ECLI:NL:RBMNE:2014:3302

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
11 juli 2014
Publicatiedatum
1 augustus 2014
Zaaknummer
16-653757-12
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onbevoegdheid van de meervoudige strafkamer in leerplichtzaak

Op 11 juli 2014 vond de terechtzitting plaats in de strafzaak tegen een leerplichtige verdachte, geboren in 1997 en woonachtig in Utrecht. De verdachte was in persoon verschenen en werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. H.J. Veen. De zaak was eerder behandeld door de kantonrechter op verschillende data in 2013 en 2014, maar was toen aangehouden. Tijdens de zitting heeft de rechtbank kennisgenomen van de standpunten van de officier van justitie, de verdachte en zijn raadsman.

De tenlastelegging, die als bijlage aan het vonnis was gehecht, betrof de verdenking dat de verdachte in de periode van 31 augustus 2012 tot en met 5 oktober 2012 niet had voldaan aan de verplichting om de school waar hij was ingeschreven geregeld te bezoeken. De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de dagvaarding geldig was, maar kwam tot de conclusie dat de meervoudige strafkamer niet bevoegd was om kennis te nemen van het ten laste gelegde feit. Dit was gebaseerd op het feit dat het ten laste gelegde feit een overtreding betrof, zoals gedefinieerd in artikel 2 van de Leerplichtwet 1969.

De rechtbank concludeerde dat, ingevolge artikel 28 van de Leerplichtwet 1969, de kantonrechter bevoegd was om kennis te nemen van de zaak. Daarom verklaarde de rechtbank zich onbevoegd om kennis te nemen van de tenlastelegging. Het vonnis werd uitgesproken door de voorzitter, mr. E.A.A. van Kalveen, en de rechters mrs. H.A. Gerritse en L.M.G. de Weerd, in aanwezigheid van griffier mr. K.M. Strijbos.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/653757-12 (P)
Vonnis van de meervoudige strafkamer van 11 juli 2014
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1997] te [geboorteplaats],
wonende te [adres], [woonplaats].

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 11 juli 2014. De verdachte is in persoon verschenen en heeft zich ter terechtzitting laten bijstaan door mr. H.J. Veen, advocaat te Utrecht.
De zaak is eerder behandeld door de kantonrechter in deze rechtbank op 31 januari 2013,
18 april 2013, 11 juli 2013 en 8 mei 2014. De behandeling van de zaak is toen aangehouden. Verdachte is vervolgens opgeroepen om te verschijnen ter zitting van de meervoudige strafkamer.
De rechtbank heeft kennisgenomen van wat de officier van justitie, verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
als leerplichtige in de periode van 31 augustus 2012 tot en met 5 oktober 2012, niet heeft voldaan aan de verplichting tot het geregeld bezoeken van de school waar hij was ingeschreven.

3.Voorvragen

3.1
Geldigheid van de dagvaarding
De rechtbank stelt vast dat de dagvaarding geldig is.
3.2
De bevoegdheid van de rechtbank tot kennisneming van het ten laste gelegde feit
De rechtbank stelt vast dat de meervoudige kamer voor strafzaken van de rechtbank onbevoegd is om kennis te nemen van het ten laste gelegde feit aangezien dit een overtreding betreft.
Het ten laste gelegde feit is strafbaar gesteld in artikel 2 van de Leerplichtwet 1969. Ingevolge artikel 28 van de Leerplichtwet 1969 betreft dit een overtreding. Gelet op het bepaalde in artikel 382 van het Wetboek van Strafvordering is de kantonrechter bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.

4.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart zich
onbevoegd kennis te nemen van de tenlastelegging.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E.A.A. van Kalveen, voorzitter tevens kinderrechter,
mrs. H.A. Gerritse en L.M.G. de Weerd, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K.M. Strijbos, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 11 juli 2014.
BIJLAGE : De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 31 augustus 2012 tot en met 12 juli 2013 te Utrecht, meermalen, althans eenmaal, (telkens) terwijl hij, verdachte, de leeftijd van 12 jaren had bereikt, niet heeft voldaan aan de verplichting om overeenkomstig de bepalingen van de Leerplichtwet 1969, terwijl hij als leerling van een school, te weten "[naam]" was ingeschreven, die school na inschrijving geregeld te bezoeken;
art 2 lid 3 Leerplichtwet 1969