Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[eiser sub 2],
[eiser sub 4],
[eiser sub 5],
1.De procedure
2.De feiten
het vergroten van inzicht in en zeggenschap over de uitwisseling van medische gegevens
toegang tot en communicatie over zijn medische gegevens
het bieden van faciliteiten voor E-health en zelfmanagement toepassingen”
- Landelijk Schakelpunt (LSP):faciliteert het berichtenverkeer tussen de zorgaanbieders, regelt de toegangscontroles van alle aangemelde patiëntendossiers, registreert waar patiëntengegevens opvraagbaar zijn, welke gegevens zijn opgevraagd en door wie dat is gedaan.
- Zorgserviceprovider (ZSP): aansluiting van zorgaanbieders op het LSP vindt plaats via zorgproviders. Dit zijn gekwalificeerde marktpartijen die een beveiligde verbinding aanbieden tussen het zorgsysteem van de zorgaanbieder en het LSP.
- Goed beheerd zorgsysteem (GBZ): dit is een gekwalificeerd zorginformatiesysteem van de zorgaanbieder dat aan procedurele en technische eisen moet voldoen om te mogen aansluiten op het LSP. De zorgaanbieder is eigenaar van het GBZ.
- Unieke Zorgverlener Identificatie (UZI): een pas waarmee de zorgaanbieder gegevens van de zorginfrastructuur kan opvragen. De UZI-pas bevat de elektronische identiteit van de pashouder via een certificaat waarop de naam en, indien van toepassing, de beroeps- of opleidingstitel, specialisme en een uniek tot de eigenaar herleidbaar UZI-nummer vermeld staan.
in het GBZ, bijvoorbeeld in het ziekenhuis, is geregistreerd dat de betreffende patiënt een afspraak heeft met een specifieke arts of specialist;
de apotheker een recept heeft ontvangen van de huisarts;
een verwijzing naar de zorgaanbieder is geregistreerd;
de patiënt in het kader van een verzoek van de zorgaanbieder tot het verrichten van onderzoek is geregistreerd in het systeem van een laborant;
de zorgaanbieder een dossier voert over de betreffende patiënt.
uw huidige gezondheidsproblemen
welke medicijnen u gebruikt
bekende allergieën
informatie over contacten met u in de laatste vier maanden of over de laatste vijf contacten;
bijzonderheden die belangrijk zijn voor een waarnemend arts
3.Het geschil
- De in het Convenant in algemene bewoordingen geformuleerde doelstellingen voldoen niet aan de eis dat per geval van gegevensverwerking voorzien moet worden in een nauwkeurige en zorgvuldige doelomschrijving, waaruit blijkt waarom het doel, in verhouding tot het gekozen middel, gerechtvaardigd is. Door het ontbreken van een nauwkeurige doelomschrijving kan niet worden voldaan aan artikel 9 Wbp waarin is bepaald dat de persoonsgegevens niet verder worden verwerkt op een wijze die onverenigbaar is met de doeleinden waarvoor ze zijn verkregen (doelbinding).
- Niet is voldaan aan artikel 7 Wbp dat niet méér gegevens worden verstrekt dan strikt genomen noodzakelijk is voor het doel waarvoor de informatie wordt gevraagd (het proportionaliteitsbeginsel).
- Niet is voldaan aan het vereiste van artikel 23 Wbp dat voor verwerking van medische gegevens uitdrukkelijk toestemming moet zijn gegeven. VPH c.s. stelt daartoe dat de toestemming niet is gebaseerd op de vrije wil van de betrokkene, aangezien de patiënt slechts de keuze wordt gelaten voor elektronische uitwisseling van gegevens via het LSP en niet voor een andere wijze. De verleende toestemming voldoet niet aan het vereiste dat deze voldoende specifiek dient te zijn. VPH c.s. stelt daartoe dat de toestemming niet ziet op verwerking van medische persoonsgegevens via het LSP, niet is toegespitst op de actuele zorgbehoefte van de patiënt en ziet op een situatie in de toekomst. Op het moment van toestemmingverlening kan de patiënt niet bekend zijn met de toekomstige gegevens in zijn dossier en bovendien geldt deze toestemming in beginsel ook voor alle mogelijke uitbreidingen van het LSP.
- Er is geen sprake van “informed consent”, nu de Brochure niet duidelijk maakt dat het gaat om deze brede en toekomstige werking. Verder is er geen waarborg ingebouwd om te kunnen verifiëren of de patiënt, alvorens hij toestemming geeft, de informatie heeft gelezen en heeft begrepen. VZVZ stimuleert deze gang van zaken door via de website het toestemmingsformulier ter beschikking te stellen.
- Het systeem dwingt de arts tot schending van zijn beroepsgeheim. Ook indien sprake zou zijn van uitdrukkelijke toestemming als bedoeld in artikel 23 Wbp staat artikel 9 lid 4 van de Wbp in de weg aan uitwisseling van medische gegevens via het LSP. Een eventuele doorbreking van het beroepsgeheim vergt een eigen afweging door de arts, maar het systeem ontneemt de arts de mogelijkheid om in het individuele geval een belangenafweging te maken.
- Het LSP in zijn huidige vorm kent onvoldoende waarborgen om zeker te stellen dat onbevoegde derden geen kennis (kunnen) nemen van medische persoonsgegevens. De belangrijkste technische bezwaren tegen het systeem zijn dat de informatie niet gedurende de gehele elektronische route is versleuteld (end-to-end versleuteling) en de verificatie van de beweerde identiteit van de opvragend behandelaar (end-to-end authenticatie). De NEN-normen waar het doorstartmodel aan is getoetst zijn niet voor een schakelpunt zoals het LSP bedoeld.
- De bouw en onderhoud van het LSP worden uitgevoerd door een Amerikaans bedrijf, CSC. Dit betekent dat de Amerikaanse overheid op grond van de Patriot Act in beginsel rechtstreeks informatie kan opvragen uit het LSP indien zij dat om redenen van veiligheid noodzakelijk acht.
4.De ontvankelijkheid
5.De beoordeling
Het toetsingskader
.
- de gebeurtenis die plaatsgevonden heeft;
- het tijdstip waarop de betreffende gebeurtenis heeft plaatsgevonden
- welke cliënt dit betrof
- wie de gebruiker van het elektronisch uitwisselingssysteem was die de gebeurtenis heeft laten plaatsvinden
- namens welke verantwoordelijke de betreffende gebruiker optrad