tenlastelegging.

De rechtbank heeft de bewijsvoering zorgvuldig beoordeeld en kwam tot de conclusie dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte de hem tenlastegelegde feiten had begaan. Hoewel vastgesteld kon worden dat de verdachte en zijn medeverdachte op de genoemde datum in de woning van het slachtoffer waren, kon niet bewezen worden dat er daadwerkelijk geweld was gebruikt of dat er goederen waren gestolen. De rechtbank heeft daarom besloten om de verdachte vrij te spreken van alle tenlastegelegde feiten.

Dit vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar gemaakt op de zitting van 6 juni 2014. De rechtbank heeft in haar overwegingen de relevante feiten en omstandigheden meegenomen, evenals de verklaringen van de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16-661202-14 (P)
vonnis van de meervoudige strafkamer van 6 juni 2014
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het adres
[woonplaats], [adres].

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 23 mei 2014.
De zaak is tegelijk, maar niet gevoegd, behandeld met de zaak tegen medeverdachte [medeverdachte] onder parketnummer 16-703212-13.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en de advocaat, mr. S. Dogan, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
op 28 november 2013 te [plaats] samen met een ander met geweld en met bedreiging met geweld € 270,-, een identiteitsbewijs en autopapieren heeft gestolen van [slachtoffer] en/of die [slachtoffer] heeft geprobeerd af te persen voor een bedrag van € 50.000,-.

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte samen met een ander € 270,-, een identiteitsbewijs en autopapieren heeft gestolen van [slachtoffer]. De officier van justitie baseert zich daarbij op de aangifte van die [slachtoffer] en op de verklaringen van verdachte en van medeverdachte [medeverdachte]. De officier van justitie acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte meer en anders is ten laste gelegd en verzoekt de rechtbank dan ook om verdachte daarvan vrij te spreken.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging is van mening dat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kan komen van de ten laste gelegde feiten en verzoekt de rechtbank dan ook om de verdachte daarvan vrij te spreken. De verdediging heeft daartoe aangevoerd dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is dat hetgeen in de tenlastelegging is verwoord ook daadwerkelijk heeft plaatsgevonden.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de hem tenlastegelegde feiten heeft begaan en zal hem daarvan dan ook vrijspreken. De rechtbank overweegt daartoe dat weliswaar kan worden vastgesteld dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] op 28 november 2013 in de woning van [slachtoffer] zijn geweest om een zakelijk geschil uit te praten, maar dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat daarbij geld dan wel goederen zijn gestolen en dat er geweld is gebruikt of is gedreigd met geweld.

5.De beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
De rechtbank:
Vrijspraak
-
spreekt verdachte vrijvan de hem tenlastegelegde feiten.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.P. Glerum, voorzitter,
mrs. E.A.A. van Kalveen en G.D. Kleijne, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. G.C. van de Ven-de Vries, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 juni 2014.
Mr. G.D. Kleijne is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
hij op of omstreeks 28 november 2013 te [plaats], althans in het
arrondissement Midden-Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- 270,00 euro, althans enig geldbedrag en/of
- een identiteitsbewijs en/of
- een of meer autopapier(en),
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer], in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader,
welke diefstal werd vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met
geweld tegen genoemde [slachtoffer], gepleegd met het oogmerk om die diefstal
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan (een) andere deelnemer(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het
bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij,
verdachte en/of zijn mededader:
(nadat die [slachtoffer] verdachte en/of zijn mededader heeft/hebben
binnengelaten)
- die [slachtoffer] heeft/hebben gevraagd om 50.000,00 euro, althans enig
geldbedrag en/of (daarbij) gedreigd met geweld tegen die [slachtoffer] en/of zijn
familie als voornoemd geldbedrag niet binnen de gevraagde termijn betaald zou
worden en/of
- ( daarbij) (dreigend) de woorden heeft/hebben toegevoegd: "over 14 dagen heb
jij 50.000,00 euro, zo niet, dan weet je, wij komen de voordeur binnen en gaan
de achterdeur uit en iedereen die aanwezig is, is niet meer, er blijft niets
over" en/of "wij komen als alles compleet is", althans woorden van gelijke
strekking en/of
- die [slachtoffer] tegen de muur heeft/hebben geduwd en/of
- terwijl die [slachtoffer] hem/hen zijn bankrekeningen liet zien (dreigend) de
woorden heeft/hebben toegevoegd: "ik word steeds bozer, ik heb nu de neiging
om je vast te binden en in elkaar te trappen", althans woorden van gelijke
strekking en/of
- die [slachtoffer] heeft/hebben verzocht om zijn echtgenote te laten komen,
anders zou verdachte en/of zijn mededader zelf wel naar die echtgenote toe
gaan, althans woorden van gelijke strekking en/of
- 270,00 euro, althans een geldbedrag, en/of een identiteitsbewijs en/of
autopapieren, althans een of meer goed(eren) van die [slachtoffer] meegenomen
en/of
hij op of omstreeks 28 november 2013 te [plaats], althans in het
arrondissement Midden-Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de
afgifte van geld en/of goederen, geheel ten dele toebehorende aan genoemde [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of
zijn mededader,
het volgende heeft/hebben gedaan:
- zich bij de woning van genoemde [slachtoffer] gemeld door aan te bellen, en/of
(nadat die [slachtoffer] verdachte en/of zijn mededader heeft/hebben
binnengelaten)
- die [slachtoffer] gevraagd om 50.000,00 euro, althans enig geldbedrag en/of
(daarbij) gedreigd met geweld tegen die [slachtoffer] en/of zijn familie, als
voornoemd geldbedrag, althans een geldbedrag, niet binnen de gevraagde termijn
zou worden betaald en/of
- ( daarbij) (dreigend) de woorden toegevoegd: "over 14 dagen heb jij
50.000,00 euro, zo niet, dan weet je, wij komen de voordeur binnen en gaan de
achterdeur uit en iedereen die aanwezig is, is niet meer, er blijft niets
over" en/of "wij komen als alles compleet is. Wij nemen als garantie mee je
auto, paspoort, bankpassen en je rijbewijs en deze laptop" en/of "ik wil toch
een stukje extra zekerheid hebben, maandagavond betaal je 5.000,00 euro",
althans woorden van gelijke strekking en/of
- voornoemde [slachtoffer] in een stoel geduwd en/of die [slachtoffer] tegen de muur
geduwd en/of die [slachtoffer] verzocht om in te loggen op zijn bankaccount om de
bankgegevens van die [slachtoffer] op te vragen en/of hierbij (dreigend) de
woorden heeft/hebben toegevoegd: "ik word steeds bozer, ik heb nu de neiging
om je vast te binden en in elkaar te trappen", althans woorden van gelijke
strekking en/of
- die [slachtoffer] verzocht om zijn echtgenote te laten komen, anders zou
verdachte en/of zijn mededader zelf wel naar die echtgenote toe gaan, althans
woorden van gelijke strekking en/of
- ( vervolgens) een of meer (slaap)kamers in de woning van die [slachtoffer]
doorzocht en/of
- 270,00 euro, althans een geldbedrag, en/of een identiteitsbewijs en/of
autopapieren, althans een of meer goed(eren) van die [slachtoffer] meegenomen
(als onderpand)
terwijl de uitvoering van het voorgenomen misdrijf niet is voltooid.